Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
Groep 1 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
|
|
|
Power Systems (4428)
|
3.0 stptn |
|
Of groep 2 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
|
|
|
Power Systems (4998)
|
4.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| master in de industriële wetenschappen: energie | Verplicht | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Master in de industriële wetenschappen: energie kan in eigen professioneel denken en handelen -- met een gepaste ingenieursattitude en met continue aandacht voor de eigen vorming -- adequaat communiceren, effectief samenwerken, en rekening houden met de duurzame, economische, ethische, maatschappelijke en/of internationale context en is zich hierbij bewust van de impact op de omgeving. | | - DC
| DC-M8 - De student kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | | - BC
| De student moet informatie uit bronnen kritisch evalueren en gepast gebruiken voor het oplossen van zijn opdrachten. | | - DC
| DC-M9 - De student kan mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren. (communiceren) | | | - BC
| Regelmatig moet de stavaza van de (deel)opdracht toegelicht worden aan de groep. | | - DC
| DC-M10 - De student kan constructief en verantwoordelijk functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | | - BC
| Studenten werken per 2 aan de (deel)opdrachten. | | - DC
| DC-M12 - De student geeft blijkt van een gepaste ingenieursattitude. (ingenieursattitude) | | | - BC
| Zie DC1 tem DC11 | - EC
| EC5 - De Master in de industriële wetenschappen: energie heeft gespecialiseerde kennis en inzicht in principes en toepassingen binnen energie- en vermogensystemen en kan hierin niet-vertrouwde, complexe ontwerp- of optimalisatieproblemen autonoom herkennen, kritisch analyseren, en methodisch en gefundeerd oplossen met oog voor dataverwerving en implementatie en met behulp met geavanceerde tools, bewust van praktische beperkingen en met aandacht voor de actuele technologische ontwikkelingen | | - DC
| DC-M1 - De student heeft kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang. (kennis bezitten) | | | - BC
| De student kent de kernaspecten van energiebeheer in smart grids en microgrids. | | - DC
| DC-M2 - De student heeft inzicht in de basisbegrippen en methodes. (begrijpen) | | | - BC
| De student heeft inzicht in de kernaspecten van energiebeheer in smart grids en microgrids. | | - DC
| DC-M3 - De student kan problemen herkennen, activiteiten plannen en actie ondernemen. (initiëren en plannen) | | | - BC
| De student toont deze competenties in het oplossen van de opdrachten. | | - DC
| DC-M4 - De student kan informatie opzoeken, meten of verzamelen en correct refereren. (data verwerven) | | | - BC
| De student kan de aangeleverde informatie (publicaties) zelfstandig verwerken en aanvullende informatie verzamelen waar nodig/nuttig. | | - DC
| DC-M8 - De student kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | | - BC
| De student moet informatie uit bronnen kritisch evalueren om gepast gebruiken voor het oplossen van de opdrachten. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student weet wat netbeheer inhoudt. Hij heeft kennis en inzicht in balancing, frequentieregeling en spanningsregeling op de verschillende spanningsniveaus.
|
|
|
1. SMART GRIDS
- SGAM = smart grid architecture model
- Slimme onderstations, IEC 61850
- POWER SYSTEM SCADA, AMM, EMS, DMS , MMS, ...
- ....
2. MICROGRIDS
- concept
- architecturen
- controle
- beveiliging
3. PROJECT: design + simulatie microgrid
- concept
- keuze componenten + dimensionering
- controlealgoritme
- haalbaarheid
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
Project ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 30 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De punten behaald voor het project in de eerste examenkans worden overgedragen naar de tweede examenkans. Er zijn geen deelvrijstellingen mogelijk voor dit OPO naar een volgend academiejaar. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Studiemateriaal wordt via TOLEDO ter beschikking gesteld. |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Situering binnen het curriculum/leerlijn: In dit OPO worden alle onderdelen van het energiesysteem samengebracht en gestuurd in functie van de energiemarkt, de technische constraints en de comfort/proceseisen van de eigenaars van de elektrische installaties.
Relatie met werkveld: dit OPO laat de interactie tussen de taltijke partijen en systemen betrokken in de energietransitie, zien.
Relatie met onderzoek: EBS gebruikt resultaten van onderzoek door expliciet te verwijzen naar de onderzoeker en de onderzoeksmethodes. De hoofddoelstelling is niet zozeer kennisoverdracht maar wel een kritische evaluatie van deze resultaten door de student. |
|
|
|
|
|
| Educatieve master in de wetenschappen en technologie - keuze voor vakdidactiek engineering & technology | Keuze | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| 5.2. De educatieve master is een domeinexpert ENG & TECH: de EM heeft een gespecialiseerde kennis van en inzicht in de verworven vakdidactieken en kan deze creatief concipiëren, plannen en uitvoeren in een educatieve context en in het bijzonder als geïntegreerd deel van een methodologisch en projectmatig geordende reeks van handelingen binnen een multidisciplinair STEM project met een belangrijke onderzoeks en/of innovatiecomponent. | - EC
| 5.3 De educatieve master is een domeinexpert ENG & TECH: de EM heeft gevorderde of gespecialiseerde kennis van en inzicht in de principes, opbouw en gebruikte technologieën van diverse industriële processen en technieken relevant voor de specifieke vakdidactieken en kan hierin complexe, multidisciplinaire, niet-vertrouwde, praktijkgerichte ontwerp- of optimalisatieproblemen autonoom herkennen, kritisch analyseren en methodisch en gefundeerd oplossen met oog voor de toepassing, selectie van materialen, automatisatie, veiligheid, milieu en duurzaamheid, bewust van praktische beperkingen en met aandacht voor de actuele technologische ontwikkelingen. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student weet wat netbeheer inhoudt. Hij heeft kennis en inzicht in balancing, frequentieregeling en spanningsregeling op de verschillende spanningsniveaus.
|
|
|
1. SMART GRIDS
- SGAM = smart grid architecture model
- Slimme onderstations, IEC 61850
- POWER SYSTEM SCADA, AMM, EMS, DMS , MMS, ...
- ....
2. MICROGRIDS
- concept
- architecturen
- controle
- beveiliging
3. PROJECT: design + simulatie microgrid
- concept
- keuze componenten + dimensionering
- controlealgoritme
- haalbaarheid
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
Project ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 30 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
|
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | De punten behaald voor het project in de eerste examenkans worden overgedragen naar de tweede examenkans. Er zijn geen deelvrijstellingen mogelijk voor dit OPO naar een volgend academiejaar. |
|
|
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Studiemateriaal wordt via TOLEDO ter beschikking gesteld. |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Situering binnen het curriculum/leerlijn: In dit OPO worden alle onderdelen van het energiesysteem samengebracht en gestuurd in functie van de energiemarkt, de technische constraints en de comfort/proceseisen van de eigenaars van de elektrische installaties.
Relatie met werkveld: dit OPO laat de interactie tussen de taltijke partijen en systemen betrokken in de energietransitie, zien.
Relatie met onderzoek: EBS gebruikt resultaten van onderzoek door expliciet te verwijzen naar de onderzoeker en de onderzoeksmethodes. De hoofddoelstelling is niet zozeer kennisoverdracht maar wel een kritische evaluatie van deze resultaten door de student. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|