Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
|
|
|
Vakdidactiek wetenschappen en technologie (4209)
|
6.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie - keuze voor vakdidactiek chemie | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.1 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak : de EM kan de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise geïntegreerd inzetten in de klaspraktijk. | - EC
| 1.2. De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM kan onderwijsinnovaties kritisch en creatief inzetten in de eigen klaspraktijk. | - EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 2.1 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM creëert een inclusief en positief klasklimaat met het oog op de groei van elke leerling. | - EC
| 2.2 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM stimuleert eigenaarschap van het leerproces en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen via een coachende aanpak. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
- De student beschikt over de vakinhoudelijke expertise in het domein van de chemie die aan bod komt in de leerplannen van 2e en 3e graad van het secundair onderwijs of is bereid zich deze in functie van de opdrachten eigen te maken.
- De student weet hoe een les opgbouwd wordt.
- De student kan informatie in leerplannen opzoeken.
- De student kent verschillende werk- en evaluatievormen.
|
|
|
In het opleidingsonderdeel ‘vakdidactiek chemie verdieping’ verdiepen en verbreden de studenten hun vakdidactische competenties in het domein chemie. De inhouden van dit opleidingsonderdeel sluiten aan bij de pijlers ‘leren & ontwikkeling’, ‘innovatie & co-creatie’ en ‘diversiteit en talent’ en besteden bovendien aandacht aan de verschillende perspectieven (de lerende, de leergroep, het (school)team, de partners & externen). In het opleidingsonderdeel komen de volgende inhouden aan bod:
Aansluitend bij de pijler ‘Leren en ontwikkeling’
- Behandelen van actuele thema’s en het betrekken van chemie bij de belevingswereld van de jongeren;
- Het correct hanteren van wetenschappelijke/chemische woordenschat en ook lerenden aanmoedigen om de correcte wetenschappelijke woordenschat te hanteren;
- Basisconcepten en -principes uit de chemie toepassen op niveau secundair onderwijs;
- Organisatie van demonstratie- en leerlingenproeven;
- Uitvoeren van demonstratieproeven met gericht vragen stellen zodat lerenden leren waarnemen;
- Chemische stoffen op school: veiligheid en afvalbeleid;
- Bespreking van leermiddelen en laboratoriuminrichting;
- Werken met modellen en analogieën
Aansluitend bij de pijler ‘Innovatie & co-creatie’
- Verkennen van de mogelijkheden qua multimedia en andere hulpmiddelen;
- Recente ontwikkelingen in vakdidactisch onderzoek m.b.t. chemie (incl. literatuuronderzoek);
- Deelname aan vakinhoudelijke studiedagen
Aansluitend bij de pijler ‘Diversiteit & talenten’
- Toepassen van activerende werkvormen;
- Uitwerken van practica met meer of mindere mate van sturing zodat lerenden leren experimenteren
|
|
|
|
|
|
|
Collectief feedback moment ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Micro-teaching ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Onderwijsleergesprek ✔
|
|
|
Workshop ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 60 % |
|
Andere: | Micro-teachings rond theorie, demonstratieproeven en leerlingenproeven |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student dient minstens deel te nemen aan alle onderdelen van de evaluatie: elke micro-teaching wordt voor de klas(-groep) gegeven en de diverse examenopdrachten worden ingediend.
De student moet op elke deelopdracht minstens 8/20 behalen. |
|
|
|
Gevolg | Indien een student een score lager dan 8/20 behaalt op 1 of meerdere deelopdrachten zal de eindscore gelijk zijn aan F(fail). |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Een student kan enkel herkansen voor deelopdrachten waar een score lager dan 10/20 behaald werd. De voorwaarden en gevolg van de eerste zittijd blijven gelden. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Al het lesmateriaal wordt ter beschikking gesteld op het elektronisch leerplatform. |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
Teaching Chemistry - A studybook,Ingo Eilks, Avi Hofstein,2013,Sense Publishers,9789462091405 |
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de gezondheidswetenschappen keuzetraject BMW/GEN met vakdidactiek chemie | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.1 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak : de EM kan de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise geïntegreerd inzetten in de klaspraktijk. | - EC
| 1.2. De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM kan onderwijsinnovaties kritisch en creatief inzetten in de eigen klaspraktijk. | - EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 2.1 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM creëert een inclusief en positief klasklimaat met het oog op de groei van elke leerling. | - EC
| 2.2 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM stimuleert eigenaarschap van het leerproces en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen via een coachende aanpak. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
- De student beschikt over de vakinhoudelijke expertise in het domein van de chemie die aan bod komt in de leerplannen van 2e en 3e graad van het secundair onderwijs of is bereid zich deze in functie van de opdrachten eigen te maken.
- De student weet hoe een les opgbouwd wordt.
- De student kan informatie in leerplannen opzoeken.
- De student kent verschillende werk- en evaluatievormen.
|
|
|
In het opleidingsonderdeel ‘vakdidactiek chemie verdieping’ verdiepen en verbreden de studenten hun vakdidactische competenties in het domein chemie. De inhouden van dit opleidingsonderdeel sluiten aan bij de pijlers ‘leren & ontwikkeling’, ‘innovatie & co-creatie’ en ‘diversiteit en talent’ en besteden bovendien aandacht aan de verschillende perspectieven (de lerende, de leergroep, het (school)team, de partners & externen). In het opleidingsonderdeel komen de volgende inhouden aan bod:
Aansluitend bij de pijler ‘Leren en ontwikkeling’
- Behandelen van actuele thema’s en het betrekken van chemie bij de belevingswereld van de jongeren;
- Het correct hanteren van wetenschappelijke/chemische woordenschat en ook lerenden aanmoedigen om de correcte wetenschappelijke woordenschat te hanteren;
- Basisconcepten en -principes uit de chemie toepassen op niveau secundair onderwijs;
- Organisatie van demonstratie- en leerlingenproeven;
- Uitvoeren van demonstratieproeven met gericht vragen stellen zodat lerenden leren waarnemen;
- Chemische stoffen op school: veiligheid en afvalbeleid;
- Bespreking van leermiddelen en laboratoriuminrichting;
- Werken met modellen en analogieën
Aansluitend bij de pijler ‘Innovatie & co-creatie’
- Verkennen van de mogelijkheden qua multimedia en andere hulpmiddelen;
- Recente ontwikkelingen in vakdidactisch onderzoek m.b.t. chemie (incl. literatuuronderzoek);
- Deelname aan vakinhoudelijke studiedagen
Aansluitend bij de pijler ‘Diversiteit & talenten’
- Toepassen van activerende werkvormen;
- Uitwerken van practica met meer of mindere mate van sturing zodat lerenden leren experimenteren
|
|
|
|
|
|
|
Collectief feedback moment ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Micro-teaching ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Onderwijsleergesprek ✔
|
|
|
Workshop ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 60 % |
|
Andere: | Micro-teachings rond theorie, demonstratieproeven en leerlingenproeven |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student dient minstens deel te nemen aan alle onderdelen van de evaluatie: elke micro-teaching wordt voor de klas(-groep) gegeven en de diverse examenopdrachten worden ingediend.
De student moet op elke deelopdracht minstens 8/20 behalen. |
|
|
|
Gevolg | Indien een student een score lager dan 8/20 behaalt op 1 of meerdere deelopdrachten zal de eindscore gelijk zijn aan F(fail). |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Een student kan enkel herkansen voor deelopdrachten waar een score lager dan 10/20 behaald werd. De voorwaarden en gevolg van de eerste zittijd blijven gelden. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Al het lesmateriaal wordt ter beschikking gesteld op het elektronisch leerplatform. |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
Teaching Chemistry - A studybook,Ingo Eilks, Avi Hofstein,2013,Sense Publishers,9789462091405 |
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie - verkort traject - bijkomende vakdidactiek | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
Educatieve master in de wetenschappen en technologie verkort optie 1 vakdidactiek W&T en vakdidactiek PAV | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
Educatieve master in de wetenschappen en technologie verkort optie algemeen met 1 vakdidactiek W&T | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
Educatieve master in de wetenschappen en technologie verkort optie algemeen met 2 vakdidactieken W&T | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.1 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak : de EM kan de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise geïntegreerd inzetten in de klaspraktijk. | - EC
| 1.2. De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM kan onderwijsinnovaties kritisch en creatief inzetten in de eigen klaspraktijk. | - EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 2.1 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM creëert een inclusief en positief klasklimaat met het oog op de groei van elke leerling. | - EC
| 2.2 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM stimuleert eigenaarschap van het leerproces en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen via een coachende aanpak. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
- De student beschikt over de vakinhoudelijke expertise in het domein van de chemie die aan bod komt in de leerplannen van 2e en 3e graad van het secundair onderwijs of is bereid zich deze in functie van de opdrachten eigen te maken.
- De student weet hoe een les opgbouwd wordt.
- De student kan informatie in leerplannen opzoeken.
- De student kent verschillende werk- en evaluatievormen.
|
|
|
In het opleidingsonderdeel ‘vakdidactiek chemie verdieping’ verdiepen en verbreden de studenten hun vakdidactische competenties in het domein chemie. De inhouden van dit opleidingsonderdeel sluiten aan bij de pijlers ‘leren & ontwikkeling’, ‘innovatie & co-creatie’ en ‘diversiteit en talent’ en besteden bovendien aandacht aan de verschillende perspectieven (de lerende, de leergroep, het (school)team, de partners & externen). In het opleidingsonderdeel komen de volgende inhouden aan bod:
Aansluitend bij de pijler ‘Leren en ontwikkeling’
- Behandelen van actuele thema’s en het betrekken van chemie bij de belevingswereld van de jongeren;
- Het correct hanteren van wetenschappelijke/chemische woordenschat en ook lerenden aanmoedigen om de correcte wetenschappelijke woordenschat te hanteren;
- Basisconcepten en -principes uit de chemie toepassen op niveau secundair onderwijs;
- Organisatie van demonstratie- en leerlingenproeven;
- Uitvoeren van demonstratieproeven met gericht vragen stellen zodat lerenden leren waarnemen;
- Chemische stoffen op school: veiligheid en afvalbeleid;
- Bespreking van leermiddelen en laboratoriuminrichting;
- Werken met modellen en analogieën
Aansluitend bij de pijler ‘Innovatie & co-creatie’
- Verkennen van de mogelijkheden qua multimedia en andere hulpmiddelen;
- Recente ontwikkelingen in vakdidactisch onderzoek m.b.t. chemie (incl. literatuuronderzoek);
- Deelname aan vakinhoudelijke studiedagen
Aansluitend bij de pijler ‘Diversiteit & talenten’
- Toepassen van activerende werkvormen;
- Uitwerken van practica met meer of mindere mate van sturing zodat lerenden leren experimenteren
|
|
|
|
|
|
|
Collectief feedback moment ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Micro-teaching ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Onderwijsleergesprek ✔
|
|
|
Workshop ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 60 % |
|
Andere: | Micro-teachings rond theorie, demonstratieproeven en leerlingenproeven |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student dient minstens deel te nemen aan alle onderdelen van de evaluatie: elke micro-teaching wordt voor de klas(-groep) gegeven en de diverse examenopdrachten worden ingediend.
De student moet op elke deelopdracht minstens 8/20 behalen. |
|
|
|
Gevolg | Indien een student een score lager dan 8/20 behaalt op 1 of meerdere deelopdrachten zal de eindscore gelijk zijn aan F(fail). |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Een student kan enkel herkansen voor deelopdrachten waar een score lager dan 10/20 behaald werd. De voorwaarden en gevolg van de eerste zittijd blijven gelden. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Al het lesmateriaal wordt ter beschikking gesteld op het elektronisch leerplatform. |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
Teaching Chemistry - A studybook,Ingo Eilks, Avi Hofstein,2013,Sense Publishers,9789462091405 |
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de gezondheidswetenschappen verkort traject - bijkomende vakdidactiek | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
Educatieve master in de gezondheidswetenschappen verkort traject optie vakdidactiek medische wetenschappen en 1 vakdidactiek W&T | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.1 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak : de EM kan de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise geïntegreerd inzetten in de klaspraktijk. | - EC
| 1.2. De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM kan onderwijsinnovaties kritisch en creatief inzetten in de eigen klaspraktijk. | - EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 2.1 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM creëert een inclusief en positief klasklimaat met het oog op de groei van elke leerling. | - EC
| 2.2 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM stimuleert eigenaarschap van het leerproces en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen via een coachende aanpak. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
- De student beschikt over de vakinhoudelijke expertise in het domein van de chemie die aan bod komt in de leerplannen van 2e en 3e graad van het secundair onderwijs of is bereid zich deze in functie van de opdrachten eigen te maken.
- De student weet hoe een les opgbouwd wordt.
- De student kan informatie in leerplannen opzoeken.
- De student kent verschillende werk- en evaluatievormen.
|
|
|
In het opleidingsonderdeel ‘vakdidactiek chemie verdieping’ verdiepen en verbreden de studenten hun vakdidactische competenties in het domein chemie. De inhouden van dit opleidingsonderdeel sluiten aan bij de pijlers ‘leren & ontwikkeling’, ‘innovatie & co-creatie’ en ‘diversiteit en talent’ en besteden bovendien aandacht aan de verschillende perspectieven (de lerende, de leergroep, het (school)team, de partners & externen). In het opleidingsonderdeel komen de volgende inhouden aan bod:
Aansluitend bij de pijler ‘Leren en ontwikkeling’
- Behandelen van actuele thema’s en het betrekken van chemie bij de belevingswereld van de jongeren;
- Het correct hanteren van wetenschappelijke/chemische woordenschat en ook lerenden aanmoedigen om de correcte wetenschappelijke woordenschat te hanteren;
- Basisconcepten en -principes uit de chemie toepassen op niveau secundair onderwijs;
- Organisatie van demonstratie- en leerlingenproeven;
- Uitvoeren van demonstratieproeven met gericht vragen stellen zodat lerenden leren waarnemen;
- Chemische stoffen op school: veiligheid en afvalbeleid;
- Bespreking van leermiddelen en laboratoriuminrichting;
- Werken met modellen en analogieën
Aansluitend bij de pijler ‘Innovatie & co-creatie’
- Verkennen van de mogelijkheden qua multimedia en andere hulpmiddelen;
- Recente ontwikkelingen in vakdidactisch onderzoek m.b.t. chemie (incl. literatuuronderzoek);
- Deelname aan vakinhoudelijke studiedagen
Aansluitend bij de pijler ‘Diversiteit & talenten’
- Toepassen van activerende werkvormen;
- Uitwerken van practica met meer of mindere mate van sturing zodat lerenden leren experimenteren
|
|
|
|
|
|
|
Collectief feedback moment ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Micro-teaching ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Onderwijsleergesprek ✔
|
|
|
Workshop ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 0 % |
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 60 % |
|
Andere: | Micro-teachings rond theorie, demonstratieproeven en leerlingenproeven |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student dient minstens deel te nemen aan alle onderdelen van de evaluatie: elke micro-teaching wordt voor de klas(-groep) gegeven en de diverse examenopdrachten worden ingediend.
De student moet op elke deelopdracht minstens 8/20 behalen. |
|
|
|
Gevolg | Indien een student een score lager dan 8/20 behaalt op 1 of meerdere deelopdrachten zal de eindscore gelijk zijn aan F(fail). |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Een student kan enkel herkansen voor deelopdrachten waar een score lager dan 10/20 behaald werd. De voorwaarden en gevolg van de eerste zittijd blijven gelden. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Al het lesmateriaal wordt ter beschikking gesteld op het elektronisch leerplatform. |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
Teaching Chemistry - A studybook,Ingo Eilks, Avi Hofstein,2013,Sense Publishers,9789462091405 |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|