Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Adviserende volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Leren en ontwikkeling (4159)
|
6.0 stptn |
|
|
Vakdidactiek wetenschappen en technologie (4209)
|
6.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie - wetenschappen jaar 2 | Verplicht | 648 | 24,0 | 243 | 405 | 24,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 1.3 De educatieve master is een kritisch, creatieve expert in het vak: de EM actualiseert, verbreedt en verdiept de vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogisch-didactische expertise. | - EC
| 3.1 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM richt kritisch-reflectief de onderwijspraktijk in op basis van wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek. | - EC
| 3.2 De educatieve master verbindt onderzoek en praktijk: de EM is in staat om een onderwijsgerichte onderzoekscyclus op ethisch correcte wijze te doorlopen. | - EC
| 4.1 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM is in staat om vorm te geven aan teamoverleg, zowel binnen vakgroepen als vakoverschrijdend. | - EC
| 4.3 De educatieve master is een maatschappelijk betrokken teamspeler: de EM werkt samen met lln, collega's, ouders, opvoeders en/of externe partners in functie van het leerproces. | - EC
| 5.4 De educatieve master is een domeinexpert WET: de EM heeft gevorderde kennis van en inzicht in de domeindisciplines relevant voor de specifieke vakdidactiek(en). | - EC
| 5.5 De educatieve master is een domeinexpert WET: de EM kan zelfstandig onderzoek opzetten en uitvoeren relevant voor zijn vakgebied bestaande uit een kritische literatuurstudie, het formuleren van een onderzoeksvraag en hypothese, het selecteren en optimaliseren van geschikte methoden en technieken, het kritisch analyseren en interpreteren van de resultaten, het formuleren van conclusies en het rapporteren van de bevindingen. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Onderzoek uitvoeren in de onderwijscontext is de focus van de masterproeven aan de educatieve masters van UHasselt. Dit onderzoek is gericht op vakdidactische thema’s en educatieve onderwerpen die leraarschap en domeinspecifieke expertise verbinden.
Tijdens de masterproef doorloopt de student stap voor stap de verschillende fasen van een onderzoekscyclus gericht op een educatieve probleemstelling. De student verkent de wetenschappelijke literatuur, stelt gericht onderzoeksvragen, verzamelt data en analyseert en rapporteert deze conform wetenschappelijke criteria. Dit proces gebeurt typisch individueel. Op die manier bewaken we de evenredigheid in de omvang, opzet en de kwaliteit van masterproeven die sterk verschillen in studiebelasting (cf verkorte versus volledige educatieve masteropleiding).
De masterproef resulteert in een wetenschappelijk eindproduct. Daarnaast is er ook aandacht voor het onderzoeksproces, de beroepspraktijk (in de vorm van een creatief ontwerp) en wetenschapscommunicatie (o.a. via diverse voorstellingsvormen).
Ondersteunend bij de masterproef worden er diverse leeractiviteiten en -bijeenkomsten gepland, gericht op methoden van sociaal-wetenschappelijk onderzoek en het proces van onderzoek in de onderwijspraktijk.
De begeleiding gebeurt door een promotor (zelfstandig academisch personeelslid/ZAP of post-doc), evt. bijgestaan door een co-promotor (ZAP of post-doc) of begeleider. De begeleider kan zowel een pre-doc onderzoeker zijn evenals een onderwijsprofessionals uit scholen of onderwijsinstellingen.
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 24,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Procesevaluatie bij het onderzoek |
|
|
|
|
|
Schriftelijk examen | 50 % |
|
Andere: | Schriftelijk eindproduct |
|
|
|
|
|
Mondeling examen | 20 % |
|
Andere: | Voorstelling en verdediging van het onderzoek |
|
|
|
|
|
Ander examen | 10 % |
|
Andere: | Creatief ontwerp bij het onderzoek |
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student moet alle onderdelen indienen / afleggen om te kunnen slagen. De student moet geslaagd zijn op het schriftelijk examen en minstens een tolereerbaar cijfer halen op de procesevaluatie, de verdediging van de masterproef en het creatieve ontwerp om te kunnen slagen op het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Gevolg | Indien de student een bepaald onderdeel niet indient / aflegt, kan de student niet slagen voor dit opleidingsonderdeel. Indien de student niet geslaagd is op het schriftelijk eindproduct en/of geen tolereerbaar cijfer behaalt voor de mondelinge voorstelling en verdediging van het onderzoek en/of het creatief ontwerp, kan de student niet slagen op het opleidingsonderdeel. In zijn/haar studentendossier zal een 'fail' voor dit opleidingsonderdeel verschijnen. |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De masterproef kan ingediend worden tijdens de derde evaluatieperiode in augustus. De deadline is 15 augustus. Indien herkansing noodzakelijk is, herwerkt de student minstens de onderdelen waarvoor hij/zij niet geslaagd is op basis van de feedback. |
|
|
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|