Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| master in de verpleegkunde en de vroedkunde | Verplicht | 162 | 6,0 | 162 | 6,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 9. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan vanuit de reflectie op de organisatie van de gezondheidszorg en (inter)nationale ontwikkelingen in het domein van de verpleegkunde en de vroedkunde een onderbouwde visie op zorg formuleren. | | - DC
| De student kan het basis wetgevend kader rond organisatie en financiering van de gezondheidszorg in België duiden. | | | - BC
| De student kan het zorg- en welzijnslandschap op federaal en gewestelijk niveau duiden en illustreren met voorbeelden. | | | - BC
| De student heeft inzicht in de bevoegdheidsverdeling en financiering van de gezondheidszorg. | | | - BC
| De student kan de belangrijke wetgevingen in het gezondheidsrecht benoemen en hun belang voor de organisatie van gezondheidszorg toelichten (WUG, ziekenhuiswetgeving, kwaliteitsdecreet en -wet). | | - DC
| De student kan historische en recente (inter)nationale ontwikkelingen in wetgeving en organisatie van verpleeg- en vroedkunde duiden en het maatschappelijk belang hiervan beargumenteren. | | | - BC
| De student kan de positie van de verpleegkundige en vroedvrouw in het Belgische zorg- en welzijnslandschap duiden. | | | - BC
| De student kan de wet op de uitvoering van verpleegkunde en aanverwante beroepen duiden. | | | - BC
| De student kan een visie vormen op de positie van verpleegkundigen en vroedvrouwen vanuit een Europees perspectief. | | | - BC
| De student heeft inzicht in de manier waarop besluiten kaderend in de gezondheidszorg in de Europese context vorm krijgen. | | | - BC
| De student kent de Europese directieven die vormgeven aan verpleegkunde en vroedkunde. | | - DC
| De student kent de rollen en wettelijke verantwoordelijkheden van de gezondheidszorgberoepen in België. | | | - BC
| De student kan de rol en verantwoordelijkheden van de verpleegkundige en vroedvrouw in het Belgische gezondheidszorgsysteem duiden. | | | - BC
| De student kent de rol en verantwoordelijkheden van vakbonden en beroepsorganisaties voor verpleegkunde en vroedkunde. | | | - BC
| De student kan internationaal en nationaal georganiseerde raden en adviesorganen voor verpleegkunde en vroedkunde duiden en positioneren. | | | - BC
| De student kan de rol en verantwoordelijkheden van andere gezondheidszorgberoepen in het Belgische gezondheidszorgsysteem duiden. | | - DC
| De student heeft inzicht in evoluerende zorgnoden op niveau van individuele of groepen zorgvragers en kan deze kaderen in een breder perspectief van zorg en gezondheid. | | | - BC
| De student kan de impact van veranderingen in omgeving en populatie op het gezondheidszorgsysteem duiden. | | | - BC
| De student kan het concept 'Quintuple Aim' in de gezondheidszorg (patiënten ervaring, klinisch resultaat, kost, ervaring van de gezondheidszorgverstrekker, gelijkheid in toegang tot de gezondheidszorg) duiden en illustreren met voorbeelden. | - EC
| EC 13. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan een leiderschapsrol opnemen in een complex adaptieve zorgcontext. | | - DC
| De master heeft inzicht in zijn/haar eigen persoonlijkheid, competenties, talenten en groeipotentieel. | | | - BC
| De student kent het verschil tussen persoonlijkheid, waarden en competenties. | | | - BC
| De student kan het belang van zelfmanagement duiden en weet dit in te bouwen in zijn/haar eigen leven. | | | - BC
| De student kan zijn/haar persoonlijke waarde en competenties benoemen. | | | - BC
| De student kan een gemotiveerde keuze maken in leiderschapsstijl in functie van een praktijkvoorbeeld. | | - DC
| De master kan zijn/haar eigen leiderschapsstijl ontwikkelen en vertalen naar concrete doelstellingen voor persoonlijke groei. | | | - BC
| De student kan een visie op leiderschap ontwikkelen en communiceren. | | | - BC
| De student doet aan zelfreflectie en schrijft een persoonlijk ontwikkelplan. | | - DC
| De master heeft inzicht in verschillende leiderschapsstijlen. | | | - BC
| De student weet waar leiderschap voor staat. | | | - BC
| De student heeft inzicht in de verschillende leiderschapsstijlen. | | | - BC
| De student kan de verschillende leiderschapsstijlen bespreken en illustreren met een voorbeeld. | - EC
| EC 19. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan wetenschappelijke literatuur zoeken, lezen, beoordelen en samenvatten. De master kan deze bevindingen integreren in de ontwikkeling van een evidence-based aanpak voor de verbetering van kwaliteit en veiligheid van zorg. | | - DC
| De student kan bronnen en types van evidentie benoemen en toelichten. | | | - BC
| De student kan bronnen en types van evidentie categoriseren. | | - DC
| De student kan het belang van evidence-based decision-making bij het behandelen van een complex probleem in de gezondheidszorg duiden. | | | - BC
| De student kan de basisprincipes van een beslissingsproces definiëren en verduidelijken. | | | - BC
| De student kan de stappen van een (evidence-based) beslissingsproces benoemen en toelichten. | | | - BC
| De student kan uitdagingen bij het nemen van beslissingen benoemen en toelichten. | | - DC
| De student kan relevante terminologie, theorieën, modellen en frameworks met betrekking tot besluitvorming interpreteren en verduidelijken. | | | - BC
| De student kan theorieën, modellen en frameworks, om tot een gedeelde besluitvorming te komen, verduidelijken. | | | - BC
| De student kan relevante theorieën, modellen en frameworks rond evidence-based denken en handelen interpreteren en verduidelijken. | | | - BC
| De student kan de verschillende vormen van bias in een individueel en collectief beslissingsproces benoemen en duiden. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Het opleidingsonderdeel “Academisch professional 1” situeert zich in de module ‘De verpleegkundige en vroedvrouw als academisch professional’ en vindt plaats tijdens het eerste kwartiel van het masterprogramma. Deze module voorziet de kennis en vaardigheden om als referentiepersoon op te treden in zijn vakgebied en anderen te ondersteunen in het conceptualiseren en het uitvoeren van zorg vanuit een transdisciplinair perspectief. Dit opleidingsonderdeel zal drie thematische clusters integreren: (1) organisatie van de gezondheidszorg, (2) klinisch leiderschap en (3) evidence-based decision-making.
Bij de eerste thematische cluster, organisatie van de gezondheidszorg, ligt de klemtoon op het meegeven van basisinzichten op vlak van organisatie van gezondheidszorg in België vanuit een verpleegkundig en vroedkundig perspectief. Klinisch leiderschap zal je vervolgens vertrouwd maken met concepten, principes en methodieken van leiderschap en persoonlijke groei. Hierbij is ‘jezelf leren kennen’ de eerste stap in het leerproces. Als leider moet je stilstaan bij je sterktes en zwaktes, investeren in competenties en talenten naar boven halen. Soms met vallen en opstaan. De derde thematische cluster evidence-based decision-making introduceert theoretische kaders en terminologieën voor het nemen van beslissingen en maakt je bewust van mogelijke vormen van bias in besluitvorming.
Keywords: evidence-based decision-making; organisatie van gezondheidszorg in België; klinisch leiderschap
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 6,00 Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
- Leiderschap in de gezondheidszorg. Van theorie naar praktijk,Claes N.,2016,ACCO,9789462925618
- Evidence-based decision-making: how to leverage available data & avoid cognitive biases.,Banasiewicz AD,2019,New York: Routledge,9781138485297
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Op BlackBoard aangeboden studiemateriaal. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|