Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| Master in de ergotherapeutische wetenschap | Verplicht | 162 | 6,0 | 162 | 6,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| MI1 - Ergotherapeutische theorie- en praktijkmodellen analyseren, vergelijken en evalueren om vervolgens nieuwe of aangepaste modellen te kunnen ontwikkelen. | - EC
| MI2 - Bijdragen aan de ontwikkeling van ergotherapeutische of multidisciplinaire ‘evidence based’ richtlijnen voor de diagnostiek en behandeling van specifieke en complexe problematieken. | - EC
| MI3 - Op een gerichte manier nieuwe tendensen en richtlijnen implementeren in een team. | - EC
| MI4 - Een actieve houding vertonen voor beroepsvernieuwing en levenslang leren en hierbij oog hebben voor de maatschappelijke veranderingen van de éénentwintigste eeuw. | - EC
| MI5 - Het beroep en het werkveld vergelijken met die van andere hulpverleners in nationale en internationale context, hierbij de rol en het beroep van de ergotherapeut onderzoeken en ondersteunen. | - EC
| MI6 - De basisconcepten van het menselijk handelen (occupatie) voortdurend in vraag stellen, data verzamelen en een bijdrage leveren aan de body of knowledge van occupational science. | - EC
| MI7 - Ergotherapeutische interventies op wetenschappelijke gronden evalueren en het methodisch handelen van zichzelf en anderen bijsturen. | - EC
| MI8 - De principes van clinical en scientific reasoning kennen en toepassen. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Dit opleidingsonderdeel zal ingaan op:
- Aspecten van participatie (participatie als uitkomstmaat en participatie als relationeel perspectief) en omgevingsfactoren die participatie bevorderen en/of belemmeren bij personen met psychische vragen, kinderen met een atypische ontwikkeling, personen uit de fysieke revalidatie of ouderenzorg.
- Participatie en omgeving-gerichte assessments (de klinimetrie - gekoppeld aan diagnostisch redeneren, inclusief meetinstrumenten).
- Interventies om de participatie te bevorderen. Het ‘evidence based’ opstellen van het behandelplan met daarin verschillende interventiemethoden; inclusief aspecten van een participatiegerichte organisatie.
Relevante wetenschappelijke kennis wordt verweven met impliciete kennis zodat toekomstige ergotherapeutische onderzoekers, clinici en managers competent worden in een participatiegerichte aanpak en ervoor zorgen dat organisaties toegroeien naar participatiegerichte centra.
Bovendien wil dit opleidingsonderdeel studenten vertrouwd maken met de volgende aspecten:
1. Van probleemgerichte zorg naar goal oriented (strength based) zorg. 2. De impact van het ziektebeeld op het dagelijks functioneren van de patiënt ("occupational science") en de gevolgen voor het ergotherapeutische of interprofessionele behandelproces.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 6,00
Evaluatievorm | |
|
|
Mondeling examen | 30 % |
|
|
Andere: | Paper- en (poster)presentatie |
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|