Juridische aspecten en beroepsorganisatie van de kinesitherapie (2546) | Contactpersoon : | Prof. dr. Raf MEESEN |
Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 2de master in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie | Verplicht | 108 | 4,0 | 40 | 68 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 5. De master in revalidatiewetenschappen en kinesitherapie kan rekening houden met de verschillende stakeholders en kan zich organiseren binnen de kinesitherapeutisch administratieve en economische context van de gezondheidszorg. | | - DC
| De student heeft kennis van de recente ontwikkelingen binnen de e-health omgeving. | | | - BC
| De student kent de huidige mogelijkheden van het e-health systeem. | | - DC
| De student kan zorgvraag gerelateerde documenten administratief afhandelen. | | - DC
| De student heeft inzicht in de organisatie en beleidsaspecten van de gezondheidszorg. | | - DC
| De student kent de stakeholders in de gezondheidszorg. | | - DC
| De student kan het wettelijk statuut van de kinesitherapeut uitleggen. | | - DC
| De student kan de belangrijkste raden, commissies en comités die betrekking hebben op het beroep kinesitherapie weergeven/verduidelijken. | | - DC
| De student kent het belang en de functie van belangrijke gremia zoals de beroepsvereniging, wetenschappelijke vereniging en ProQkine | | - DC
| De student kan een omschrijving geven van de basisbegrippen van het rechtsbestel en onderlinge relaties tussen de begrippen kunnen beschrijven. | | - DC
| De student kan de verschillende vennootschapsvormen die geschikt zijn voor de kinesitherapie te onderkennen en een juiste keuze te kunnen voorstellen in functie van de specifieke contexten (alleenwerkende kinesitherapeut, geassocieerde kinesitherapeut, ...) waarbinnen de kinesitherapeut kan worden tewerkgesteld. | | - DC
| De student kan de gevolgen op fiscaal vlak van het sociaal statuut en de vennootschapsvorm beschrijven en (h)erkennen in cassusen. | | - DC
| De student kan een marktanalyse maken in functie van de opstart van een praktijk rekening houdend de economische realiteit, het juridische kader en de heersende regelgeving. | - EC
| 8. De master in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie heeft inzicht in en kan kritisch reflecteren over de organisatie en beleidsaspecten van de gezondheidszorg, in nationaal en internationaal perspectief. | | - DC
| De student kan de ziekte- en invaliditeitsverzekering in België uitleggen/verklaren en vergelijken met andere systemen. | | - DC
| De student heeft kennis van en inzicht in de de wet- en regelgeving gerelateerd aan gezondheidsbevordering en -bescherming. | | | - BC
| De student kent de wet- en regelgeving gerelateerd aan gezondheidsbevordering en -bescherming. | | - DC
| De student kan de wettelijke bepalingen betreffende het medisch voorschrift weergeven en verduidelijken. | | - DC
| De student kan de wettelijke bepalingen betreffende het medisch voorschrift weergeven en verduidelijken. | | - DC
| De student kan de principes van het beroepsgeheim en de beroepscode toepassen | | - DC
| De student kan de overeenkomsten (conventies) tussen verzekeringsinstellingen en kinesitherapeuten toepassen. | | - DC
| De student kent het belang van netwerking, verschillende samenwerkingsstructuren en klantgerichte strategieën. | | - DC
| De student kan een omschrijving te geven van de basisbegrippen van het rechtsbestel en onderlinge relaties tussen de begrippen beschrijven | | - DC
| De student kan de positie van de kinesitherapeut in het geheel van de sociale zekerheid te beschrijven en de verbanden tussen de verschillende takken van de sociale zekerheid te verklaren. | | - DC
| De student kan situaties te (h)erkennen waarbij er een gevaar voor aansprakelijkheid is bij de uitoefening van de kinesitherapie | | - DC
| De student kent het verschil tussen het sociaal statuut van de kinesitherapeut werknemer en de kinesitherapeut zelfstandige. | | - DC
| De student kan de verschillende vennootschapsvormen die geschikt zijn voor de kinesitherapie onderkennen en een juiste keuze voorstellen in functie van de specifieke contexten (alleenwerkende kinesitherapeut, geassocieerde kinesitherapeut, ...) waarbinnen de kinesitherapeut kan worden tewerkgesteld. | | - DC
| De student kan de gevolgen op fiscaal vlak van het sociaal statuut en de vennootschapsvorm beschrijven en (h)erkennen in casussen |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Dit opleidingsonderdeel beoogt enerzijds de studenten vertrouwd te maken met de structuur, het begrippenkader, de technieken, de betekenis en de achterliggende waarden en ideeën van het recht in het algemeen en hen anderzijds een volledig overzicht te geven van de reglementering betreffende de uitoefening van kinesitherapie.
Algemeen: Aan het einde van de cursus wordt de student geacht in staat te zijn om: - op een algemene wijze de structuur, het begrippenkader, de technieken en de betekenis van ons rechtsbestel uit te leggen; - op een concrete wijze de rechtspositie van de kinesitherapeut in het rechtsbestel te plaatsen.
-de regelgeving met betrekking tot de nomenclatuur toe te passen op complexe casussen
- op een academische wijze het huidig systeem van de ziekteverzekering in België te analyseren en te interpreteren
- op een academische wijze een managementplan opstellen om een praktijk op te starten
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijk examen | 100 % |
|
|
|
|
|
|
Andere: | Groepswerk praktijkopstart |
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De compensatieregel houdt in dat als een student minder dan de helft scoort op 1 van beide onderdelen, de student dit tekort in het andere onderdeel moet compenseren met een dubbel aantal positieve punten tegenover de behaalde negatieve punten (vb een 9/20 op ‘Beroepsorganisatie’ wordt gecompenseerd door een 12/20 op ‘Juridische aspecten’). Of een student al dan niet heeft voldaan aan de compensatieregel, wordt berekend op basis van de niet afgeronde-deelcijfers. |
|
|
|
Gevolg | Als de student voldoet aan de compensatieregel, wordt zijn eindcijfer het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde deelcijfers.
Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een voldoende, wordt zijn eindcijfer een negen.
Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een onvoldoende, dan wordt er van dit niet-afgerond gewogen gemiddelde 2 punten (op 20) afgetrokken.
Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Extra info | Voor de meerkeuzevragen wordt er een correctiefactor gehanteerd |
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Nomensoft (website RIZIV),. Nomenclatuur
PPT hoorcolleges (beschikbaar via BB)
Feedback casussen (beschikbaar via BB)
Cursustekst beschikbaar in PDF via BB |
|
 
|
Aanbevolen studiemateriaal |
|
Belgisch staatsblad
http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/welcome.pl |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|