Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 3de bachelor in de industriële wetenschappen - bouwkunde | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijke en technologisch toepassingsgerichte kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang van het specifieke domein. (kennis bezitten) | | - DC
| 1.11 De student kent de basis van bouwmaterialen, constructieonderdelen en constructies (inclusief gebouwen en civieltechnische constructies). | | | - BC
| De student kan de moderne funderingstechnieken plaatsen in een historisch kader. | | - DC
| BK 1.4 De student kent de principes van grondmechanica. | | | - BC
| De student kent de basisprincipes van de grondmechanica. | - EC
| EC2 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijk en ingenieurstechnisch disciplinegebonden inzicht in de basisbegrippen, methodes, denkkaders en onderlinge relaties van het specifieke domein. (begrijpen) | | - DC
| BK 2.4 De student heeft inzicht in de principes van structuurmechanica. | | | - BC
| De student kan alle geziene theoretische bewijzen in de cursus analytisch verklaren. | | | - BC
| De student kan inzichtsvragen omtrent actieve en passieve gronddrukken oplossen. | - EC
| EC5 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen analyseren, opsplitsen in deelproblemen, logisch structureren, de randvoorwaarden bepalen en de gegevens op een wetenschappelijke manier interpreteren. (analyseren) | | - DC
| BK 5.1 De student kan de geschiktheid van bouwmaterialen voor een specifieke toepassing bepalen, analyseren en beoordelen. | | | - BC
| De student kan mechanische en fysische parameters van een grond op basis van grondonderzoek bepalen. | | | - BC
| De student moet essentiële verschillen in normering voortkomend uit lokaal verschillende geologische gesteldheid kunnen duiden. | - EC
| EC8 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan (onvolledige) resultaten interpreteren, kan omgaan met onzekerheden en beperkingen en kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | - DC
| 8.1 De student kan (berekende, gemeten of gesimuleerde) resultaten toetsen aan de literatuur en de werkelijkheid. | | | - BC
| De student kan conceptuele beschouwingen omtrent standzekerheid van grond- en waterkerende constructies hanteren. | - EC
| EC9 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan met vakgenoten mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren over domeingebonden aspecten in een relevante taal en met gebruik van de toepasselijke terminologie. (communiceren) | | - DC
| 9.1 De student kan correct, gestructureerd en gepast schriftelijk communiceren in relevante talen voor zijn vakgebied. | | | - BC
| De student moet zijn denkproces voor zowel geotechnische berekeningen als kernbegrippen uit de geotechniek gestructureerd schriftelijk kunnen verwoorden. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Situering binnen het curriculum/leerdomein Dit opleidingsonderdeel behoort tot het leerdomein Infrastructuur. Het bereidt voor op het opleidingsonderdeel Geotechniek 2 en Project stabiliteit.
|
|
|
De cursus Geotechniek 1 heeft als voornaamste doel de studenten aan te leren hoe ze komen tot de meest economische oplossing van het funderingsprobleem. Naast het dimensioneren van het gekozen funderingstype, wordt ook het gedrag onderzocht van de grond in contact met water, het evenwicht van taluds en de grondkerende constructies. De fundering van een gebouw is een essentieel onderdeel die ervoor zorgt dat de constructie zowel gedragen wordt als voor het vermijden van zettingen. Ook waterkerende constructies komen veelvuldig voor. Taluds en grondkerende constructies zijn vaak belangrijk bij het optrekken van constructies.
In het deel Grondonderzoek worden de fysische eigenschappen besproken, die leiden tot een klassering en naamgeving van een grond, en zijn mechanische eigenschappen. In het deel Funderingen wordt uitgebreid aandacht besteed aan de klassieke funderingen, maar ook aan de moderne funderingstechnieken die zich de laatste jaren ontwikkelden. De problemen die de grondwaterstromingen veroorzaken en de studie van taluds en keermuren sluiten het opleidingsonderdeel af.
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 3,00 Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Relatie met onderzoek Tijdens het vak worden de studenten op de hoogte gebracht van onderzoek naar de meest actuele funderingstechnieken.
Relatie met werkveld Dit vak wordt gegeven door een gastprofessor uit het werkveld, expert in geotechniek. |
|
|
|
|
|
| schakel IW Bouwkunde: pba bouw - deel 2 | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
voorbereidingsprogramma industriële wetenschappen bouwkunde | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
|
|
Situering binnen het curriculum/leerdomein Dit opleidingsonderdeel behoort tot het leerdomein Infrastructuur. Het bereidt voor op het opleidingsonderdeel Geotechniek 2 en Project stabiliteit.
|
|
|
De cursus Geotechniek 1 heeft als voornaamste doel de studenten aan te leren hoe ze komen tot de meest economische oplossing van het funderingsprobleem. Naast het dimensioneren van het gekozen funderingstype, wordt ook het gedrag onderzocht van de grond in contact met water, het evenwicht van taluds en de grondkerende constructies. De fundering van een gebouw is een essentieel onderdeel die ervoor zorgt dat de constructie zowel gedragen wordt als voor het vermijden van zettingen. Ook waterkerende constructies komen veelvuldig voor. Taluds en grondkerende constructies zijn vaak belangrijk bij het optrekken van constructies.
In het deel Grondonderzoek worden de fysische eigenschappen besproken, die leiden tot een klassering en naamgeving van een grond, en zijn mechanische eigenschappen. In het deel Funderingen wordt uitgebreid aandacht besteed aan de klassieke funderingen, maar ook aan de moderne funderingstechnieken die zich de laatste jaren ontwikkelden. De problemen die de grondwaterstromingen veroorzaken en de studie van taluds en keermuren sluiten het opleidingsonderdeel af.
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 3,00 Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Relatie met onderzoek Tijdens het vak worden de studenten op de hoogte gebracht van onderzoek naar de meest actuele funderingstechnieken.
Relatie met werkveld Dit vak wordt gegeven door een gastprofessor uit het werkveld, expert in geotechniek. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|