Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
|
|
|
Elektriciteit (3824)
|
4.0 stptn |
|
|
Elektronische systemen (3831)
|
5.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 2de bachelor in de industriële wetenschappen - elektromechanica | Verplicht | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijke en technologisch toepassingsgerichte kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang van het specifieke domein. (kennis bezitten) | | - DC
| EM 1.1 De student heeft kennis van de verwerking van signalen en van de modellering van systemen. | | | - BC
| kent de werkingsprincipes van gangbare sensoren, kan een overzicht geven van verschillende onderdelen en eigenschappen van meetsystemen, kan sensoren opdelen naar meetgrootheid, meetprincipe of informatiestructuur | | - DC
| EM 1.4 De student heeft kennis van geautomatiseerde processturingen, meet- en regelsystemen en bijbehorende interfacing. | | | - BC
| kent de werkingsprincipes van gangbare sensoren, kan een overzicht geven van verschillende onderdelen en eigenschappen van meetsystemen, kan sensoren opdelen naar meetgrootheid, meetprincipe of informatiestructuur | - EC
| EC2 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijk en ingenieurstechnisch disciplinegebonden inzicht in de basisbegrippen, methodes, denkkaders en onderlinge relaties van het specifieke domein. (begrijpen) | | - DC
| EM 2.1 De student heeft inzicht in de verwerking van signalen en de modellering van systemen. | | | - BC
| kan het werkingsprincipe van een sensor (resistief, capacitief, inductief, opto-elektrisch, piëzo-elektrisch of ultrasoon) afleiden en verklaren op basis van de opbouw en aan de hand van de basiswetten uit de fysica, mechanica, elektriciteit of elektronica | | - DC
| EM 2.4 De student inzicht in de opbouw en de werking van geautomatiseerde processturingen, meet- en regelsystemen en bijbehorende interfacing. | | | - BC
| heeft inzicht in de bijbehorende toepasselijke interfacing | | | - BC
| kan typische sensoreigenschappen linken aan het werkingsprincipe | - EC
| EC3 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan zelfstandig problemen herkennen, op eigen initiatief activiteiten plannen en actie ondernemen. (initiëren en plannen) | | - DC
| 3.3 De student kan (op eigen initiatief) actie ondernemen. | | | - BC
| neemt initiatief om zelfstandig tot een groepsindeling voor het lab te komen, bereidt labo-opgaven tijdig voor (lab) | - EC
| EC4 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan doelgericht relevante wetenschappelijke en/of technische informatie opzoeken en verzamelen of efficiënt en nauwgezet de benodigde informatie meten en correct refereren. (data verwerven) | | - DC
| 4.2 De student kan op gestructureerde wijze meetresultaten verzamelen. | | | - BC
| kan (gedocumenteerde) sensoren gebruiken om fysische grootheden op te meten (lab - formatief) | - EC
| EC5 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen analyseren, opsplitsen in deelproblemen, logisch structureren, de randvoorwaarden bepalen en de gegevens op een wetenschappelijke manier interpreteren. (analyseren) | | - DC
| 5.1 De student kan op gestructureerde wijze meetresultaten, resultaten uit simulaties, statistische data en/of technische informatie interpreteren. | | | - BC
| kan meetgegevens interpreteren en de link leggen met de theoretische werking (lab - formatief) | | - DC
| EM 5.1 De student kan de eigenschappen van een meet-, stuur-, controle- en/of visualisatiesproces analyseren. | | | - BC
| houdt rekening met nauwkeurigheid en stoorinvloeden, kan een gegeven sensor- of interfacingsprincipeschema analyseren | - EC
| EC6 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan adequate oplossingsmethodes selecteren om niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen op te lossen en kan methodologisch te werk gaan in ontwerp en hierin gefundeerde keuzes maken. (oplossen en ontwerpen) | | - DC
| EM 6.1 De student kan een meet-, stuur-, controle- en/of visualisatiesproces ontwerpen. | | | - BC
| kan een gefundeerde, eventueel vergelijkende, keuze maken voor het toepassen van sensoren voor het opmeten van een gegeven grootheid (o.a. positie, snelheid, versnelling, debiet, kracht, druk, niveau, temperatuur) binnen een gegeven context, inclusief de noodzakelijke interfacing, afscherming of aarding | - EC
| EC7 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan de geselecteerde methodes en hulpmiddelen innovatief aanwenden om domeinspecifieke oplossingen en ontwerpen planmatig te implementeren met aandacht voor de praktische en economische randvoorwaarden en bedrijfsgebonden implicaties. (implementeren en operationaliseren) | | - DC
| EM 7.1 De student kan het ontwerp voor een meet-, stuur-, controle- en/of visualisatiesproces implementeren met behulp van gepaste soft- en hardwaretools. | | | - BC
| kan (eenvoudige) sensoren correct aansluiten en hierbij de nodige interfacing opbouwen (lab - formatief) | - EC
| EC10 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan op een constructieve en verantwoordelijke wijze functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | - DC
| 10.2 De student kan op een actieve constructieve manier samenwerken met anderen om een gemeenschappelijk doel te bereiken (product). | | | - BC
| werkt constructief mee aan de opdrachten (lab) | - EC
| EC12 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan toepassings- en oplossingsgericht, met het vereiste doorzettingsvermogen, professioneel en academisch handelen met oog voor realisme en efficiëntie en geeft blijk van een onderzoekende houding tot levenslang leren. (ingenieursattitude) | | - DC
| 12.3 De student eigent zich een gepaste ingenieursattitude toe (nauwkeurig, efficiënt, veilig, resultaatgericht,...). | | | - BC
| werkt nauwgezet, oplossingsgericht en heeft oog voor efficiëntie |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student kent de basisbegrippen van mechanica en fysica. (Positie, snelheid, versnelling, kracht, moment, debiet, temperatuur, licht(sterkte), geluid, ...)
|
De student kent de basiswetten van de elektrotechniek op het gebied van elektrodynamica en –statica, elektromagnetisme, één‐ en driefasige wisselstroom en kan eenvoudige elektrische schakelingen analyseren (spanning, stroom, impedantie,..)
|
De student kent de elementaire functionele bouwblokken voor analoge en digitale schakelingen en kan deze analyseren. (diode, transistor, opamp, ..)
|
De student kan rekenen met complexe getallen.
|
|
|
Applicatiecollege
- Introductie meetsystemen
- Systeem karakteristieken
- Sensor principes
- Meettechnieken
- Signaalconditionering (versterking, linearisatie, filtering)
- ADC-DAC convertoren
- Datacommunicatie
- Data opslag en visualisatie
- Case-study rond 2 sensorsystemen
Labo
- Diverse opdrachten met aandacht voor de basisprincipes en de meetmethodse.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
|
|
Huiswerktaken ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 30 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
|
|
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
Extra info | Actieve deelname aan het labo. De evaluatie tijdens de onderwijsperiode wordt in het andere geval aangepast. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De punten van de evaluatie tijdens de onderwijsperiode blijven behouden in de tweede examenkans. Er is enkel een herkansing mogelijk van het schriftelijk examen. |
|
|
|
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
|
|
|
|
| schakel IW Elektromechanica optie automatisering - deel 1 | Verplicht | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
|
|
De student kent de basisbegrippen van mechanica en fysica. (Positie, snelheid, versnelling, kracht, moment, debiet, temperatuur, licht(sterkte), geluid, ...)
|
De student kent de basiswetten van de elektrotechniek op het gebied van elektrodynamica en –statica, elektromagnetisme, één‐ en driefasige wisselstroom en kan eenvoudige elektrische schakelingen analyseren (spanning, stroom, impedantie,..)
|
De student kent de elementaire functionele bouwblokken voor analoge en digitale schakelingen en kan deze analyseren. (diode, transistor, opamp, ..)
|
De student kan rekenen met complexe getallen.
|
|
|
Applicatiecollege
- Introductie meetsystemen
- Systeem karakteristieken
- Sensor principes
- Meettechnieken
- Signaalconditionering (versterking, linearisatie, filtering)
- ADC-DAC convertoren
- Datacommunicatie
- Data opslag en visualisatie
- Case-study rond 2 sensorsystemen
Labo
- Diverse opdrachten met aandacht voor de basisprincipes en de meetmethodse.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
|
|
Huiswerktaken ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 30 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
|
|
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
Extra info | Actieve deelname aan het labo. De evaluatie tijdens de onderwijsperiode wordt in het andere geval aangepast. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De punten van de evaluatie tijdens de onderwijsperiode blijven behouden in de tweede examenkans. Er is enkel een herkansing mogelijk van het schriftelijk examen. |
|
|
|
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|