Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Adviserende volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
Groep 1 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Leren en ontwikkeling (4159)
|
6.0 stptn |
|
|
Vakdidactiek economie basis (4167)
|
6.0 stptn |
|
Of groep 2 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Leren en ontwikkeling (4159)
|
6.0 stptn |
|
|
Vakdidactiek gezondheidswetenschappen (4175)
|
6.0 stptn |
|
Of groep 3 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Leren en ontwikkeling (4159)
|
6.0 stptn |
|
|
Vakdidactiek ontwerpwetenschappen (4170)
|
6.0 stptn |
|
Of groep 4 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Leren en ontwikkeling (4159)
|
6.0 stptn |
|
|
Vakdidactiek ontwerpwetenschappen (4459)
|
6.0 stptn |
|
Of groep 5 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Leren en ontwikkeling (4159)
|
6.0 stptn |
|
|
Vakdidactiek wetenschappen en technologie (4209)
|
6.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| Educatieve master in de economie verkort traject | Verplicht | 243 | 9,0 | 108 | 135 | 9,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 3.2 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM is in staat om een onderwijsgerichte onderzoekscyclus op ethisch correcte wijze te doorlopen. | - EC
| 4.1 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM is in staat om vorm te geven aan teamoverleg, zowel binnen vakgroepen als vakoverschrijdend. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Bij de educatieve masters aan UHasselt ligt de nadruk op het uitvoeren van onderzoek in de onderwijscontext, met speciale aandacht voor het creatieve ontwerp dat zal fungeren als voorwerp van onderzoek of als resultaat van het onderzoek. Studenten hebben de mogelijkheid om zich te richten op een praktijkgericht pedagogisch-(vak)didactische vraagstuk in de klas of op school.
Tijdens de verkorte masterproef doorlopen de studenten stap voor stap de verschillende fasen van een onderzoekscyclus, met als doel een educatieve probleemstelling aan te pakken a.d.h.v. of met als resultaat een creatief ontwerp. Ze verkennen de wetenschappelijke literatuur, formuleren gerichte en relevante onderzoeksvragen en verzamelen en analyseren data volgens wetenschappelijke criteria. Het rapporteren van de bevindingen gebeurt op een wetenschappelijke schriftelijke wijze. Het ontwerp wordt creatief en innovatief vormgegeven.
Dit onderzoeks- en ontwerpproces wordt meestal in groep uitgevoerd, waarbij studenten samenwerken met medestudenten om de evenredigheid in omvang, opzet en kwaliteit van wetenschappelijke eindwerken (zoals master(praktijk)proeven) te waarborgen, zelfs als de studiebelasting sterk verschilt tussen verkorte en volledige educatieve masteropleidingen.
Bij de beoordeling van dit groepswerk wordt gebruikgemaakt van een peer evaluatie procedure, waarbij individuele correcties mogelijk zijn voor de scores van (het) gezamenlijke eindproduct(en) en de gezamenlijke procesevaluatie.
Het resultaat van de masterproef omvat enerzijds een wetenschappelijk schriftelijk eindproduct en anderzijds een creatief ontwerp dat een concrete oplossing/ondersteuning biedt voor het educatieve probleem dat wordt onderzocht. Bovendien wordt er nadruk gelegd op wetenschapscommunicatie, waarbij studenten het creatief ontwerp en het onderzoek individueel presenteren aan een breder publiek.
De begeleiding van de masterproef wordt verzorgd door een promotor, een zelfstandig academisch personeelslid (ZAP) of een postdoc, eventueel bijgestaan door een co-promotor (ZAP of postdoc) of dagelijkse begeleider. De begeleider kan zowel een pre-doc-onderzoeker zijn als een onderwijsprofessional uit een school of onderwijsinstelling.
Voor studenten die individueel willen werken, zijn er ook alternatieve onderzoeksmogelijkheden beschikbaar, waarbij de nadruk blijft liggen op het onderzoeken en ontwikkelen van een creatief onderwijsontwerp dat een innovatieve bijdrage levert aan de onderwijspraktijk.
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 9,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Schriftelijk examen | 40 % |
|
Andere: | Schriftelijke eindproduct, beoordeeld door promotor(en)/begeleider(s) en min. een tweede onafhankelijke wetenschappelijke beoordelaar. Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Mondeling examen | 20 % |
|
Andere: | Voorstelling en verdediging van het creatief ontwerp, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
Ander examen | 20 % |
|
Andere: | Creatief ontwerp bij het onderzoek, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student moet alle onderdelen indienen / afleggen om te kunnen slagen. De student moet op alle onderdelen minstens een tolereerbaar cijfer behalen en geslaagd zijn op het eindtotaal. |
|
|
|
Gevolg | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. |
|
|
|
Extra info | Voor studenten die in groepen van drie of meer werken, wordt met een peer evaluatie in de vorm van multiplicatorscore gewerkt. Deze zal de beoordeling van zowel het proces als het schriftelijke product positief, negatief of niet beïnvloeden. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. De deadline is 15 augustus. |
|
|
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de gezondheidswetenschappen verkort traject | Verplicht | 243 | 9,0 | 108 | 135 | 9,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 3.2 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM is in staat om een onderwijsgerichte onderzoekscyclus op ethisch correcte wijze te doorlopen. | - EC
| 4.1 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM is in staat om vorm te geven aan teamoverleg, zowel binnen vakgroepen als vakoverschrijdend. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Bij de educatieve masters aan UHasselt ligt de nadruk op het uitvoeren van onderzoek in de onderwijscontext, met speciale aandacht voor het creatieve ontwerp dat zal fungeren als voorwerp van onderzoek of als resultaat van het onderzoek. Studenten hebben de mogelijkheid om zich te richten op een praktijkgericht pedagogisch-(vak)didactische vraagstuk in de klas of op school.
Tijdens de verkorte masterproef doorlopen de studenten stap voor stap de verschillende fasen van een onderzoekscyclus, met als doel een educatieve probleemstelling aan te pakken a.d.h.v. of met als resultaat een creatief ontwerp. Ze verkennen de wetenschappelijke literatuur, formuleren gerichte en relevante onderzoeksvragen en verzamelen en analyseren data volgens wetenschappelijke criteria. Het rapporteren van de bevindingen gebeurt op een wetenschappelijke schriftelijke wijze. Het ontwerp wordt creatief en innovatief vormgegeven.
Dit onderzoeks- en ontwerpproces wordt meestal in groep uitgevoerd, waarbij studenten samenwerken met medestudenten om de evenredigheid in omvang, opzet en kwaliteit van wetenschappelijke eindwerken (zoals master(praktijk)proeven) te waarborgen, zelfs als de studiebelasting sterk verschilt tussen verkorte en volledige educatieve masteropleidingen.
Bij de beoordeling van dit groepswerk wordt gebruikgemaakt van een peer evaluatie procedure, waarbij individuele correcties mogelijk zijn voor de scores van (het) gezamenlijke eindproduct(en) en de gezamenlijke procesevaluatie.
Het resultaat van de masterproef omvat enerzijds een wetenschappelijk schriftelijk eindproduct en anderzijds een creatief ontwerp dat een concrete oplossing/ondersteuning biedt voor het educatieve probleem dat wordt onderzocht. Bovendien wordt er nadruk gelegd op wetenschapscommunicatie, waarbij studenten het creatief ontwerp en het onderzoek individueel presenteren aan een breder publiek.
De begeleiding van de masterproef wordt verzorgd door een promotor, een zelfstandig academisch personeelslid (ZAP) of een postdoc, eventueel bijgestaan door een co-promotor (ZAP of postdoc) of dagelijkse begeleider. De begeleider kan zowel een pre-doc-onderzoeker zijn als een onderwijsprofessional uit een school of onderwijsinstelling.
Voor studenten die individueel willen werken, zijn er ook alternatieve onderzoeksmogelijkheden beschikbaar, waarbij de nadruk blijft liggen op het onderzoeken en ontwikkelen van een creatief onderwijsontwerp dat een innovatieve bijdrage levert aan de onderwijspraktijk.
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 9,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Schriftelijk examen | 40 % |
|
Andere: | Schriftelijke eindproduct, beoordeeld door promotor(en)/begeleider(s) en min. een tweede onafhankelijke wetenschappelijke beoordelaar. Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Mondeling examen | 20 % |
|
Andere: | Voorstelling en verdediging van het creatief ontwerp, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
Ander examen | 20 % |
|
Andere: | Creatief ontwerp bij het onderzoek, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student moet alle onderdelen indienen / afleggen om te kunnen slagen. De student moet op alle onderdelen minstens een tolereerbaar cijfer behalen en geslaagd zijn op het eindtotaal. |
|
|
|
Gevolg | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. |
|
|
|
Extra info | Voor studenten die in groepen van drie of meer werken, wordt met een peer evaluatie in de vorm van multiplicatorscore gewerkt. Deze zal de beoordeling van zowel het proces als het schriftelijke product positief, negatief of niet beïnvloeden. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. De deadline is 15 augustus. |
|
|
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de ontwerpwetenschappen verkort traject | Verplicht | 243 | 9,0 | 108 | 135 | 9,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 3.2 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM is in staat om een onderwijsgerichte onderzoekscyclus op ethisch correcte wijze te doorlopen. | - EC
| 4.1 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM is in staat om vorm te geven aan teamoverleg, zowel binnen vakgroepen als vakoverschrijdend. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Bij de educatieve masters aan UHasselt ligt de nadruk op het uitvoeren van onderzoek in de onderwijscontext, met speciale aandacht voor het creatieve ontwerp dat zal fungeren als voorwerp van onderzoek of als resultaat van het onderzoek. Studenten hebben de mogelijkheid om zich te richten op een praktijkgericht pedagogisch-(vak)didactische vraagstuk in de klas of op school.
Tijdens de verkorte masterproef doorlopen de studenten stap voor stap de verschillende fasen van een onderzoekscyclus, met als doel een educatieve probleemstelling aan te pakken a.d.h.v. of met als resultaat een creatief ontwerp. Ze verkennen de wetenschappelijke literatuur, formuleren gerichte onderzoeksvragen en verzamelen en analyseren data volgens wetenschappelijke criteria. Het rapporteren van de bevindingen gebeurt op een wetenschappelijke schriftelijke wijze. Het ontwerp wordt creatief en innovatief vormgegeven.
Dit onderzoeks- en ontwerpproces wordt meestal in groep uitgevoerd, waarbij studenten samenwerken met medestudenten om de evenredigheid in omvang, opzet en kwaliteit van wetenschappelijke eindwerken (zoals master(praktijk)proeven) te waarborgen, zelfs als de studiebelasting sterk verschilt tussen verkorte en volledige educatieve masteropleidingen.
Bij de beoordeling van dit groepswerk wordt gebruikgemaakt van een peer assessment procedure, waarbij individuele correcties mogelijk zijn voor de scores van (het) gezamenlijke eindproduct(en) en de gezamenlijke procesevaluatie.
Het resultaat van de masterproef omvat enerzijds een wetenschappelijk schriftelijk eindproduct en anderzijds een creatief ontwerp dat een concrete oplossing/ondersteuning biedt voor het educatieve probleem dat wordt onderzocht. Bovendien wordt er nadruk gelegd op wetenschapscommunicatie, waarbij studenten het creatief ontwerp en het onderzoek individueel presenteren aan een breder publiek.
De begeleiding van de masterproef wordt verzorgd door een promotor, een zelfstandig academisch personeelslid (ZAP) of een postdoc, eventueel bijgestaan door een co-promotor (ZAP of postdoc) of begeleider. De begeleider kan zowel een pre-doc-onderzoeker zijn als een onderwijsprofessional uit een school of onderwijsinstelling.
Voor studenten die individueel willen werken, zijn er ook alternatieve onderzoeksmogelijkheden beschikbaar, waarbij de nadruk blijft liggen op het onderzoeken en ontwikkelen van een creatief onderwijsontwerp dat een innovatieve bijdrage levert aan de onderwijspraktijk.
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 9,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Schriftelijk examen | 40 % |
|
Andere: | Schriftelijke eindproduct, beoordeeld door promotor(en)/begeleider(s) en min. een tweede onafhankelijke wetenschappelijke beoordelaar. Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Mondeling examen | 20 % |
|
Andere: | Voorstelling en verdediging van het creatief ontwerp, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
Ander examen | 20 % |
|
Andere: | Creatief ontwerp bij het onderzoek, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student moet alle onderdelen indienen / afleggen om te kunnen slagen. De student moet op alle onderdelen minstens een tolereerbaar cijfer behalen en geslaagd zijn op het eindtotaal. |
|
|
|
Gevolg | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. |
|
|
|
Extra info | Voor studenten die in groepen van drie of meer werken, wordt met een peer evaluatie in de vorm van multiplicatorscore gewerkt. Deze zal de beoordeling van zowel het proces als het schriftelijke product positief, negatief of niet beïnvloeden. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. De deadline is 15 augustus. |
|
|
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie - verkort traject | Verplicht | 243 | 9,0 | 108 | 135 | 9,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 3.2 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM is in staat om een onderwijsgerichte onderzoekscyclus op ethisch correcte wijze te doorlopen. | - EC
| 4.1 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM is in staat om vorm te geven aan teamoverleg, zowel binnen vakgroepen als vakoverschrijdend. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Bij de educatieve masters aan UHasselt ligt de nadruk op het uitvoeren van onderzoek in de onderwijscontext, met speciale aandacht voor het creatieve ontwerp dat zal fungeren als voorwerp van onderzoek of als resultaat van het onderzoek. Studenten hebben de mogelijkheid om zich te richten op een praktijkgericht pedagogisch-(vak)didactische vraagstuk in de klas of op school.
Tijdens de verkorte masterproef doorlopen de studenten stap voor stap de verschillende fasen van een onderzoekscyclus, met als doel een educatieve probleemstelling aan te pakken a.d.h.v. of met als resultaat een creatief ontwerp. Ze verkennen de wetenschappelijke literatuur, formuleren gerichte en relevante onderzoeksvragen en verzamelen en analyseren data volgens wetenschappelijke criteria. Het rapporteren van de bevindingen gebeurt op een wetenschappelijke schriftelijke wijze. Het ontwerp wordt creatief en innovatief vormgegeven.
Dit onderzoeks- en ontwerpproces wordt meestal in groep uitgevoerd, waarbij studenten samenwerken met medestudenten om de evenredigheid in omvang, opzet en kwaliteit van wetenschappelijke eindwerken (zoals master(praktijk)proeven) te waarborgen, zelfs als de studiebelasting sterk verschilt tussen verkorte en volledige educatieve masteropleidingen.
Bij de beoordeling van dit groepswerk wordt gebruikgemaakt van een peer evaluatie procedure, waarbij individuele correcties mogelijk zijn voor de scores van (het) gezamenlijke eindproduct(en) en de gezamenlijke procesevaluatie.
Het resultaat van de masterproef omvat enerzijds een wetenschappelijk schriftelijk eindproduct en anderzijds een creatief ontwerp dat een concrete oplossing/ondersteuning biedt voor het educatieve probleem dat wordt onderzocht. Bovendien wordt er nadruk gelegd op wetenschapscommunicatie, waarbij studenten het creatief ontwerp en het onderzoek individueel presenteren aan een breder publiek.
De begeleiding van de masterproef wordt verzorgd door een promotor, een zelfstandig academisch personeelslid (ZAP) of een postdoc, eventueel bijgestaan door een co-promotor (ZAP of postdoc) of dagelijkse begeleider. De begeleider kan zowel een pre-doc-onderzoeker zijn als een onderwijsprofessional uit een school of onderwijsinstelling.
Voor studenten die individueel willen werken, zijn er ook alternatieve onderzoeksmogelijkheden beschikbaar, waarbij de nadruk blijft liggen op het onderzoeken en ontwikkelen van een creatief onderwijsontwerp dat een innovatieve bijdrage levert aan de onderwijspraktijk.
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 9,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Schriftelijk examen | 40 % |
|
Andere: | Schriftelijke eindproduct, beoordeeld door promotor(en)/begeleider(s) en min. een tweede onafhankelijke wetenschappelijke beoordelaar. Procesevaluatie bij het onderzoek, beoordeeld door de promotor(en) en begeleider(s). Het eindcijfer wordt aangepast op basis van peer-evaluatie in groepen van minstens drie studenten. |
|
|
|
|
|
Mondeling examen | 20 % |
|
Andere: | Voorstelling en verdediging van het creatief ontwerp, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
Ander examen | 20 % |
|
Andere: | Creatief ontwerp bij het onderzoek, beoordeeld door minstens twee onafhankelijke praktijkgerichte beoordelaars |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student moet alle onderdelen indienen / afleggen om te kunnen slagen. De student moet op alle onderdelen minstens een tolereerbaar cijfer behalen en geslaagd zijn op het eindtotaal. |
|
|
|
Gevolg | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. |
|
|
|
Extra info | Voor studenten die in groepen van drie of meer werken, wordt met een peer evaluatie in de vorm van multiplicatorscore gewerkt. Deze zal de beoordeling van zowel het proces als het schriftelijke product positief, negatief of niet beïnvloeden. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Onderdelen met een niet tolereerbaar cijfer dienen in de derde examenperiode heropgenomen te worden. De deadline is 15 augustus. |
|
|
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|