Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Adviserende volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Implementation science (4839)
|
5.0 stptn |
|
|
Improvement science (4838)
|
5.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P4 SBU | P4 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| master in de verpleegkunde en de vroedkunde - zorginnovatie | Verplicht | 270 | 10,0 | 270 | 10,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan zelfstandig een complexe zorgvraag analyseren, door middel van anamnese en klinisch onderzoek, om vervolgens een probleemanalyse te maken, klinisch te redeneren en verpleeg- of vroedkundige diagnoses te stellen op basis van de verzamelde informatie. | | - DC
| De student kan een probleem in de gezondheidstoestand van een patiënt of een groep patiënten vaststellen en vanuit een gerichte probleemanalyse tot een gefocuste probleemstelling komen. | - EC
| EC 2. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan autonoom, waar nodig in samenspraak met het multidisciplinair zorgteam, een zorgplan opstellen en verpleeg- of vroedkundige interventies initiëren in complexe situaties. | | - DC
| De student kan vanuit een gefocuste probleemstelling in samenspraak met relevante stakeholders innovatie in een verpleeg- of vroedkundige praktijkvoering conceptualiseren. | - EC
| EC 9. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan vanuit de reflectie op de organisatie van de gezondheidszorg en (inter)nationale ontwikkelingen in het domein van de verpleegkunde en de vroedkunde een onderbouwde visie op zorg formuleren. | | - DC
| De student kan bestaande visies op verpleegkunde en vroedkunde evalueren en positioneren in de huidige zorg- en welzijnscontext. | | - DC
| De student kan een onderbouwde visie op verpleegkunde en vroedkunde formuleren, rekening houdend met recente wetenschappelijke inzichten en organisatorische vraagstukken. | | - DC
| De student kan benoemen wat de gevolgen zijn van de verbreding van het verpleegkundig en vroedkundig beroep op andere professionals in gezondheidszorg. | - EC
| EC 11. De master in de verpleegkunde en vroedkunde werkt, in partnerschap met de diverse belanghebbenden binnen de gezondheidszorg, aan het ontwerpen, bouwen, en verbeteren van zorg in complexe contexten. | | - DC
| De student kan modellen voor zorgorganisatie in verpleegkunde en vroedkunde innoveren. | | - DC
| De student kan onderbouwde keuzes maken voor een organisatiemodel in functie van de probleemstelling. | | - DC
| De student kan de sterktes en beperkingen van het nurse-led en midwife-led care model toelichten. | | - DC
| De student kan het gebruik van zorgtechnologie en ICT als innovatieve tools binnen de gezondheidszorg evalueren. | | - DC
| De student kan de evolutie in het gebruik van zorgtechnologie en ICT binnen de gezondheidszorg kritisch benaderen. | - EC
| EC 14. De master in de verpleegkunde en vroedkunde draagt op een systematische en onderbouwde wijze bij aan de ontwikkeling, onderzoek, implementatie en valorisatie van (zorg)innovaties in de verpleeg- of vroedkunde. | | - DC
| De student kan de rol van de evidence-based richtlijnen als een tool voor innovatie duiden. | | - DC
| De student begrijpt de dynamiek en complexiteit van innovatie in de zorg, de factoren die van invloed zijn op innovatie in de zorg, en strategieën voor innovatiemanagement en kwaliteitsmanagement. | | - DC
| De student kan aan de hand van de evidence-based richtlijnen innovatie binnen verpleegkunde en vroedkunde evalueren. | | - DC
| De student kan wetenschappelijke inzichten vertalen naar de klinische praktijk door het opstellen van procedures en protocollen. | - EC
| EC 17. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan zichzelf professioneel ontwikkelen door middel van een lerend netwerk, met kritische reflectie op het eigen handelen. | | - DC
| De student reflecteert kritisch over het eigen handelen met betrekking tot het toepassen van innovaties in de verpleegkunde en/of vroedkunde. | - EC
| EC 19. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan wetenschappelijke literatuur zoeken, lezen, beoordelen en samenvatten. De master kan deze bevindingen integreren in de ontwikkeling van een evidence-based aanpak voor de verbetering van kwaliteit en veiligheid van zorg. | | - DC
| De student kan de stappen van het evidence-based beslissingsproces toepassen bij het beantwoorden van vraagstukken rond verbetering van kwaliteit en veiligheid in de zorg. | - EC
| EC 20. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan een complex probleem in de praktijkvoering vertalen naar een relevante onderzoeksvraag. | | - DC
| De student kan inzichten ontwikkelen inzake methoden voor innovatie en deze linken aan recente evoluties binnen de gezondheidszorg. | | - DC
| De student kan gebruikte methoden voor het systematisch verzamelen van relevante contextinformatie beoordelen en evalueren. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Dit opleidingsonderdeel is bedoeld voor verpleegkundigen en vroedvrouwen die in de klinische praktijk willen innoveren.
Vereiste voorkennis is schrijf- en leesvaardigheid in het Engels en algemene kennis van de gezondheidszorg (aanbevolen).
|
|
|
Het opleidingsonderdeel ‘Innovatie in verpleegkunde en vroedkunde’ maakt deel uit van de Master of Science Verpleegkunde en Vroedkunde en situeert zich in de afstudeerrichting zorginnovatie. Het opleidingsonderdeel voorziet de student in de nodige competenties om (zorg)innovatie vanuit een verpleegkundige of vroedkundige insteek te ontwikkelen.
Dit opleidingsonderdeel gaat in op:
-
Design science als een methode voor innovatie;
-
Innovatie in de tools die verpleegkundigen en vroedvrouwen gebruiken;
-
Innovatie in de manier waarop we het verpleegkundig en vroedkundig beroep praktisch organiseren;
-
Innovatie in de visie op het verpleegkundig en vroedkundig beroep.
Keywords: (zorg)innovatie in verpleegkunde en/of vroedkunde; design science
|
|
|
|
|
|
|
Casussessie ✔
|
|
|
Collectief feedback moment ✔
|
|
|
Excursie/veldwerk ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Project ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
Periode 4 Studiepunten 10,00
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Op BlackBoard aangeboden studiemateriaal. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|