| Onderwijstaal : Nederlands |
| | | Examencontract: niet mogelijk |
|
Volgtijdelijkheid
|
| |
|
Geen volgtijdelijkheid
|
There is no data for this choice.
Change the language, year or choose another item in the dropdown list if it is available.
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | Master in de ergotherapeutische wetenschap | Verplicht | 135 | 5,0 | 135 | 5,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| | | Eindcompetenties |
- EC
| MW2 - De verwerkte gegevens op een wetenschappelijk en ethisch verantwoorde wijze rapporteren en presenteren aan professionelen in de maatschappij. | - EC
| MI1 - Ergotherapeutische theorie- en praktijkmodellen analyseren, vergelijken en evalueren om vervolgens nieuwe of aangepaste modellen te kunnen ontwikkelen. | - EC
| MI2 - Bijdragen aan de ontwikkeling van ergotherapeutische of multidisciplinaire ‘evidence based’ richtlijnen voor de diagnostiek en behandeling van specifieke en complexe problematieken. | - EC
| MI3 - Op een gerichte manier nieuwe tendensen en richtlijnen implementeren in een team. | - EC
| MI4 - Een actieve houding vertonen voor beroepsvernieuwing en levenslang leren en hierbij oog hebben voor de maatschappelijke veranderingen van de éénentwintigste eeuw. | - EC
| MI5 - Het beroep en het werkveld vergelijken met die van andere hulpverleners in nationale en internationale context, hierbij de rol en het beroep van de ergotherapeut onderzoeken en ondersteunen. | - EC
| MI7 - Ergotherapeutische interventies op wetenschappelijke gronden evalueren en het methodisch handelen van zichzelf en anderen bijsturen. | - EC
| MM2 - Volgens de principes van projectmanagement een project opstarten, begeleiden, uitvoeren, evalueren en bijsturen. |
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
|
Recent is er een toename van technologische ontwikkelingen, die ten bate kunnen zijn van de zorg in het algemeen en revalidatie in het bijzonder. Bedrijven zijn gestart met het aanbieden van nieuwe producten en diensten; zorgverleners worden toenemend betrokken in de verbetering hiervan of in het ontwikkelen van nieuwe toepassingen en in het opstarten van nieuwe zorgprocessen. In dit opleidingsonderdeel worden zowel high & low cost als hard- en software toepassingen ten bate van specifieke patiënten populaties (bijvoorbeeld, neurologische aandoeningen, autisme spectrum stoornissen, ouderen) en indicatiestellingen behandeld. Er worden zowel specifieke evaluatie- en trainingsbenaderingen in de revalidatie (met robots, wearables etc) besproken alsook assistieve hulpmiddelen zoals sociale robots en APPS die het leven in een eigen omgeving faciliteren en technologieën om zorgprocessen af te stemmen. Het is belangrijk dat de toekomstige onderzoekers, clinici en leidinggevenden bekwaam worden in het correct categoriseren van innovaties, kritisch reflecteren hieromtrent en een bijdrage tot innovatie leveren. Dit opleidingsonderdeel vormt een voorbereiding op het begrijpen en gebruiken van nieuwe technologieën in de revalidatiewetenschappen en gezondheids- en welzijnszorg (bijv. eHeath, teleHealth, mHealth; Virtual Reality; Robotics, end effector, exoskelet; draagbare sensoren; Serious games; PRO's en EMA) . Naast de algemene kennis van technologieën en het kritisch reflecteren hierover, komen drie grote onderwerpen aan bod; 1) Technologie en een focus op ergotherapie - 2) Technologie en een focus op de persoon (Technologie acceptatie en implementatie, evaluatie, en ethische aspecten) - 3) Technologie en een focus op het proces.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
conferentie en congres ✔
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 5,00
| Evaluatievorm | |
|
| Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 50 % |
|
| Andere: | Permanente evaluatie onder de vorm van diverse opdrachten |
|
|
|
| Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
| Ander examen | 50 % |
|
| Andere: | Posterpresentatie en mondelinge bevraging |
|
|
|
|
|
| Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
| Voorwaarden | Afwezigheid tijdens de opdrachten tijdens de onderwijsperiode dient gewettigd te worden. Indien de student gewettigd afwezig is tijdens de opdrachten, wordt een vervangopdracht voorzien. |
|
|
|
| Gevolg | Bij ongewettigde afwezigheid tijdens de opdracht tijdens de onderwijsperiode, krijgt de student een N voor dit gedeelte. Als de student een onvoldoende behaalt op N onderdeel van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 0,5 punt (op 20) afgetrokken. Dit resultaat vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
| Toelichting evaluatievorm | In tweede zit wordt het deelcijfer van de permanente evaluatie behouden. |
|
|
|
|
|
| Opmerkingen |
| |
Eindcompetenties:
MI.3
Op een gerichte manier nieuwe tendensen en richtlijnen implementeren in een team.
MI.3.1
Teamleden en collegas op een professionele manier informeren en begeleiden met betrekking tot het implementeren van gespecialiseerde wetenschappelijke kennis en specifieke complexe ergotherapeutische vaardigheden rekening houdend met de ethische en deontologische code binnen een mono- of multidisciplinaire setting.
M3.2
Een kritische evaluatie maken van bestaande technologie ter ondersteuning van de revalidatie en zorgprocessen, en een bijdrage leveren ter verbetering hiervan.
MI.4
Een actieve houding vertonen voor beroepsvernieuwing en levenslang leren en hierbij oog hebben voor de maatschappelijke veranderingen van de éénentwintigste eeuw.
MI.4.1
Zich levenslang verder ontplooien en bijscholen op zowel klinisch en/of wetenschappelijk vlak vanuit een academisch wetenschappelijke ingesteldheid. |
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de gezondheidswetenschappen keuzetraject REKI met vakdidactiek biologie | Verplicht | 135 | 5,0 | 135 | 5,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| | | Eindcompetenties |
- EC
| 5.2. De educatieve master is een domeinexpert GZW: de EM heeft inzicht in de organisatie van de gezondheidszorg, de beleids- en ethische aspecten van de gezondheidszorg en de interactie tussen de verschillende stakeholders. |
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
|
Recent is er een toename van technologische ontwikkelingen, die ten bate kunnen zijn van de zorg in het algemeen en revalidatie in het bijzonder. Bedrijven zijn gestart met het aanbieden van nieuwe producten en diensten; zorgverleners worden toenemend betrokken in de verbetering hiervan of in het ontwikkelen van nieuwe toepassingen en in het opstarten van nieuwe zorgprocessen. In dit opleidingsonderdeel worden zowel high & low cost als hard- en software toepassingen ten bate van specifieke patiënten populaties (bijvoorbeeld, neurologische aandoeningen, autisme spectrum stoornissen, ouderen) en indicatiestellingen behandeld. Er worden zowel specifieke evaluatie- en trainingsbenaderingen in de revalidatie (met robots, wearables etc) besproken alsook assistieve hulpmiddelen zoals sociale robots en APPS die het leven in een eigen omgeving faciliteren en technologieën om zorgprocessen af te stemmen. Het is belangrijk dat de toekomstige onderzoekers, clinici en leidinggevenden bekwaam worden in het correct categoriseren van innovaties, kritisch reflecteren hieromtrent en een bijdrage tot innovatie leveren. Dit opleidingsonderdeel vormt een voorbereiding op het begrijpen en gebruiken van nieuwe technologieën in de revalidatiewetenschappen (bijv. eHeath, teleHealth, mHealth; Virtual Reality; Robotics, end effector, exoskelet; draagbare sensoren; Serious games; PRO's en EMA) . Naast de algemene kennis van technologieën en het kritisch reflecteren hierover, komen drie grote onderwerpen aan bod; 1) Technologie en een focus op ergotherapie - 2) Technologie en een focus op de persoon (Technologie acceptatie en implementatie, evaluatie, en ethische aspecten) - 3) Technologie en een focus op het proces.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
conferentie en congres ✔
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 5,00
| Evaluatievorm | |
|
| Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 50 % |
|
| Andere: | Permanente evaluatie onder de vorm van diverse opdrachten |
|
|
|
|
|
| Ander examen | 50 % |
|
| Andere: | Posterpresentatie en mondelinge bevraging |
|
|
|
|
|
| Extra info | Afwezigheid tijdens de presentatie tijdens de onderwijsperiode dient gewettigd te worden.Bij ongewettigde afwezigheid tijdens de presentatie tijdens de onderwijsperiode, krijgt de student een 0 voor dit gedeelte.Indien de student gewettigd afwezig is tijdens de presentatie, wordt een vervangopdracht voorzien.
Als de student een onvoldoende behaalt op 1 onderdeel van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 0,5 punt (op 20) afgetrokken. Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. |
|
Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
|
| Opmerkingen |
| |
Eindcompetenties:
MI.3
Op een gerichte manier nieuwe tendensen en richtlijnen implementeren in een team.
MI.3.1
Teamleden en collegas op een professionele manier informeren en begeleiden met betrekking tot het implementeren van gespecialiseerde wetenschappelijke kennis en specifieke complexe ergotherapeutische vaardigheden rekening houdend met de ethische en deontologische code binnen een mono- of multidisciplinaire setting.
M3.2
Een kritische evaluatie maken van bestaande technologie ter ondersteuning van de revalidatie en zorgprocessen, en een bijdrage leveren ter verbetering hiervan.
MI.4
Een actieve houding vertonen voor beroepsvernieuwing en levenslang leren en hierbij oog hebben voor de maatschappelijke veranderingen van de éénentwintigste eeuw.
MI.4.1
Zich levenslang verder ontplooien en bijscholen op zowel klinisch en/of wetenschappelijk vlak vanuit een academisch wetenschappelijke ingesteldheid. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
| 2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
| Legende |
| SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|