Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 3de bachelor in de industriële wetenschappen - bouwkunde | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC2 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijk en ingenieurstechnisch disciplinegebonden inzicht in de basisbegrippen, methodes, denkkaders en onderlinge relaties van het specifieke domein. (begrijpen) | | - DC
| BK 2.6 De student heeft inzicht in courante bouwkundige uitvoeringsconcepten. | | | - BC
| De student kan detailleringen uitwerken en op die manier een aangeleverd BIM-model verrijken. | | - DC
| BK 2.10 De student heeft inzicht in het volledige bouwproces en de betrokken actoren. | | | - BC
| De student kan binnen een groepswerk, waarin elke student een bepaalde rol opneemt binnen het bouwproces, constructief en communicatief samenwerken met de andere actoren. | - EC
| EC3 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan zelfstandig problemen herkennen, op eigen initiatief activiteiten plannen en actie ondernemen. (initiëren en plannen) | | - DC
| 3.2 De student kan op gestructureerde wijze een technisch-wetenschappelijk project plannen. | | | - BC
| De student kan, gekoppeld aan een BIM-model, een leanplanning maken. | - EC
| EC4 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan doelgericht relevante wetenschappelijke en/of technische informatie opzoeken en verzamelen of efficiënt en nauwgezet de benodigde informatie meten en correct refereren. (data verwerven) | | - DC
| 4.1 De student kan doelgericht wetenschappelijke en/of technische informatie opzoeken. | | | - BC
| De student kan een topic, aangehaald tijdens de hoorcolleges, technisch op een correcte manier verwerken in zijn project. | | | - BC
| Het studententeam analyseert en interpreteert de opdrachten zelfstandig en formuleert een relevante oplossing. | - EC
| EC6 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan adequate oplossingsmethodes selecteren om niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen op te lossen en kan methodologisch te werk gaan in ontwerp en hierin gefundeerde keuzes maken. (oplossen en ontwerpen) | | - DC
| 6.1 De student kan een gepaste oplossingsmethode selecteren. | | | - BC
| De student kan de tijdens de hoorcolleges aangebrachte kennis inzetten in zijn project. | | | - BC
| De student mag hierbij AI inzetten als onderdeel van de oplossingsstrategie mits duidelijke bronvermelding en kritische houding naar de oplossing. | | - DC
| 6.2 De student kan de gekozen oplossingsmethode correct uitvoeren. | | | - BC
| De student kan komen tot een oplossing die nuttig is voor het project (kostenefficient, kwaliteitsvol en binnen planning). | | - DC
| 6.3 De student kan technische hulpmiddelen zoals rekentoestellen, meettoestellen en software selecteren. | | | - BC
| De student gebruikt een BIM-model en 2D AutoCAD om een oplossing uit te werken. | - EC
| EC9 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan met vakgenoten mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren over domeingebonden aspecten in een relevante taal en met gebruik van de toepasselijke terminologie. (communiceren) | | - DC
| 9.1 De student kan correct, gestructureerd en gepast schriftelijk communiceren in relevante talen voor zijn vakgebied. | | | - BC
| De student maakt, samen met zijn teamgenoten, een as-build-dossier van zijn project. | | - DC
| 9.2 De student kan correct, gestructureerd en gepast mondeling communiceren in relevante talen voor zijn vakgebied. | | | - BC
| De student presenteert, samen met zijn teamgenoten, het eindresultaat en het proces van het project. | - EC
| EC10 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan op een constructieve en verantwoordelijke wijze functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | - DC
| 10.1 De student heeft oog voor en draagt bij tot het bepalen van de werkwijze die best gevolgd wordt om een gemeenschappelijke opdracht aan te pakken. | | | - BC
| De student kan de verworven kennis omzetten in de gevraagde werkwijze, wat impliceert dat hij/zij zijn teamleden kan overtuigen met kritische reflectie vanuit de theoretische kaders. | | - DC
| 10.2 De student kan op een actieve constructieve manier samenwerken met anderen om een gemeenschappelijk doel te bereiken (product). | | | - BC
| De student is open respectvol en kritisch ingesteld en draagt bij door voorstellen tot verbetering. | | - DC
| 10.3 De student heeft oog voor en draagt bij tot een constructieve sfeer en samenwerking (proces). | | | - BC
| De student motiveert de overige teamleden en tracht steeds meerdere mogelijke oplossingen aan te dragen. | | | - BC
| De student draagt bij in het maken van gedragen keuzes. | | - DC
| 10.4 De student kan samenwerken binnen een multidisciplinair team. | | | - BC
| De student stelt zich cooperatief op en staat open voor feedback en kan zelf feedback geven, dit volgens de +/Delta methode. | - EC
| EC12 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan toepassings- en oplossingsgericht, met het vereiste doorzettingsvermogen, professioneel en academisch handelen met oog voor realisme en efficiëntie en geeft blijk van een onderzoekende houding tot levenslang leren. (ingenieursattitude) | | - DC
| 12.1 De student heeft een open houding om te leren uit ervaring, feedback en fouten. | | | - BC
| De student implementeert de plussen en delta's uit de +/Delta feedback in de volgende opdrachten en presentaties. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Situering binnen het curriculum/leerdomein Digitalisering 2 bouwt, binnen het leerdomein Bouwpraktijk, verder op de opleidingsonderdelen Digitalisering 1 en Uitvoering 1. Waar in Digitalisering 1 de focus lag op de technische detaillering van o.a. bouwknopen en de aanzet naar modellering via software werd gegeven, wordt binnen Digitalisering 2 gefocust op het gebruik en het verrijken van een model via BIM-software, waarbij ook niet-technische aspecten zoals samenwerking, communicatie, planning, ... worden beschouwd. Hiermee worden de competenties aangescherpt die de student zal toepassen binnen o.a. de Stage in het masterjaar - het sluitstuk van het leerdomein.
|
|
|
Inhoud van de hoorcolleges:Introductie in het nieuwe normaal: digitalisering
- De fundering van digitalisering in de bouw
- Bouwindustrialisatie
- Samenwerken in een projectteam vanuit BIM (rol bouwheer, rol ontwerper, rol aannemer bouwkundig, rol aannemer technieken)
- Digitale opmetingen en drones
- Woontrends: ondersteund wonen (domotica, smart grids, AI, energie-management, …)
- Digitalisering van onderhoudsprocessen, gekoppeld aan BIM
- Basis artificiële intelligentie en enkele toepassingen in de praktijk
- Leren werken in een team/feedback geven
Binnen deze hoorcolleges worden op een overzichtelijke manier nieuwe methodieken en technieken in de bouw, die gedreven worden door digitalisering, voorgesteld. De theorie wordt afgewisseld met praktijk (werfbezoeken, gastsprekers). Parallel aan de theoretische sessies wordt er een project opgestart (vanaf de derde sessie). In een team van 4 of 5 studenten wordt een bouwwerk uitgewerkt vanuit een aangeleverd BIM-model. Innovatieve technieken en methodieken worden in dit project concreet toegepast.
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
Excursie/veldwerk ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 40 % |
|
|
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 40 % |
|
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Actieve deelname tijdens de lessen (presentatie van opdrachten en feedback geven aan andere groepen) |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
Mogelijke externe locatie | ✔ |
|
Extra info | Studenten werken in groepsverband aan een casus, op basis van een aangereikt BIM-model. Het project wordt afgerond met een schriftelijk rapport (digitaal as-built-dossier) en een plenaire presentatie. Deze presentatie kan plaatsvinden op een externe locatie.
Deelname aan alle activiteiten en lesmomenten is verplicht. In de beoordeling wordt rekening gehouden met de stiptheid omtrent aanwezigheden. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Voor de 40% schriftelijke permanente evaluatie en de 40% mondelinge evaluatie wordt er een vervangopdracht voorzien. Het cijfer voor de 20% permanente evaluatie voor actieve deelname tijdens de lessen (presentatie van opdrachten en feedback geven aan andere groepen) blijft behouden. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Digitale tools: Allplan, BIM+ en diverse andere actuele tools, aangevuld met up-to-date studiemateriaal (slides, wetenschappelijke publicaties, enz.) in de les en elektronische leeromgeving. |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
- The new normal,Peter Hinssen,2011,Lanno,9789081324250
- De wereld is rond,Jo Caudron,september 2019,Pelckmans Pro,9789463372152
|
|
 
|
Opmerkingen |
|
Relatie met onderzoek De student zal a.d.h.v. internationale en nationale wetenschappelijke publicaties op de hoogte blijven van innovaties binnen de bouwkunde.
Relatie met werkveld Via praktijkcases, lezingen door experts, studiebezoeken, ... wordt de relatie met het werkveld extra versterkt.
Duurzaamheidsaspecten Duurzaam bouwen richt zich op het creëren van gebouwen en infrastructuur die minimale negatieve impact hebben op het milieu, zowel tijdens de bouw als gedurende de levensduur ervan. Het doel is om de natuurlijke hulpbronnen te behouden, energie-efficiëntie te bevorderen, de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en een gezonde leefomgeving te creëren voor de gebruikers. Digitalisering is een belangrijke enabler om deze doelen te bereiken. In de lessenreeks zal vaak de link gelegd worden tussen ecologie en digitalisering. Enkele voorbeelden: het onderhoud van gebouwen beter gaan voorspellen, urban mining (het gebouw wordt aan het einde van zijn levensduur terug een bron van grondstoffen), energiedelen via blockchain-technologie, … |
|
|
|
|
|
| voorbereidingsprogramma industriële wetenschappen bouwkunde | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
|
|
Situering binnen het curriculum/leerdomein Digitalisering 2 bouwt, binnen het leerdomein Bouwpraktijk, verder op de opleidingsonderdelen Digitalisering 1 en Uitvoering 1. Waar in Digitalisering 1 de focus lag op de technische detaillering van o.a. bouwknopen en de aanzet naar modellering via software werd gegeven, wordt binnen Digitalisering 2 gefocust op het gebruik en het verrijken van een model via BIM-software, waarbij ook niet-technische aspecten zoals samenwerking, communicatie, planning, ... worden beschouwd. Hiermee worden de competenties aangescherpt die de student zal toepassen binnen o.a. de Stage in het masterjaar - het sluitstuk van het leerdomein.
|
|
|
Inhoud van de hoorcolleges:Introductie in het nieuwe normaal: digitalisering
- De fundering van digitalisering in de bouw
- Bouwindustrialisatie
- Samenwerken in een projectteam vanuit BIM (rol bouwheer, rol ontwerper, rol aannemer bouwkundig, rol aannemer technieken)
- Digitale opmetingen en drones
- Woontrends: ondersteund wonen (domotica, smart grids, AI, energie-management, …)
- Digitalisering van onderhoudsprocessen, gekoppeld aan BIM
- Basis artificiële intelligentie en enkele toepassingen in de praktijk
- Leren werken in een team/feedback geven
Binnen deze hoorcolleges worden op een overzichtelijke manier nieuwe methodieken en technieken in de bouw, die gedreven worden door digitalisering, voorgesteld. De theorie wordt afgewisseld met praktijk (werfbezoeken, gastsprekers). Parallel aan de theoretische sessies wordt er een project opgestart (vanaf de derde sessie). In een team van 4 of 5 studenten wordt een bouwwerk uitgewerkt vanuit een aangeleverd BIM-model. Innovatieve technieken en methodieken worden in dit project concreet toegepast.
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
Excursie/veldwerk ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 40 % |
|
|
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 40 % |
|
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Actieve deelname tijdens de lessen (presentatie van opdrachten en feedback geven aan andere groepen) |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
Mogelijke externe locatie | ✔ |
|
Extra info | Studenten werken in groepsverband aan een casus, op basis van een aangereikt BIM-model. Het project wordt afgerond met een schriftelijk rapport (digitaal as-built-dossier) en een plenaire presentatie. Deze presentatie kan plaatsvinden op een externe locatie.
Deelname aan alle activiteiten en lesmomenten is verplicht. In de beoordeling wordt rekening gehouden met de stiptheid omtrent aanwezigheden. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Voor de 40% schriftelijke permanente evaluatie en de 40% mondelinge evaluatie wordt er een vervangopdracht voorzien. Het cijfer voor de 20% permanente evaluatie voor actieve deelname tijdens de lessen (presentatie van opdrachten en feedback geven aan andere groepen) blijft behouden. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Digitale tools: Allplan, BIM+ en diverse andere actuele tools, aangevuld met up-to-date studiemateriaal (slides, wetenschappelijke publicaties, enz.) in de les en elektronische leeromgeving. |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
- The new normal,Peter Hinssen,2011,Lanno,9789081324250
- De wereld is rond,Jo Caudron,september 2019,Pelckmans Pro,9789463372152
|
|
 
|
Opmerkingen |
|
Relatie met onderzoek De student zal a.d.h.v. internationale en nationale wetenschappelijke publicaties op de hoogte blijven van innovaties binnen de bouwkunde.
Relatie met werkveld Via praktijkcases, lezingen door experts, studiebezoeken, ... wordt de relatie met het werkveld extra versterkt.
Duurzaamheidsaspecten Duurzaam bouwen richt zich op het creëren van gebouwen en infrastructuur die minimale negatieve impact hebben op het milieu, zowel tijdens de bouw als gedurende de levensduur ervan. Het doel is om de natuurlijke hulpbronnen te behouden, energie-efficiëntie te bevorderen, de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en een gezonde leefomgeving te creëren voor de gebruikers. Digitalisering is een belangrijke enabler om deze doelen te bereiken. In de lessenreeks zal vaak de link gelegd worden tussen ecologie en digitalisering. Enkele voorbeelden: het onderhoud van gebouwen beter gaan voorspellen, urban mining (het gebouw wordt aan het einde van zijn levensduur terug een bron van grondstoffen), energiedelen via blockchain-technologie, … |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|