| Onderwijstaal : Nederlands |
| Examencontract: niet mogelijk |
|
Volgtijdelijkheid
|
| |
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
| |
| |
| |
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
|
| |
|
Vakdidactiek wetenschappen en technologie (4209)
|
6.0 stptn |
| |
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | Educatieve master in de wetenschappen en technologie - keuze voor vakdidactiek fysica | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| | | Eindcompetenties |
- EC
| 1.1 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak : de EM kan de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise geïntegreerd inzetten in de klaspraktijk. | - EC
| 1.2. De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM kan onderwijsinnovaties kritisch en creatief inzetten in de eigen klaspraktijk. | - EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 2.2 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM stimuleert eigenaarschap van het leerproces en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen via een coachende aanpak. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. | - EC
| 5.4 De educatieve master is een domeinexpert WET: de EM heeft gevorderde kennis van en inzicht in de domeindisciplines relevant voor de specifieke vakdidactiek(en). |
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
|
De student beschikt over de vakinhoudelijke expertise in het domein van de fysica die aan bod komt in de leerplannen van de 2e en de 3e graad van het secundair onderwijs of is bereid zich deze in functie van de opdrachten eigen te maken.
Enkele leerplannen met een representatieve vakinhoud zijn deze:
|
|
|
|
In het opleidingsonderdeel ‘vakdidactiek fysica verdieping’ verdiepen en verbreden de studenten hun vakdidactische competenties in het domein ‘fysica’. De inhouden van dit opleidingsonderdeel vertrekken telkens van een gedegen vakkennis fysica en sluiten aan bij de pijlers ‘leren & ontwikkeling’, ‘innovatie & co-creatie’ en ‘diversiteit & talenten’ en besteden bovendien aandacht aan de verschillende perspectieven (de lerende, de leergroep, het team op school en partners en externen). Met als uitgangspunt het onderzoekend leren komen in dit opleidingsonderdeel de volgende inhouden aan bod:
Inhouden die aansluiten bij de pijler ‘leren en ontwikkeling’:
- Behandelen van actuele thema’s en het betrekken van fysica bij de belevingswereld van de jongeren;
- Het correct hanteren van wetenschappelijke woordenschat en ook lerenden aanmoedigen om de correcte wetenschappelijke woordenschat te hanteren;
- Uitwerken van demonstraties met gericht stellen van vragen zodat lerenden leren waarnemen;
- Verwerken van waarnemingsresultaten (grootheden, eenheden, (on)nauwkeurigheid, berekeningen, tabellen en grafieken);
- Benutten van ICT-tools (zoals bijvoorbeeld sensoren, al dan niet gekoppeld aan een Arduino microcontroller);
- Exploreren van de mogelijkheden van media en apps
Inhouden die aansluiten bij de pijler ‘innovatie en co-creatie’:
- Organiseren van activerend afstandsonderwijs;
- Ontwerpen van een bijdrage aan een netwerkmoment voor fysica-leerkrachten;
- Samenhang zoeken met leerstof uit andere disciplines van wetenschappen en technologie om de horizontale en verticale samenhang tussen de leerlijnen te garanderen en zo tot verbreding en verdieping te komen;
- Onderzoeken van vak(didactische) literatuur met het oog op het kaderen van fysica in maatschappij en cultuur, dus ook met aandacht voor duurzaamheid
Inhouden die aansluiten bij de pijler ‘diversiteit & talenten’:
- Uitwerken van practica met meer of mindere mate van sturing zodat lerenden leren experimenteren;
- Bewust zijn van valkuilen/misconcepties en manieren om deze op te vangen onderzoeken, waarbij de lerende gestimuleerd wordt om deze houding ook bij zichzelf te ontwikkelen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Micro-teaching ✔
|
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
|
|
|
|
Demonstraties ✔
|
|
|
|
Discussies /debat ✔
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Onderwijsleergesprek ✔
|
|
|
|
Paper ✔
|
|
|
|
Portfolio ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
| Evaluatievorm | |
|
| Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 80 % |
|
| Andere: | Combinatie van (zelfstudie-)opdrachten en micro-teaching |
|
|
|
|
|
|
| Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
| Voorwaarden | De student moet op elke deelopdracht minstens 8/20 halen. |
|
|
|
| Gevolg | Indien een student een score lager dan 8/20 haalt op 1 of meer deelopdrachten zal de eindscore gelijk zijn aan F (fail). |
|
|
|
Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
| Toelichting evaluatievorm | Een student kan enkel herkansen voor deelevaluaties waarvoor een score lager dan 10/20 behaald werd. Voorwaarde en gevolg van eerste zittijd blijven gelden. |
|
|
|
|
|
| Verplicht studiemateriaal |
| |
Al het lesmateriaal wordt ter beschikking gesteld op het elektronisch leerplatform. |
|
|
| Aanbevolen literatuur |
| |
Handboek natuurkundedidactiek,Kortland K., Mooldijk A., Poorthuis H.,Epsilon,9789050411639 |
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie - verkort traject - bijkomende vakdidactiek | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie verkort optie 1 vakdidactiek W&T en vakdidactiek PAV | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie verkort optie algemeen met 1 vakdidactiek W&T | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie verkort optie algemeen met 2 vakdidactieken W&T | Keuze | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| | | Eindcompetenties |
- EC
| 1.1 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak : de EM kan de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise geïntegreerd inzetten in de klaspraktijk. | - EC
| 1.2. De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM kan onderwijsinnovaties kritisch en creatief inzetten in de eigen klaspraktijk. | - EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 2.2 De educatieve master creëert een kansrijke leeromgeving voor elke leerling: de EM stimuleert eigenaarschap van het leerproces en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen via een coachende aanpak. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. | - EC
| 5.4 De educatieve master is een domeinexpert WET: de EM heeft gevorderde kennis van en inzicht in de domeindisciplines relevant voor de specifieke vakdidactiek(en). |
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
|
De student beschikt over de vakinhoudelijke expertise in het domein van de fysica die aan bod komt in de leerplannen van de 2e en de 3e graad van het secundair onderwijs of is bereid zich deze in functie van de opdrachten eigen te maken.
Enkele leerplannen met een representatieve vakinhoud zijn deze:
|
|
|
|
In het opleidingsonderdeel ‘vakdidactiek fysica verdieping’ verdiepen en verbreden de studenten hun vakdidactische competenties in het domein ‘fysica’. De inhouden van dit opleidingsonderdeel vertrekken telkens van een gedegen vakkennis fysica en sluiten aan bij de pijlers ‘leren & ontwikkeling’, ‘innovatie & co-creatie’ en ‘diversiteit & talenten’ en besteden bovendien aandacht aan de verschillende perspectieven (de lerende, de leergroep, het team op school en partners en externen). Met als uitgangspunt het onderzoekend leren komen in dit opleidingsonderdeel de volgende inhouden aan bod:
Inhouden die aansluiten bij de pijler ‘leren en ontwikkeling’:
- Behandelen van actuele thema’s en het betrekken van fysica bij de belevingswereld van de jongeren;
- Het correct hanteren van wetenschappelijke woordenschat en ook lerenden aanmoedigen om de correcte wetenschappelijke woordenschat te hanteren;
- Uitwerken van demonstraties met gericht stellen van vragen zodat lerenden leren waarnemen;
- Verwerken van waarnemingsresultaten (grootheden, eenheden, (on)nauwkeurigheid, berekeningen, tabellen en grafieken);
- Benutten van ICT-tools (zoals bijvoorbeeld sensoren, al dan niet gekoppeld aan een Arduino microcontroller);
- Exploreren van de mogelijkheden van media en apps
Inhouden die aansluiten bij de pijler ‘innovatie en co-creatie’:
- Organiseren van activerend afstandsonderwijs;
- Ontwerpen van een bijdrage aan een netwerkmoment voor fysica-leerkrachten;
- Samenhang zoeken met leerstof uit andere disciplines van wetenschappen en technologie om de horizontale en verticale samenhang tussen de leerlijnen te garanderen en zo tot verbreding en verdieping te komen;
- Onderzoeken van vak(didactische) literatuur met het oog op het kaderen van fysica in maatschappij en cultuur, dus ook met aandacht voor duurzaamheid
Inhouden die aansluiten bij de pijler ‘diversiteit & talenten’:
- Uitwerken van practica met meer of mindere mate van sturing zodat lerenden leren experimenteren;
- Bewust zijn van valkuilen/misconcepties en manieren om deze op te vangen onderzoeken, waarbij de lerende gestimuleerd wordt om deze houding ook bij zichzelf te ontwikkelen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Micro-teaching ✔
|
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
|
|
|
|
Demonstraties ✔
|
|
|
|
Discussies /debat ✔
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Onderwijsleergesprek ✔
|
|
|
|
Paper ✔
|
|
|
|
Portfolio ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
| Evaluatievorm | |
|
| Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 80 % |
|
| Andere: | Combinatie van (zelfstudie-)opdrachten en micro-teaching |
|
|
|
|
|
|
| Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
| Voorwaarden | De student moet op elke deelopdracht minstens 8/20 halen. |
|
|
|
| Gevolg | Indien een student een score lager dan 8/20 haalt op 1 of meer deelopdrachten zal de eindscore gelijk zijn aan F (fail). |
|
|
|
Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
| Toelichting evaluatievorm | Een student kan enkel herkansen voor deelevaluaties waarvoor een score lager dan 10/20 behaald werd. Voorwaarde en gevolg van eerste zittijd blijven gelden. |
|
|
|
|
|
| Verplicht studiemateriaal |
| |
Al het lesmateriaal wordt ter beschikking gesteld op het elektronisch leerplatform. |
|
|
| Aanbevolen literatuur |
| |
Handboek natuurkundedidactiek,Kortland K., Mooldijk A., Poorthuis H.,Epsilon,9789050411639 |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
| 2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
| Legende |
| SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|