Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 3de bachelor in de industriële wetenschappen - bouwkunde | Verplicht | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijke en technologisch toepassingsgerichte kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang van het specifieke domein. (kennis bezitten) | | - DC
| 1.12 De student kent de sleutelaspecten van onderzoeksmethodiek en projectmatig werken. | | | - BC
| De student kan de volledige levenscyclus van een bouwproject benoemen en omschrijven, en weet wie welke rol speelt. | | | - BC
| De student heeft kennis van de projectmanagementaspecten en -technieken. | | | - BC
| De student kent de verschillende contractvormen in een bouwproject. | | | - BC
| De student is op de hoogte van de nieuwe ontwikkelingen in projectmanagement in de bouw (bv. BIM, LEAN management, digital construction). | | | - BC
| De student heeft kennis van informatiemanagement en managementsystemen binnen de bouwpraktijk. | | - DC
| BK 1.10 De student kent de relevante wetgeving, normering en veiligheidsprocedures. | | | - BC
| De student kent de aannemingsovereenkomst en de hierin opgenomen begrippen (tienjarige aansprakelijkheid, vorderingsstaten, zichtbare gebreken, oplevering, uitvoeringstermijn, enz.) en de verplichtingen van bouwheer, aannemer, architect, onderaannemer. | | | - BC
| De student kent de burgerlijke en strafrechtelijke aansprakelijkheid van alle betrokken actoren in het bouwproces evenals de mogelijke bouwverzekeringen. | | | - BC
| De student heeft steeds oog voor veiligheidsaspecten en de mogelijke risico's van gemaakte keuzes in de loop van het bouwproject. | | | - BC
| De student is in staat om, voornamelijk via zelfstudie, het VCA-attest Veiligheid voor Operationeel Leidinggevenden te behalen. | | | - BC
| De student kent de relevante regelgeving m.b.t. veiligheidsprincipes ( o.a. ARAB, Codex, Welzijnswet). | | | - BC
| De student kent alle hoofdstukken en principes van het VCA-veiligheidszorgsysteem. | | | - BC
| De student kent de regelgeving m.b.t. grondverzet. | - EC
| EC2 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijk en ingenieurstechnisch disciplinegebonden inzicht in de basisbegrippen, methodes, denkkaders en onderlinge relaties van het specifieke domein. (begrijpen) | | - DC
| 2.11 De student heeft inzicht in de sleutelaspecten van onderzoeksmethodiek en projectmatig werken. | | | - BC
| De student kan een bouwproject bijsturen in de loop van het proces. | | | - BC
| De student kan zijn eigen handelen binnen het team evalueren en bijsturen. Hij maakt hierover een reflectieverslag. | - EC
| EC3 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan zelfstandig problemen herkennen, op eigen initiatief activiteiten plannen en actie ondernemen. (initiëren en plannen) | | - DC
| 3.2 De student kan op gestructureerde wijze een technisch-wetenschappelijk project plannen. | | | - BC
| De student kan een bouwproject initiëren en plannen. | | - DC
| 3.3 De student kan (op eigen initiatief) actie ondernemen. | | | - BC
| De student neemt initiatief en handelt proactief in een multidisciplinair team. | - EC
| EC5 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen analyseren, opsplitsen in deelproblemen, logisch structureren, de randvoorwaarden bepalen en de gegevens op een wetenschappelijke manier interpreteren. (analyseren) | | - DC
| 5.4 De student kan problemen opsplitsen in deelproblemen. | | | - BC
| De student kan een bouwproject opvolgen en bijsturen tot en met de projectafsluiting. | | | - BC
| De student kan de risico's van een bouwproject inventariseren en maatregelen bedenken. | | | - BC
| De student kan het bouwproject begroten en de kosten bewaken. | - EC
| EC9 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan met vakgenoten mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren over domeingebonden aspecten in een relevante taal en met gebruik van de toepasselijke terminologie. (communiceren) | | - DC
| 9.1 De student kan correct, gestructureerd en gepast schriftelijk communiceren in relevante talen voor zijn vakgebied. | | | - BC
| De student kan een bouwproject volledig administratief opvolgen. | | | - BC
| De student kan een projectplan opstellen dat inzicht geeft in hoe de managementaspecten gepland en beheerst gaan worden. | | - DC
| 9.2 De student kan correct, gestructureerd en gepast mondeling communiceren in relevante talen voor zijn vakgebied. | | | - BC
| De student kan het projectplan van een bouwproject gestructureerd mondeling toelichten voor een jury van bouwprofessionals. | - EC
| EC10 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan op een constructieve en verantwoordelijke wijze functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | - DC
| 10.1 De student heeft oog voor en draagt bij tot het bepalen van de werkwijze die best gevolgd wordt om een gemeenschappelijke opdracht aan te pakken. | | | - BC
| De student vervult zijn rol op een wijze die leidt tot de maximaal toegevoegde waarde binnen het team. | | - DC
| 10.2 De student kan op een actieve constructieve manier samenwerken met anderen om een gemeenschappelijk doel te bereiken (product). | | | - BC
| De student kan in teamverband een bouwproject tot een goed einde brengen van initiatie, planning, uitvoering en opvolging tot projectafsluiting. | | - DC
| 10.3 De student heeft oog voor en draagt bij tot een constructieve sfeer en samenwerking (proces). | | | - BC
| De student is in staat om een zo efficient mogelijke samenwerking tot stand te brengen op basis van eigen competenties in combinatie met deze van de andere teamleden. | - EC
| EC11 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan bij het realiseren van een opdracht verantwoord denken en handelen rekening houdend met de maatschappelijke en internationale waarden, relaties en consequenties. (internationaal gericht en maatschappelijk verantwoord handelen) | | - DC
| 11.1 De student heeft oog voor duurzaamheid in de verschillende fases van de innovatieketen. | | | - BC
| De student houdt bij het zoeken van oplossingen voor problemen die zich aandienen in de loop van het bouwproject steeds rekening met de economische en duurzaamheidsaspecten van zijn keuzes. | | - DC
| 11.2 De student heeft inzicht en houdt rekening met de belangen van verschillende stakeholders. | | | - BC
| De student kent de aannemingsovereenkomst en de hierin opgenomen begrippen (tienjarige aansprakelijkheid, vorderingsstaten, zichtbare gebreken, oplevering, uitvoeringstermijn, enz.) en de verplichtingen van bouwheer, aannemer, architect, onderaannemer. | | - DC
| 11.3 De student heeft inzicht in en houdt rekening met de maatschappelijke relevantie en consequenties in het realiseren van een opdracht. | | | - BC
| De student houdt bij het zoeken van oplossingen voor problemen die zich aandienen in de loop van het bouwproject steeds rekening met de economische en duurzaamheidsaspecten van zijn keuzes. | | - DC
| 11.4 De student heeft oog voor en houdt rekening met algemeen aanvaarde sociale en ethische normen in het eigen denken en handelen. | | | - BC
| De student houdt bij het zoeken van oplossingen voor problemen die zich aandienen in de loop van het bouwproject steeds rekening met de economische en duurzaamheidsaspecten van zijn keuzes. | - EC
| EC12 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan toepassings- en oplossingsgericht, met het vereiste doorzettingsvermogen, professioneel en academisch handelen met oog voor realisme en efficiëntie en geeft blijk van een onderzoekende houding tot levenslang leren. (ingenieursattitude) | | - DC
| 12.1 De student heeft een open houding om te leren uit ervaring, feedback en fouten. | | | - BC
| De student kan eventuele problemen tijdig signaleren en daarop anticiperen binnen de gestelde randvoorwaarden. | | | - BC
| De student kan problemen die zich voordoen, definiëren en oplossen binnen de gestelde randvoorwaarden. | | - DC
| 12.2 De student geeft blijk van een onderzoekende houding. | | | - BC
| De student kan eventuele problemen tijdig signaleren en daarop anticiperen binnen de gestelde randvoorwaarden. | | | - BC
| De student kan problemen die zich voordoen, definiëren en oplossen binnen de gestelde randvoorwaarden. | | - DC
| 12.3 De student eigent zich een gepaste ingenieursattitude toe (nauwkeurig, efficiënt, veilig, resultaatgericht,...). | | | - BC
| De student kan eventuele problemen tijdig signaleren en daarop anticiperen binnen de gestelde randvoorwaarden. | | | - BC
| De student kan problemen die zich voordoen, definiëren en oplossen binnen de gestelde randvoorwaarden. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Situering binnen het curriculum/leerdomein Het opleidingsonderdeel maakt deel uit van het leerdomein Bouwpraktijk. Het bouwt verder op de opgedane kennis in het opleidingsonderdeel Uitvoering 1 en bereidt voor op de stage in het masterjaar.
|
|
|
Het opleidingsonderdeel 'Uitvoering 2' bestaat uit twee delen:
1 Veiligheid en bouwwetgeving (2 SP)
In dit deel worden enkel de voor de bouwprofessional meest praktische topics behandeld. Als onderwerpen voor het lesonderdeel veiligheid komt de nadruk te liggen op het behalen van het attest veiligheid voor operationeel leidinggevenden VCA. Deze opleiding met examen vormt een goede inleiding op veiligheids- en gezondheidsgebied. Bij goed gevolg krijgen de deelnemers het veel gevraagde VCA-attest. Bijkomend: werken op hoogte en aanslaan van lasten. Voor het lesonderdeel wetgeving komt de nadruk te liggen op de bouwwetgeving en het aannemingscontract. Tevens wordt het grondverzet en Vlarebo besproken. Een volgend onderdeel heeft betrekking op de aansprakelijkheden in de bouw en meer speciaal de burgerlijke en de strafrechterlijke aansprakelijkheid samen met de verzekeringsaspecten en plaatsbeschrijvingen. Als slot komen de bepalingen van de Codex en het KB tijdelijke en mobiele bouwplaatsen aan bod.
2 Projectmanagement (2 SP)
In dit deel maken de studenten kennis met de theorie en de praktijk van projectmanagement aan de hand van een realistische case. In projectteams werken zij aan de projectanalyse, voeren een kick-off uit, analyseren de risico’s van het project en stellen hiervoor mitigerende maatregelen op, plannen en begroten het project, passen daar waar mogelijk nieuwe managementtechnieken toe en presenteren hun projectplan aan een (praktijk)jury.
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
Excursie/veldwerk ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
|
|
Casestudy ✔
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Huiswerktaken ✔
|
|
|
Portfolio ✔
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 15 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 50 % |
|
Andere: | De permanente evaluatie heeft betrekking op het samenwerken in het team, de inhoud van het projectplan en de presentatie van het plan voor de jury. |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | 1. De student moet verplicht aanwezig zijn op elk contactmoment van het deel Projectmanagement. 2. Een student moet zowel op het deel Veiligheid en bouwwetgeving als op het deel Projectmanagement een tolereerbaar examenresultaat (≥8/20) behalen om te kunnen slagen voor het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Gevolg | 1. Indien de student meer dan één contactmoment ongewettigd afwezig is, ontvangt hij een score nul voor het deel Projectmanagement (in afwijking op de examenregeling). 2. Een student die op een van de twee delen een niet-tolereerbaar cijfer behaalt en een rekenkundig gewogen gemiddeld behaalt ≥ 10, krijgt als eindresultaat in zijn studentendossier een 9/20, ongeacht het rekenkundig gewogen gemiddelde. |
|
|
|
Mogelijke externe locatie | ✔ |
|
Extra info | Veiligheid en bouwwetgeving (50%): - 15% permanente evaluatie: VCA-examen; - 35% schriftelijk geslotenboek examen. Projectmanagement (50%): - volledige permanente evaluatie.
Voor de permanente evaluatie is het kunnen afronden van de opdrachten/testen in het voorziene tijdsbestek onderdeel van de evaluatie. Studenten in bijzondere omstandigheden die als faciliteit een relatieve meertijd kregen toegekend kunnen hierop daarom geen beroep doen voor de permanente evaluatie. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De punten van de permanente evaluatie van de eerste examenkans blijven behouden. (Deel)punten worden niet overgedragen naar een volgend academiejaar. |
|
|
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
- Handboek Veiligheid voor Operationeel Ledinggevenden VOL-VIL VCA Nederlands,HACECO,meest recente versie,Haceco
- Succesvol projectmanagement in de bouw,Ad Dane / Karen Knispel,2022,Pearson,9789043039680
|
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Eventuele bedrijfs- en studiebezoeken in dit opleidingsonderdeel zijn verplicht en maken integraal deel uit van de te kennen leerstof.
VCA-examen voor leidinggevenden Het VCA-examen voor leidinggevenden is een verplicht onderdeel van de evaluatie. De eventuele extra kosten verbonden aan dit examen zijn voor rekening van de student.
Relatie met werkveld Het gaat om een basiscursus met aanbrengen van basiskennis en basisvaardigheden uit het vakgebied van de wetgeving, veiligheidskunde en projectmanagement. Binnen projectmanagement wordt er veel belang gehecht aan de relatie met het werkveld via o.a. praktijkcases en gastcolleges.
Duurzaamheidsaspecten Vertrekkend vanuit het wetgevend kader m.n. VLAREM, VLAREBO als VLAREMA maken studenten kennis met het duurzame karakter van bodem(her)gebruik en secundaire grondstoffen. Hierbij worden zowel de economische als de (bouw)technische aspecten behandeld.
|
|
|
|
|
|
| voorbereidingsprogramma industriële wetenschappen bouwkunde | Verplicht | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
|
|
Situering binnen het curriculum/leerdomein Het opleidingsonderdeel maakt deel uit van het leerdomein Bouwpraktijk. Het bouwt verder op de opgedane kennis in het opleidingsonderdeel Uitvoering 1 en bereidt voor op de stage in het masterjaar.
|
|
|
Het opleidingsonderdeel 'Uitvoering 2' bestaat uit twee delen:
1 Veiligheid en bouwwetgeving (2 SP)
In dit deel worden enkel de voor de bouwprofessional meest praktische topics behandeld. Als onderwerpen voor het lesonderdeel veiligheid komt de nadruk te liggen op het behalen van het attest veiligheid voor operationeel leidinggevenden VCA. Deze opleiding met examen vormt een goede inleiding op veiligheids- en gezondheidsgebied. Bij goed gevolg krijgen de deelnemers het veel gevraagde VCA-attest. Bijkomend: werken op hoogte en aanslaan van lasten. Voor het lesonderdeel wetgeving komt de nadruk te liggen op de bouwwetgeving en het aannemingscontract. Tevens wordt het grondverzet en Vlarebo besproken. Een volgend onderdeel heeft betrekking op de aansprakelijkheden in de bouw en meer speciaal de burgerlijke en de strafrechterlijke aansprakelijkheid samen met de verzekeringsaspecten en plaatsbeschrijvingen. Als slot komen de bepalingen van de Codex en het KB tijdelijke en mobiele bouwplaatsen aan bod.
2 Projectmanagement (2 SP)
In dit deel maken de studenten kennis met de theorie en de praktijk van projectmanagement aan de hand van een realistische case. In projectteams werken zij aan de projectanalyse, voeren een kick-off uit, analyseren de risico’s van het project en stellen hiervoor mitigerende maatregelen op, plannen en begroten het project, passen daar waar mogelijk nieuwe managementtechnieken toe en presenteren hun projectplan aan een (praktijk)jury.
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
Excursie/veldwerk ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
|
|
Casestudy ✔
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Huiswerktaken ✔
|
|
|
Portfolio ✔
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 15 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 50 % |
|
Andere: | De permanente evaluatie heeft betrekking op het samenwerken in het team, de inhoud van het projectplan en de presentatie van het plan voor de jury. |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | 1. De student moet verplicht aanwezig zijn op elk contactmoment van het deel Projectmanagement. 2. Een student moet zowel op het deel Veiligheid en bouwwetgeving als op het deel Projectmanagement een tolereerbaar examenresultaat (≥8/20) behalen om te kunnen slagen voor het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Gevolg | 1. Indien de student meer dan één contactmoment ongewettigd afwezig is, ontvangt hij een score nul voor het deel Projectmanagement (in afwijking op de examenregeling). 2. Een student die op een van de twee delen een niet-tolereerbaar cijfer behaalt en een rekenkundig gewogen gemiddeld behaalt ≥ 10, krijgt als eindresultaat in zijn studentendossier een 9/20, ongeacht het rekenkundig gewogen gemiddelde. |
|
|
|
Mogelijke externe locatie | ✔ |
|
Extra info | Veiligheid en bouwwetgeving (50%): - 15% permanente evaluatie: VCA-examen; - 35% schriftelijk geslotenboek examen. Projectmanagement (50%): - volledige permanente evaluatie.
Voor de permanente evaluatie is het kunnen afronden van de opdrachten/testen in het voorziene tijdsbestek onderdeel van de evaluatie. Studenten in bijzondere omstandigheden die als faciliteit een relatieve meertijd kregen toegekend kunnen hierop daarom geen beroep doen voor de permanente evaluatie. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De punten van de permanente evaluatie van de eerste examenkans blijven behouden. (Deel)punten worden niet overgedragen naar een volgend academiejaar. |
|
|
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
- Handboek Veiligheid voor Operationeel Ledinggevenden VOL-VIL VCA Nederlands,HACECO,meest recente versie,Haceco
- Succesvol projectmanagement in de bouw,Ad Dane / Karen Knispel,2022,Pearson,9789043039680
|
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Eventuele bedrijfs- en studiebezoeken in dit opleidingsonderdeel zijn verplicht en maken integraal deel uit van de te kennen leerstof.
VCA-examen voor leidinggevenden Het VCA-examen voor leidinggevenden is een verplicht onderdeel van de evaluatie. De eventuele extra kosten verbonden aan dit examen zijn voor rekening van de student.
Relatie met werkveld Het gaat om een basiscursus met aanbrengen van basiskennis en basisvaardigheden uit het vakgebied van de wetgeving, veiligheidskunde en projectmanagement. Binnen projectmanagement wordt er veel belang gehecht aan de relatie met het werkveld via o.a. praktijkcases en gastcolleges.
Duurzaamheidsaspecten Vertrekkend vanuit het wetgevend kader m.n. VLAREM, VLAREBO als VLAREMA maken studenten kennis met het duurzame karakter van bodem(her)gebruik en secundaire grondstoffen. Hierbij worden zowel de economische als de (bouw)technische aspecten behandeld.
|
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|