Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
|
|
|
Beginselen van het recht (1874)
|
8.0 stptn |
|
|
Verbintenissenrecht (1875)
|
10.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P3 SBU | P3 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 3de bachelorjaar in de rechten | Verplicht | 216 | 8,0 | 216 | 8,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemene competentie: onderkent ethische en sociaal-maatschappelijke aspecten in een juridische context. Hij kan deze aspecten laten meewegen bij het richting geven aan zijn oordeelsvorming. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemene competentie: kan op een actieve en constructieve manier bijdragen aan een gemeenschappelijke doelstelling en dit al dan niet in teamverband (formeel of informeel). | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemene competentie: kan op zelfstandige en heldere wijze mondeling en schriftelijk adequaat communiceren over juridische informatie, ideeën, argumenten, problemen en oplossingen. De student maakt hierbij desgevallend gebruik van de meest adequate gespreks- of presentatietechnieken. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemene competentie: is in staat zijn eigen aanpak en leerprocessen (in toenemende mate zelfstandig en zelfgestuurd) te plannen en te evalueren en hij doet dit vanuit een ingesteldheid tot levenslang leren. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemene competentie: toont een kritische attitude en is in staat het recht en juridische standpunten naar waarde te schatten, in vraag te stellen en hierover te reflecteren. Hij kan een argumentatie opbouwen en verdedigen. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemene competentie: kan een eenvoudig juridisch probleem onderkennen, benaderen vanuit het betrokken rechtsgebied en de bijhorende elementen en relevante rechtsregels detecteren. Hij kan een aan bachelorniveau aangepaste casus oplossen door het toepassen van oplossingsstrategieën onder andere vanuit een rechtsvergelijkende benadering. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemeen-wetenschappelijke onderzoekscompetentie: kan in toenemende mate van zelfstandigheid omgaan met verschillende (digitale) bronnen van het juridische vakgebied, zowel Nederlandstalige, Franstalige als Engelstalige. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende algemeen-wetenschappelijke onderzoekscompetentie: kan wetgeving, rechtspraak, rechtsleer en andere juridische teksten en bronnenmateriaal verzamelen, selecteren, analyseren en kritisch verwerken. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende wetenschappelijk-disciplinaire kennis: heeft juridische (basis)kennis van en inzicht in de leerstukken en systematiek van de belangrijkste rechtsgebieden behorende tot het nationale, internationale en supranationale recht gekoppeld aan de recente ontwikkelingen en aan het wetenschappelijk onderzoek in het vakgebied en met aandacht voor de maatschappelijke realiteit. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de rechten heeft volgende wetenschappelijk-disciplinaire kennis: kan een nationaal rechtsgebied benaderen vanuit een Europees, internationaal en rechtsvergelijkend perspectief. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
- De student kent de bronnen van het recht zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel beginselen van het recht en kan deze duidelijk onderscheiden van andere bronnen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student heeft inzicht in de hiërarchie der normen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel beginselen van het recht en kan rekening houden met deze hiërarchie bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de eisen waaraan een overeenkomst moet voldoen en weet wat onrechtmatige bedingen zijn zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel verbintenissenrecht.
- De student kan rechtswetenschappelijk schrijven zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel juridisch schrijven en kan dit aantonen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent het onderscheid tussen persoonlijke en zakelijke rechten zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de categorieën van zakelijke rechten en hieraan verbonden rechten en verplichtingen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de eisen waaraan bijzondere overeenkomsten moeten voldoen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
|
|
|
Het opleidingsonderdeel personen-, familie-, en familiaal vermogensrecht beoogt het verwerven van basiskennis in het personenrecht, familierecht en familiaal vermogensrecht dat de student in staat moet stellen eenvoudige problemen onmiddellijk op te lossen. Daarnaast beoogt dit opleidingsonderdeel de student vertrouwd te maken met de algemene beginselen en bronnen van het personen-, familie- en familiaal vermogensrecht zodat de student ook complexere juridische casussen kan oplossen en adviezen kan verstrekken.
In het eerste luik komen de persoon, de staat, de identiteit, de persoonlijkheidsrechten en de rechtsbescherming voor de minderjarigen aan bod. Hierbij wordt eveneens onderzocht op welke wijze de afstammingsband totstandkomt, hoe deze kan worden betwist en beëindigd alsook welke de juridische gevolgen hiervan zijn.
In het tweede luik komen de diverse samenlevingsvormen aan bod, namelijk het huwelijk resp. de wettelijke en feitelijke samenlevingsrelatie, de wijze waarop deze totstandkomen en worden beëindigd alsook de verschillende persoonlijke en patrimoniale gevolgen die hieraan worden gekoppeld.
In het derde en laatste luik komen ten slotte de giften en de rechtsbescherming voor de meerderjarigen aan bod en de persoonlijke en patrimoniale gevolgen van het overlijden.
Dit gebeurt telkens met aandacht voor de internationale en Europese tendensen in het personen-, familie- en familiaal vermogensrecht.
Er is tevens oog voor maatschappelijke evoluties en ruimte voor een kritische beoordeling hiervan.
- persoon, staat, identiteit, algemeen en bijzonder personenbeschermingsrecht
- afstamming, adoptie, ouderlijk gezag, ouderlijke verplichtingen, rechtspositie van kinderen t.o.v. hun ouders, huwelijk en wettelijke samenwoning, echtscheiding, ontbinding van wettelijke samenwoning, niet-geïnstitutionaliseerde tweerelaties, omgangsrecht, onderhoudsrecht
- huwelijksvermogensrecht, samenwoningsrecht, erfrecht, schenkingen, testamenten
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Onderwijsgroep ✔
|
|
|
|
Periode 3 Studiepunten 8,00
|
Extra info | De docent bepaalt in overleg met het Opleidingsbestuur en de studentenadministratie de planning en de examenvorm voor een eventueel inhaalexamen. De examenvorm kan afwijken van de examenvorm die werd gebruikt tijdens de reguliere examenperiode. De planning en examenvorm worden aan de student meegedeeld nadat de aanvraag van een inhaalexamen is goedgekeurd. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Afhankelijk van het aantal deelnemers kan de evaluatievorm bij de tweede kans gewijzigd worden. |
|
|
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
- Schets van het familiaal vermogensrecht,Charlotte Declerck en Walter Pintens,achtste druk, 2023,die Keure,te verschijnen in najaar 2023
- Compendium van het personen- en familierecht,Patrick Senaeve, Charlotte Declerck en Tim Wuyts,2024,Acco,Te verschijnen in februari 2024
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
VRG Codex,Recentste editie,Wolters Kluwer |
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
Blokboek personen- familie en familiaal vermogensrecht |
|
|
|
|
|
| master in de rechten (equivalentieprogramma) | Keuze | 216 | 8,0 | 216 | 8,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemene competentie: onderkent ethische en sociaal maatschappelijke aspecten in een juridische context, kan er kritisch over reflecteren en kan op basis van ethische aspecten en met in acht neming van zijn verantwoordelijkheden als jurist richting geven aan zijn oordeelsvorming. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemene competentie: kan in teamverband op een actieve en constructieve manier bijdragen aan een gemeenschappelijke doelstelling in een multidisciplinaire context. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemene competentie: is in staat om eigen ideeën, standpunten en oplossingen zowel schriftelijk als mondeling op een adequate manier te communiceren en te presenteren in diverse contexten. Hij is in staat om presentaties te geven en daarbij gebruik te maken van de Engelse en Franse (rechts)taal. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemene competentie: is in staat om zijn eigen aanpak en leerprocessen zelfstandig en zelfgestuurd te plannen en te evalueren. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemene competentie: toont een kritische attitude en is in staat het recht en de verschillende juridische standpunten in kaart te brengen, kritisch te benaderen en zo te komen tot een eigen juridisch onderbouwd oordeel. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemene competentie: is in staat om de verschillende elementen en de relevante rechtsregels in een complexe probleemstelling te detecteren en een of meerdere adequate oplossingsstrategieën te selecteren, zijn keuze te verantwoorden en de gekozen oplossingstrategie(ën) toe te passen. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemeen wetenschappelijke onderzoekscompetentie: kan kritisch en op zelfstandige wijze omgaan met verschillende (digitale) bronnen van het juridische vakgebied, zowel Nederlandstalige, Franstalige als Engelstalige bronnen. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft volgende algemeen wetenschappelijke onderzoekscompetentie: kan wetgevingen, rechtspraak, rechtsleer en andere juridische teksten analyseren, interpreteren en verantwoord aanwenden. | - EC
| De afgestudeerde master in de rechten heeft de volgende wetenschappelijk disciplinaire kennis: hij heeft een gespecialiseerde wetenschappelijk disciplinaire kennis van en inzicht in de leerstukken en systematiek van de rechtsgebieden behorende tot de gekozen afstudeerrichting van de masteropleiding, mede vanuit Europees en rechtsvergelijkend perspectief. Hij kan deze kennis, inzichten en systematiek(en) toepassen, mede vanuit Europees en rechtsvergelijkend perspectief. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
- De student kent de bronnen van het recht zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel beginselen van het recht en kan deze duidelijk onderscheiden van andere bronnen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student heeft inzicht in de hiërarchie der normen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel beginselen van het recht en kan rekening houden met deze hiërarchie bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de eisen waaraan een overeenkomst moet voldoen en weet wat onrechtmatige bedingen zijn zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel verbintenissenrecht.
- De student kan rechtswetenschappelijk schrijven zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel juridisch schrijven en kan dit aantonen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent het onderscheid tussen persoonlijke en zakelijke rechten zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de categorieën van zakelijke rechten en hieraan verbonden rechten en verplichtingen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de eisen waaraan bijzondere overeenkomsten moeten voldoen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
|
|
|
Het opleidingsonderdeel personen-, familie-, en familiaal vermogensrecht beoogt het verwerven van basiskennis in het personenrecht, familierecht en familiaal vermogensrecht dat de student in staat moet stellen eenvoudige problemen onmiddellijk op te lossen. Daarnaast beoogt dit opleidingsonderdeel de student vertrouwd te maken met de algemene beginselen en bronnen van het personen-, familie- en familiaal vermogensrecht zodat de student ook complexere juridische casussen kan oplossen en adviezen kan verstrekken.
In het eerste luik komen de persoon, de staat, de identiteit, de persoonlijkheidsrechten en de rechtsbescherming voor de minderjarigen aan bod. Hierbij wordt eveneens onderzocht op welke wijze de afstammingsband totstandkomt, hoe deze kan worden betwist en beëindigd alsook welke de juridische gevolgen hiervan zijn.
In het tweede luik komen de diverse samenlevingsvormen aan bod, namelijk het huwelijk resp. de wettelijke en feitelijke samenlevingsrelatie, de wijze waarop deze totstandkomen en worden beëindigd alsook de verschillende persoonlijke en patrimoniale gevolgen die hieraan worden gekoppeld.
In het derde en laatste luik komen ten slotte de giften en de rechtsbescherming voor de meerderjarigen aan bod en de persoonlijke en patrimoniale gevolgen van het overlijden.
Dit gebeurt telkens met aandacht voor de internationale en Europese tendensen in het personen-, familie- en familiaal vermogensrecht.
Er is tevens oog voor maatschappelijke evoluties en ruimte voor een kritische beoordeling hiervan.
- persoon, staat, identiteit, algemeen en bijzonder personenbeschermingsrecht
- afstamming, adoptie, ouderlijk gezag, ouderlijke verplichtingen, rechtspositie van kinderen t.o.v. hun ouders, huwelijk en wettelijke samenwoning, echtscheiding, ontbinding van wettelijke samenwoning, niet-geïnstitutionaliseerde tweerelaties, omgangsrecht, onderhoudsrecht
- huwelijksvermogensrecht, samenwoningsrecht, erfrecht, schenkingen, testamenten
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Onderwijsgroep ✔
|
|
|
|
Periode 3 Studiepunten 8,00
|
Extra info | De docent bepaalt in overleg met het Opleidingsbestuur en de studentenadministratie de planning en de examenvorm voor een eventueel inhaalexamen. De examenvorm kan afwijken van de examenvorm die werd gebruikt tijdens de reguliere examenperiode. De planning en examenvorm worden aan de student meegedeeld nadat de aanvraag van een inhaalexamen is goedgekeurd. |
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
- Schets van het familiaal vermogensrecht,Charlotte Declerck en Walter Pintens,achtste druk, 2023,die Keure,te verschijnen in najaar 2023
- Compendium van het personen- en familierecht,Patrick Senaeve, Charlotte Declerck en Tim Wuyts,2024,Acco,Te verschijnen in februari 2024
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
VRG Codex,Recentste editie,Wolters Kluwer |
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
Blokboek personen- familie en familiaal vermogensrecht |
|
|
|
|
|
| schakelprogramma master in de rechten | Keuze | 216 | 8,0 | 216 | 8,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
|
|
- De student kent de bronnen van het recht zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel beginselen van het recht en kan deze duidelijk onderscheiden van andere bronnen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student heeft inzicht in de hiërarchie der normen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel beginselen van het recht en kan rekening houden met deze hiërarchie bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de eisen waaraan een overeenkomst moet voldoen en weet wat onrechtmatige bedingen zijn zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel verbintenissenrecht.
- De student kan rechtswetenschappelijk schrijven zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel juridisch schrijven en kan dit aantonen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent het onderscheid tussen persoonlijke en zakelijke rechten zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de categorieën van zakelijke rechten en hieraan verbonden rechten en verplichtingen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
- De student kent de eisen waaraan bijzondere overeenkomsten moeten voldoen zoals aangeleerd in het opleidingsonderdeel goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht en kan dit ook toepassen bij het beantwoorden van een rechtsvraag of een casus.
|
|
|
Het opleidingsonderdeel personen-, familie-, en familiaal vermogensrecht beoogt het verwerven van basiskennis in het personenrecht, familierecht en familiaal vermogensrecht dat de student in staat moet stellen eenvoudige problemen onmiddellijk op te lossen. Daarnaast beoogt dit opleidingsonderdeel de student vertrouwd te maken met de algemene beginselen en bronnen van het personen-, familie- en familiaal vermogensrecht zodat de student ook complexere juridische casussen kan oplossen en adviezen kan verstrekken.
In het eerste luik komen de persoon, de staat, de identiteit, de persoonlijkheidsrechten en de rechtsbescherming voor de minderjarigen aan bod. Hierbij wordt eveneens onderzocht op welke wijze de afstammingsband totstandkomt, hoe deze kan worden betwist en beëindigd alsook welke de juridische gevolgen hiervan zijn.
In het tweede luik komen de diverse samenlevingsvormen aan bod, namelijk het huwelijk resp. de wettelijke en feitelijke samenlevingsrelatie, de wijze waarop deze totstandkomen en worden beëindigd alsook de verschillende persoonlijke en patrimoniale gevolgen die hieraan worden gekoppeld.
In het derde en laatste luik komen ten slotte de giften en de rechtsbescherming voor de meerderjarigen aan bod en de persoonlijke en patrimoniale gevolgen van het overlijden.
Dit gebeurt telkens met aandacht voor de internationale en Europese tendensen in het personen-, familie- en familiaal vermogensrecht.
Er is tevens oog voor maatschappelijke evoluties en ruimte voor een kritische beoordeling hiervan.
- persoon, staat, identiteit, algemeen en bijzonder personenbeschermingsrecht
- afstamming, adoptie, ouderlijk gezag, ouderlijke verplichtingen, rechtspositie van kinderen t.o.v. hun ouders, huwelijk en wettelijke samenwoning, echtscheiding, ontbinding van wettelijke samenwoning, niet-geïnstitutionaliseerde tweerelaties, omgangsrecht, onderhoudsrecht
- huwelijksvermogensrecht, samenwoningsrecht, erfrecht, schenkingen, testamenten
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Onderwijsgroep ✔
|
|
|
|
Periode 3 Studiepunten 8,00
|
Extra info | De docent bepaalt in overleg met het Opleidingsbestuur en de studentenadministratie de planning en de examenvorm voor een eventueel inhaalexamen. De examenvorm kan afwijken van de examenvorm die werd gebruikt tijdens de reguliere examenperiode. De planning en examenvorm worden aan de student meegedeeld nadat de aanvraag van een inhaalexamen is goedgekeurd. |
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
- Schets van het familiaal vermogensrecht,Charlotte Declerck en Walter Pintens,achtste druk, 2023,die Keure,te verschijnen in najaar 2023
- Compendium van het personen- en familierecht,Patrick Senaeve, Charlotte Declerck en Tim Wuyts,2024,Acco,Te verschijnen in februari 2024
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
VRG Codex,Recentste editie,Wolters Kluwer |
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
Blokboek personen- familie en familiaal vermogensrecht |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|