Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 2de bachelorjaar in de sociale wetenschappen | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van de belangrijkste theoretische stromingen, basisbegrippen, onderzoekstradities en historische ontwikkelingen binnen het domein van de sociale wetenschappen en kan deze duiden vanuit een sociaal-wetenschappelijk multidisciplinair perspectief. | | - DC
| De student heeft kennis en inzicht verworven in de Europese integratietheorieën, en in de problematiek van de definities en conceptualisering van de Europese Unie als politiek systeem. | | | - BC
| De student kan de verschillende EU integratietheorieën en de verschillende conceptualiseringen van de EU als politiek systeem (bv. staat, internationale organisatie, (con)federatie, sui generis organisatie) uitleggen, vergelijken en toepassen. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft inzicht in de onderlinge relatie van de belangrijkste theoretische stromingen, basisbegrippen, onderzoekstradities en historische ontwikkelingen binnen en tussen de vakgebieden van sociologie, bestuurkunde en communicatiewetenschappen, alsook in verhouding tot vakgebieden binnen en buiten de sociale wetenschappen (interdisciplinariteit). | | - DC
| De student heeft de analytische capaciteit om Europa en de Europese Unie te onderscheiden als historische entititeit, als geografische entiteit en als politieke entiteit, en kan de Europese integratie en Europese besluitvorming in een globale context kaderen. | | | - BC
| De student kent de belangrijkste momenten uit en verklaringen voor de Europese integratiegeschiedenis, heeft inzicht in de verscheidene sociologische en economische samenstelling van Europa, en kan de EU in vergelijkend perspectief plaatsen met andere samenwerkingsverbanden (binnen en naast de Europese Unie). | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van maatschappelijke structuren, processen, vraagstukken en technologieën, die vorm geven aan de rol en het functioneren van publieke en private organisaties, beleidsnetwerken, media en sociale bewegingen. | | - DC
| De student heeft kennis verworven over de samenstelling en organisatie van de belangrijkste EU-instellingen, de relevante actoren van de Europese besluitvorming, en de Europese beleidsdomeinen. | | | - BC
| De student kent de samenstelling en interne organisatie van de belangrijkste EU-instellingen en welke rol deze spelen in de Europese besluitvorming. De student heeft inzicht in (de implicaties van) de verschillende Europese besluitvormingsmethodes. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van en inzicht in basisbegrippen, onderzoekstradities en theoretische stromingen omtrent ‘grand challenges’, in het bijzonder op vlak van digitalisering, diversiteit en/of democratie op lokaal, regionaal, nationaal, Europees en globaal niveau. | | - DC
| De student heeft inzicht verworven in de uitdagingen op het vlak van diversiteit en democratie voor de Europese Unie als politiek systeem. | | | - BC
| De student begrijpt de verschillende aspecten concept van 'democratisch deficit' van de Europese Unie en kan dit in verband brengen met de verschillende Europese besluitvormingsmethodes en de rol van de verschillende EU instellingen. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan relevante bronnen en literatuur omtrent een welbepaald sociaalwetenschappelijke vraagstuk identificeren, verzamelen en kritisch verwerken in een theoretisch conceptueel kader. | | - DC
| De student is in staat om primaire en secundaire bronnen over het Europese integratieproces en de Europese besluitvorming te verzamelen en kritisch te analyseren. | | | - BC
| De student gebruikt relevante primaire en secundaire bronnen over de EU en kan deze op een analytische en kritische manier verwerken. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan mondeling, schriftelijk en visueel rapporteren over wetenschappelijk onderzoek op een onderbouwde, coherente en overtuigende wijze. | | - DC
| De student is in staat om informatie over Europa en de Europese Unie samen te brengen, te verwerken en hierover te reflecteren in mondelinge en schriftelijke opdrachten. | | | - BC
| De student gebruikt relevante primaire en secundaire bronnen over de EU en kan deze op een analytische en kritische manier verwerken. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan wetenschappelijke informatie op een effectieve manier delen en samen met anderen naar een resultaat toewerken. Daarvoor beschikt zij/hij over de vaardigheden om op een correcte, gestructureerde, toegankelijke en overtuigende manier te communiceren. Zij/hij is ook in staat om vlot en constructief met anderen samen te werken in een multidisciplinair en divers team. | | - DC
| De student is in staat om zich correct en duidelijk uit te drukken en de concepten en theorieën die eigen zijn aan de studie van Europese integratie en Europese besluitvorming correct toe te passen in samenwerking met anderen. | | | - BC
| De student toont voldoende inzet in de samenwerking met anderen. De student werkt constructief en oplossingsgericht samen met anderen. | - EC
| De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen is zich bewust van haar/zijn rol als sociale wetenschapper en eigen positie binnen een meerlagige, diverse samenleving. | | - DC
| De student is in staat om een kritische houding te hanteren ten aanzien van wetenschappelijke en niet-wetenschappelijke analyses van de Europese besluitvorming, en heeft inzicht in het onderscheid en de spanning tussen de theorie en praktijk van het Europese integratieproces en de Europese besluitvorming. | | | - BC
| De student kan met de nodige zelfreflectie en kritische houding de leerstof en eigen bronnenmateriaal benaderen. De student kan zelfstandig gepaste primaire en secundaire bronnen opzoeken, kritisch analyseren en verwerken. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
- De student heeft rudimentaire kennis over de internationale en Europese politiek.
|
- De student kan op een effectieve manier wetenschappelijke literatuur opzoeken.
|
|
|
Het opleidingsonderdeel biedt een overzicht van de sociale, politieke en culturele integratie op het Europese continent. Hiertoe wordt de Europese Unie in haar historische, geografische en politieke context geplaatst. Er wordt aandacht besteed aan het Europese integratieproces, de economische en sociologische samenstelling van de Europese landen en de positie van Europa vanuit globaal perspectief. Daarnaast wordt er een overzicht gegeven van de belangrijkste instellingen en politieke actoren in het Europese besluitvormingsproces, en wordt er ingegaan op een aantal specifieke beleidsdomeinen en -initiatieven van de Europese Unie.
|
|
|
|
|
|
|
Casussessie ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
|
|
Casestudy ✔
|
|
|
Discussies /debat ✔
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Huiswerktaken ✔
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
Rollenspel (simulatie) ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 15 % |
|
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 10 % |
|
|
|
|
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode | 5 % |
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De evaluatievorm tijdens de tweede examenkans bestaat enkel uit een gesloten boekexamen met open vragen. Het resultaat van de evaluatieopdrachten van de onderwijsperiode kan niet worden overgedragen naar de tweede examenkans. |
|
|
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
De Bestuurlijke Kaart van de Europese Unie,Anna van der Vleuten,6e druk,uitgeverij Coutinho,9789046908570 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Bijkomende teksten en studiemateriaal worden via het leerplatform bekend gemaakt. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|