Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| master in de verpleegkunde en de vroedkunde - vroedkunde | Verplicht | 270 | 10,0 | 270 | 10,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan zelfstandig een complexe zorgvraag analyseren, door middel van anamnese en klinisch onderzoek, om vervolgens een probleemanalyse te maken, klinisch te redeneren en verpleeg- of vroedkundige diagnoses te stellen op basis van de verzamelde informatie. | | - DC
| / | | | - BC
| De student kan aan de hand van aangereikte casussen autonoom een complexe zorgvraag analyseren door (klinisch) te redeneren en op basis hiervan verpleeg- of vroedkundige diagnoses stellen en zorgplan ontwikkelen. | | | - BC
| De student kan een complex probleem in de verpleeg- of vroedkundige praktijk begrijpen, analyseren en evalueren op basis van recente inzichten. | - EC
| EC 2. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan autonoom, waar nodig in samenspraak met het multidisciplinair zorgteam, een zorgplan opstellen en verpleeg- of vroedkundige interventies initiëren in complexe situaties. | | - DC
| / | | | - BC
| De student kan autonoom, waar nodig in samenspraak met het multidisciplinair zorgteam, een zorgplan opstellen in complexe situaties. | - EC
| EC 3. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan relevante en wetenschappelijk onderbouwde kennis over pathofysiologie en farmacologie integreren in de klinische praktijk. | | - DC
| / | | | - BC
| De student kan aan de hand van aangereikte casussen relevante en wetenschappelijk onderbouwde kennis over pathofysiologie en farmacologie integreren. | - EC
| EC 4. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan relevante en wetenschappelijk onderbouwde vaardigheden integreren in de klinische praktijk, met inachtneming van de grenzen van de wettelijke regelgeving en de ethische/ deontologische code. | | - DC
| / | | | - BC
| De student kan gebruik maken van wetenschappelijk gefundeerde inzichten, rekening houdend met ethische en economische overwegingen en kaderend in de bredere maatschappelijke context, om te komen tot autonome besluitvorming. | - EC
| EC 5. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan principes van person-centred care integreren in de conceptualisatie en uitvoering van complexe zorg. | | - DC
| / | | | - BC
| De student past de principes van person centered care toe bij het plannen en coördineren van complexe zorg. | | | - BC
| De student kan mensen positief bekrachtigen en hen in staat stellen om ook in een complexe zorgsituatie hun gezondheid mee in handen te nemen in plaats van passief gezondheidszorg te ontvangen | - EC
| EC 6. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan zorgvragers en hun omgeving op gepaste wijze begeleiden en educatie, ter bevordering van zelfzorg en –management, voorzien in het kader van complexe zorgvragen. | | - DC
| / | | | - BC
| De student heeft inzichten in de gezondheidsbevordering, -preventie, -therapie en - zorgplanning, die hij ook kan aanbieden aan zorgvragers. | | | - BC
| De student kan leefstijladviezen aan zorgvragers geven en een motivationeel interview uitvoeren. | - EC
| EC 10. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan met behulp van kwantitatieve en kwalitatieve methoden de kwaliteit en veiligheid van gezondheidszorg evalueren en monitoren en voorstellen ter verbetering formuleren. | | - DC
| / | | | - BC
| De student kan evidentie uit de verpleeg- en/of vroedkunde en aanverwante wetenschappen toepassen om complexe zorg- en zorgorganisatie problemen te analyseren en aan te pakken. | | | - BC
| De student evalueert, optimaliseert en monitort de kwaliteit en veiligheid van de zorg. | - EC
| EC 11. De master in de verpleegkunde en vroedkunde werkt, in partnerschap met de diverse belanghebbenden binnen de gezondheidszorg, aan het ontwerpen, bouwen, en verbeteren van zorg in complexe contexten. | | - DC
| De student kan de noden van diverse stakeholders systematisch analyseren en rapporteren. | | | - BC
| De student kan mondeling en schriftelijk rapporteren, motiveren, argumenteren, redeneringen opbouwen, bijdragen aan besluitvormingen in (transmurale) interprofessionele samenwerkingsverbanden. | | | - BC
| De student analyseert zorg in complexe contexten en draagt samen met belanghebbenden bij aan het ontwerpen en plannen van verbetering van zorg in complexe contexten. | - EC
| EC 15. De master in de verpleegkunde en vroedkunde kan zelfstandig en zelfsturend kennis opbouwen en een houding bij zichzelf en collega’s bevorderen tot levenslang leren en het zich voortdurend eigen maken van nieuwe inzichten in het domein van de verpleegkunde of vroedkunde. | | - DC
| / | | | - BC
| De student bevordert een houding tot levenslang leren bij collega's. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Klinische verdieping vroedkunde (4886) is gericht naar houders van een professioneel bachelordiploma in de vroedkunde, die voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor de MSc in verpleegkunde en vroedkunde (cfr. studiegids).
Er wordt voortgebouwd op de reeds verworven competenties in het schakeljaar. De vereiste voorkennis is schrijf- en leesvaardigheid in het Engels (vereist) en algemene kennis van de gezondheidszorg (aanbevolen). We adviseren om het opleidingsonderdeel Klinische verdieping vroedkunde (4886) pas op te nemen in je studietraject, als je in een voorgaande onderwijsperiode de opleidingsonderdelen ‘Academisch professional 1’ (6 SP) en ‘Academisch professional 2’ (9 SP) hebt opgenomen.
|
|
|
Klinische verdieping vroedkunde (4886) maakt deel uit van de Master of Science Verpleegkunde en Vroedkunde. Dit opleidingsonderdeel geeft vorm aan de competentiecluster “De vroedvrouw als advanced practice zorgverstrekker: Vroedkunde”.
De afstudeerrichting vroedkunde is klinisch georiënteerd en bereidt vroedvrouwen voor op complexe zorgcontexten. Voortbouwend op de bacheloropleiding biedt deze afstudeerrichting theoretische en wetenschappelijke inzichten gekoppeld aan klinische verdieping.
Afwisselend tussen theorie, klinische vaardigheden en kennistoepassing leer je complexe zorg vormgeven binnen verschillende zorgcontexten. Vertrekkende vanuit de zorgvrager als centrale persoon in het zorgproces zal je in dit kwartiel complexe zorgvragen beantwoorden op niveau van een individuele (of een groep van) zorgvrager(s). Je maakt gebruik van wetenschappelijk gefundeerde inzichten, rekening houdend met ethische en economische overwegingen en gekaderd in de bredere maatschappelijke context, om te komen tot autonome besluitvorming.
Keywords: Klinische verdieping vroedkunde
|
|
|
|
|
|
|
Afstandsonderwijs ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 10,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 40 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | De student kan zijn/haar deelcijfer enkel overdragen indien hij/zij de helft of meer van de punten behaald heeft tijdens de eerste examenkans van dit opleidingsonderdeel. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Mondeling examen | 60 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | De student kan zijn/haar deelcijfer enkel overdragen indien hij/zij de helft of meer van de punten behaald heeft tijdens de eerste examenkans van dit opleidingsonderdeel. |
|
|
|
|
|
|
Andere: | Het mondeling examen bestaat uit open vragen over de inhoud van de paper. |
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | Om te slagen voor dit opleidingsonderdeel moet de student op alle onderdelen geslaagd zijn (≥10/20 behalen) en is de schriftelijke paper op de deadline ingediend. |
|
|
|
Gevolg | Niet of laattijdig indienen zal gequoteerd worden met een 0. Behaalt de student op één van de onderdelen een onvoldoende, dan krijgt de student als eindresultaat in zijn/haar studentendossier 9/20 of het rekenkundig gewogen gemiddelde als de score lager is. |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De evaluatievorm in tweede examenkans is niet verschillend van eerste examenkans. Voor de onderdelen waarvoor een onvoldoende werd behaald tijdens de eerste examenkans, dient er een tweede kans te worden afgelegd. Hierbij kan de paper herwerkt worden op basis van feedback. De student geeft in een begeleidend schrijven aan welke wijzigingen werden doorgevoerd. |
|
|
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
Hamric and Hanson's Advanced Practice Nursing: An Integrative Approach,Tracy MF & O'Grady ET,7th edition, 2022,Elsevier Health Sciences,9780323777117 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
- Op BlackBoard aangeboden materiaal van de docenten en gastsprekers.
|
|
 
|
Aanbevolen studiemateriaal |
|
- Handboeken en cursusmateriaal uit eerdere opleidingsonderdelen.
|
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|