Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Adviserende volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
Advies
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma in een voorgaande periode: jong en oud: biopsychosociaal model (3933).
|
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P4 SBU | P4 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 2de bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie | Verplicht | 189 | 7,0 | 189 | 7,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1 De bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie kan - voor courante problemen en op basisniveau - in functie van preventief of curatief handelen evidenced based en op ethisch verantwoorde wijze een kinesitherapeutische diagnose stellen, uitgaande van de hulpvraag van de gesimuleerde patiënt/cliënt, de doelgerichte anamnese en het klinisch kinesitherapeutisch onderzoek en deze professioneel communiceren naar de patiënt/cliënt. | | - DC
| De student heeft inzicht in de aangeboden psychopathologische beelden, zowel op vlak van diagnostiek als binnen de maatschappelijke context. | | - DC
| de student kent het natuurlijke en afwijkende beloop van courante geriatrische aandoeningen | | | - BC
| De student kan aan de hand van een gegeven casus bepalen of de evolutie verloopt volgens verwachtingen | | - DC
| De student kent de rode vlaggen die doorverwijzing naar een specialist nodig maken bij courante geriatrische aandoeningen | | | - BC
| De student kan in een gegeven casus de rode vlaggen herkennen | | - DC
| De student kent specifieke functioneringsproblemen bij ouderen gerelateerd aan veel voorkomende aandoeningen. | | | - BC
| De student kan ondermeer volgende inhouden uitleggen: leeftijdsgebonden musculoskeletale, cardiovasculaire en neurale (patho)fysiologische veranderingen, pathofysiologie van dementie, problematiek van incontinentie bij ouderen, bepalen van de zorgnood, valevaluatie, algemene pathologieën binnen de geriatrische populatie, vestibulaire dysfuncties. | | | - BC
| De student kent de verschillende evaluatieschalen voor het bepalen van het valrisico, de zorgnood, pijn, fragiliteit, ... bij de oudere zorgvrager. | | | - BC
| De student kan de verschillende evaluatieschalen voor het bepalen van het valrisico, de zorgnood, pijn, fragiliteit, ... bij de oudere zorgvrager toepassen. | | - DC
| De student kan aan de hand van een casus klinisch redeneren in functie van het opstellen van een kinesitherapeutische diagnose. | | | - BC
| De student kan voor een casus rond vestibulaire revalidatie, urinaire incontinentie, valpreventie,... aan de hand van relevante klinische testen een kinesitherapeutische diagnose opstellen | | - DC
| De student kan de mogelijkheden en beperkingen van een oudere patiënt in kaart brengen en de onderliggende pathologische processen beschrijven. | | | - BC
| De student kan de invloed van veroudering en specifieke geriatrische pathologieën op het stoornis-, activiteiten- en participatieniveau omschrijven | - EC
| EC 3 De bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie kan, in functie van een efficiënt verloop van het kinesitherapeutisch handelen en met respect voor de identiteit/privacy van de cliënt, het resultaat van elke fase van het kinesitherapeutisch handelen, schriftelijk en mondeling communiceren, met inbegrip van het dossier. | | - DC
| De student kan de communicatievaardigheden die relevant zijn voor de kinesitherapeut in de kinesitherapeut-patiënt relatie toepassen. | | | - BC
| De student hanteert professioneel en correct taalgebruik aangepast aan het niveau van de patiënt. | - EC
| EC 6 De bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie heeft kennis van de algemene organisatie van de gezondheidszorg en van de verschillende stakeholders. | | - DC
| De student kent de verschillende actoren binnen de gezondheidszorg | | | - BC
| De student kan kennis van de verschillende actoren binnen de gezondheidszorg integreren tijdens het diagnostisch proces. | - EC
| EC 7 De bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie heeft inzichten in de algemene gezondheidsproblemen en mogelijke preventie in een diversiteitscontext. | | - DC
| De student kan een gezondheidsprobleem analyseren. | | | - BC
| De student kan in zijn analyse de oorzaken achterhalen in termen van gedrag, leefstijl en omgevingscondities. | - EC
| EC 8 De bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie kan relevante onderzoeksbevindingen in het domein van de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie opzoeken, beoordelen, interpreteren en communiceren in functie van de kinesitherapeutische praktijk. | | - DC
| De student kan wetenschappelijke literatuur interpreteren en beoordelen. | | | - BC
| De student kan op basis van een wetenschappelijk artikel een onderbouwd en genuanceerd antwoord formuleren op een (casus gerelateerde) onderzoeksvraag, rekening houdende met LOE en kwaliteitsbeoordeling. | - EC
| EC 10 De bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie gaat in elke fase van het kinesitherapeutisch handelen (niveau gesimuleerde patiënt/cliënt) op ethisch verantwoorde wijze te werk. | | - DC
| De student definieert het ethisch probleem correct. | | | - BC
| De student formuleert correct ethische waarden. | | | - BC
| De student identificeert correct conflicterende waarden. | | - DC
| De student kan kritisch argumenteren met betrekking tot een ethisch probleem. | | | - BC
| De student gebruikt correcte argumenten. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
-De student kan de basisprincipes van de biomechanica (kinematica en kinetica van translaties en rotaties, massamiddelpunt, dynamica en statica, arbeid/ energie/ vermogen en interne biomechanica) toelichten, gebruiken, hanteren en toepassen.
Jong en Oud: biopsychosociaal model':
-De student begrijpt de invloed van veroudering op de motoriek en ADL functies
-De student kent de begrippen van veroudering, de verschillende verouderingstheorieën en de fysiologische veranderingen bij ouder worden
-De student begrijpt de inhouden rond cognitie, leren, waarneming, stress, motivatie, persoonlijkheid en emoties.
Vanuit het opleidingsonderdeel: 'Functioneren bij inwendige aandoeningen':
-De student kent de pathofysiologie, symptomatologie en courante testen van volgende pathologieën: respiratoire aandoeningen, hartfalen, hypertensie, hypotensie en diabetes.
Vanuit het opleidingsonderdeel: 'Functioneren bij neurologische aandoeningen':
-De student kent de pathofysiologie, symptomatologie en courante testen van volgende pathologieën: vestibulaire stoornissen, CVA, hersenbloeding en Parkinson.
|
|
|
In dit OPO wordt er specifiek aandacht besteed aan de courante geriatrische aandoeningen, dat een toenemend belang kent gezien de vergrijzing van de bevolking. Door de gekende multi-pathologische problematiek van de oudere patiënt zullen neurologische, muskuloskeletale en cardiovasculaire problemen specifiek voor de oudere patiënt opnieuw aan bod komen (bv. osteoporose, dementie,...) en wordt het belang van een multidisciplinaire benadering besproken.Verder zal in dit OPO ook aandacht worden besteed aan psychiatrische aandoeningen waaronder schizofrenie spectrumstoornissen en persoonlijkheidsstoornissen.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
Periode 4 Studiepunten 7,00
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De compensatieregel houdt in dat als een student minder dan de helft scoort op 1 van beide onderdelen, de student dit tekort in het andere onderdeel moet compenseren met een dubbel aantal positieve punten tegenover de behaalde negatieve punten (vb een 9/20 op ‘schriftelijk examen’ wordt gecompenseerd door een 12/20 op ‘mondeling’). Of een student al dan niet heeft voldaan aan de compensatieregel, wordt berekend op basis van de niet afgeronde-deelcijfers. |
|
|
|
Gevolg | Als de student voldoet aan de compensatieregel, wordt zijn eindcijfer het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde deelcijfers.
Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een voldoende, wordt zijn eindcijfer een negen.
Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een onvoldoende, dan wordt er van dit niet-afgerond gewogen gemiddelde 2 punten (op 20) afgetrokken.
Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
Psychologie, een inleiding, 8e herziene editie (met MyLab),Philip G. Zimbardo, Robert L. Johnson en Vivian McCann,8e herziene editie,Pearson Benelux B.V. |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
leerpaden in digitale leeromgeving |
|
Blokwijzer: Functioneren bij ouderen en psychiatrische aandoeningen. |
|
|
|
|
|
| voorbereidingsprogramma revalidatiewetenschappen en kinesitherapie | Verplicht | 189 | 7,0 | 189 | 7,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
|
|
-De student kan de basisprincipes van de biomechanica (kinematica en kinetica van translaties en rotaties, massamiddelpunt, dynamica en statica, arbeid/ energie/ vermogen en interne biomechanica) toelichten, gebruiken, hanteren en toepassen.
Jong en Oud: biopsychosociaal model':
-De student begrijpt de invloed van veroudering op de motoriek en ADL functies
-De student kent de begrippen van veroudering, de verschillende verouderingstheorieën en de fysiologische veranderingen bij ouder worden
-De student begrijpt de inhouden rond cognitie, leren, waarneming, stress, motivatie, persoonlijkheid en emoties.
Vanuit het opleidingsonderdeel: 'Functioneren bij inwendige aandoeningen':
-De student kent de pathofysiologie, symptomatologie en courante testen van volgende pathologieën: respiratoire aandoeningen, hartfalen, hypertensie, hypotensie en diabetes.
Vanuit het opleidingsonderdeel: 'Functioneren bij neurologische aandoeningen':
-De student kent de pathofysiologie, symptomatologie en courante testen van volgende pathologieën: vestibulaire stoornissen, CVA, hersenbloeding en Parkinson.
|
|
|
In dit OPO wordt er specifiek aandacht besteed aan de courante geriatrische aandoeningen, dat een toenemend belang kent gezien de vergrijzing van de bevolking. Door de gekende multi-pathologische problematiek van de oudere patiënt zullen neurologische, muskuloskeletale en cardiovasculaire problemen specifiek voor de oudere patiënt opnieuw aan bod komen (bv. osteoporose, dementie,...) en wordt het belang van een multidisciplinaire benadering besproken.Verder zal in dit OPO ook aandacht worden besteed aan psychiatrische aandoeningen waaronder schizofrenie spectrumstoornissen en persoonlijkheidsstoornissen.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
Periode 4 Studiepunten 7,00
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De compensatieregel houdt in dat als een student minder dan de helft scoort op 1 van beide onderdelen, de student dit tekort in het andere onderdeel moet compenseren met een dubbel aantal positieve punten tegenover de behaalde negatieve punten (vb een 9/20 op ‘schriftelijk examen’ wordt gecompenseerd door een 12/20 op ‘mondeling’). Of een student al dan niet heeft voldaan aan de compensatieregel, wordt berekend op basis van de niet afgeronde-deelcijfers. |
|
|
|
Gevolg | Als de student voldoet aan de compensatieregel, wordt zijn eindcijfer het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde deelcijfers.
Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een voldoende, wordt zijn eindcijfer een negen.
Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een onvoldoende, dan wordt er van dit niet-afgerond gewogen gemiddelde 2 punten (op 20) afgetrokken.
Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
Psychologie, een inleiding, 8e herziene editie (met MyLab),Philip G. Zimbardo, Robert L. Johnson en Vivian McCann,8e herziene editie,Pearson Benelux B.V. |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
leerpaden in digitale leeromgeving |
|
Blokwijzer: Functioneren bij ouderen en psychiatrische aandoeningen. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|