Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Adviserende volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
Groep 1 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Network Labs, Tools and Techniques (3488)
|
6.0 stptn |
|
|
Parallel and Distributed Systems (2166)
|
6.0 stptn |
|
Of groep 2 |
|
|
Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Network Labs, Tools and Techniques (3488)
|
4.0 stptn |
|
|
Parallel and Distributed Systems (4717)
|
4.0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| master informatica profiel Networking and Security | Verplicht | 162 | 6,0 | 162 | 6,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1: De afgestudeerde heeft op het gebied van informatica inzicht in de belangrijkste technologische ontwikkelingen en de onderliggende wetenschappelijke principes. | - EC
| EC 2: De afgestudeerde is in staat om de evolutie in het vakgebied van de informatica (en aanverwante gebieden) bij te houden, om de nieuwe technologieën te evalueren en ze zich eigen te maken. | - EC
| EC 7: De afgestudeerde is in staat om informatie kritisch te analyseren en te evalueren, en op een efficiënte manier te verwerken. | - EC
| EC 9: De afgestudeerde is in staat om op heldere wijze zowel mondeling als schriftelijk te rapporteren over haar/zijn werk in een nationale en internationale context. | - EC
| EC 10: De afgestudeerde functioneert goed in teamverband; zij/hij is in staat, door overleg in kleine en grote groepen, werkzaamheden te verdelen en op elkaar af te stemmen. | - EC
| EC 12: De afgestudeerde kan kritisch reflecteren over het eigen handelen, hierover verantwoording afleggen en zichzelf bijsturen waar nodig. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student kan in netwerklabo context experimenten uitvoeren en is vertrouwd met de praktische werkwijze. De student heeft diepgaand inzicht in de verschillende lagen van het TCP/IP netwerkmodel. De student kan een genetwerkt programma implementeren. De student kan een analyse uitvoeren van een netwerktrace m.b.v. software zoals Wireshark.
|
|
|
In dit opleidingsonderdeel wordt de student vertrouwd gemaakt met de beginselen van computernetwerkbeveiliging. De problematiek wordt behandeld vanuit het standpunt van de netwerkbeheerder (o.m. firewalls, attack prevention en fysieke beveiliging) als van de applicatie-ontwikkelaar (o.m. web security en elementen uit cryptografie).
Dit vak leunt op de kennis opgedaan in het opleidingsonderdeel "Network labs, tools and techniques". De meeste elementen uit de cursus worden geïllustreerd aan de hand van labo-opdrachten en zelfstudieopdrachten.
Een indicatief overzicht van de topics :
- Network and application-layer firewalls
- Intrusion detection and prevention systems
- Security incident and event management
- Applied cryptography
- Web security
- Malware and botnets
- Security on the physical and data link layers
- Domain Name System security
- IoT security
Het opleidingsonderdeel bestaat uit hoorcolleges, aangevuld met labosessies die per 2 studenten gerealiseerd worden.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 6,00
Evaluatievorm | |
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 70 % |
|
Andere: | Programmeeropdrachten en experimenten in netwerklabo |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Scores van individuele opdrachten zijn enkel over te dragen indien geslaagd op de opdracht in kwestie. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Slide sets worden via de website ter beschikking gesteld van de studenten. |
|
|
|
|
|
| master informatica volledig keuzepakket | Keuze | 162 | 6,0 | 162 | 6,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1: De afgestudeerde heeft op het gebied van informatica inzicht in de belangrijkste technologische ontwikkelingen en de onderliggende wetenschappelijke principes. | - EC
| EC 2: De afgestudeerde is in staat om de evolutie in het vakgebied van de informatica (en aanverwante gebieden) bij te houden, om de nieuwe technologieën te evalueren en ze zich eigen te maken. | - EC
| EC 7: De afgestudeerde is in staat om informatie kritisch te analyseren en te evalueren, en op een efficiënte manier te verwerken. | - EC
| EC 9: De afgestudeerde is in staat om op heldere wijze zowel mondeling als schriftelijk te rapporteren over haar/zijn werk in een nationale en internationale context. | - EC
| EC 10: De afgestudeerde functioneert goed in teamverband; zij/hij is in staat, door overleg in kleine en grote groepen, werkzaamheden te verdelen en op elkaar af te stemmen. | - EC
| EC 12: De afgestudeerde kan kritisch reflecteren over het eigen handelen, hierover verantwoording afleggen en zichzelf bijsturen waar nodig. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student kan in netwerklabo context experimenten uitvoeren en is vertrouwd met de praktische werkwijze. De student heeft diepgaand inzicht in de verschillende lagen van het TCP/IP netwerkmodel. De student kan een genetwerkt programma implementeren. De student kan een analyse uitvoeren van een netwerktrace m.b.v. software zoals Wireshark.
|
|
|
In dit opleidingsonderdeel wordt de student vertrouwd gemaakt met de beginselen van computernetwerkbeveiliging. De problematiek wordt behandeld vanuit het standpunt van de netwerkbeheerder (o.m. firewalls, attack prevention en fysieke beveiliging) als van de applicatie-ontwikkelaar (o.m. web security en elementen uit cryptografie).
Dit vak leunt op de kennis opgedaan in het opleidingsonderdeel "Network labs, tools and techniques". De meeste elementen uit de cursus worden geïllustreerd aan de hand van labo-opdrachten en zelfstudieopdrachten.
Een indicatief overzicht van de topics :
- Network and application-layer firewalls
- Intrusion detection and prevention systems
- Security incident and event management
- Applied cryptography
- Web security
- Malware and botnets
- Security on the physical and data link layers
- Domain Name System security
- IoT security
Het opleidingsonderdeel bestaat uit hoorcolleges, aangevuld met labosessies die per 2 studenten gerealiseerd worden.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 6,00
Evaluatievorm | |
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 70 % |
|
Andere: | Programmeeropdrachten en experimenten in netwerklabo |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Scores van individuele opdrachten zijn enkel over te dragen indien geslaagd op de opdracht in kwestie. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Slide sets worden via de website ter beschikking gesteld van de studenten. |
|
|
|
|
|
| master in de industriële wetenschappen: informatica: specialisatie | Keuze | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De master in de industriële wetenschappen informatica kan in eigen professioneel denken en handelen -- met een gepaste ingenieursattitude en met continue aandacht voor de eigen vorming -- adequaat communiceren, effectief samenwerken, en rekening houden met de duurzame, economische, ethische, maatschappelijke en/of internationale context en is zich hierbij bewust van de impact op de omgeving. [people, data literacy and essential software skills] | | - DC
| DC-M8 - kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | | - BC
| Kan op basis van feedback van het onderwijsteam en/of resultaten van experimenten tot een (betere) oplossing komen voor het gegeven probleem. | | - DC
| DC-M9 - kan mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren. (communiceren) | | | - BC
| Kan een rapport en presentatie produceren over bevindingen en dit mondeling toelichten aan het onderwijsteam. | | - DC
| DC-M10 - kan constructief en verantwoordelijk functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | | - BC
| Kan in groep van 2 personen intensief samenwerken om opdrachten tot een goed einde te brengen. | | - DC
| DC-M12 - geeft blijkt van een gepaste ingenieursattitude. (ingenieursattitude) | | | - BC
| Werkt iteratief en met focus op het eindresultaat (werkende oplossing of geïdentificeerd probleem). | - EC
| EC4 - De master in de industriële wetenschappen informatica heeft gevorderde kennis en inzicht in principes en toepassingen van hedendaagse draadloze en mobiele communicatienetwerken, en kan hierin autonoom initiëren, plannen, kritisch analyseren en gefundeerd oplossen met oog voor dataverwerving en implementatie en met behulp van simulatietechnieken of geavanceerde tools. [connected] | | - DC
| DC-M1 - heeft kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang. (kennis bezitten)
| | | - BC
| Kent de basisprincipes van computernetwerkbeveiliging. | | - DC
| DC-M2 - heeft inzicht in de basisbegrippen en methodes. (begrijpen)
| | | - BC
| Kan de basisprincipes van computernetwerkbeveiliging zelfstandig verwerken. | | - DC
| DC-M3 - kan problemen herkennen, activiteiten plannen en actie ondernemen. (initiëren en plannen) | | | - BC
| Kan, gegeven een probleemstelling, een oplossingsmethode uitwerken en deze ook realiseren binnen de gegeven tijd. | | - DC
| DC-M4 - kan informatie opzoeken, meten of verzamelen en correct refereren. (data verwerven)
| | | - BC
| Kan on-line materiaal opzoeken over oplossingsmethoden en deze ook correct aangeven in rapportering. | | - DC
| DC-M5 - kan problemen analyseren, logisch structureren en interpreteren. (analyseren)
| | | - BC
| Kan een complexe probleemsituatie opdelen in deelproblemen en systematisch foutanalyse toepassen. | | - DC
| DC-M6 - kan methodes selecteren en gefundeerde keuzes maken om problemen op te lossen of oplossingen te ontwerpen. (oplossen en ontwerpen)
| | | - BC
| Kan bepalen welke elementen nodig zijn om het gegeven probleem op te lossen en deze op efficiënte wijze inzetten. | | - DC
| DC-M7 - kan geselecteerde methodes en hulpmiddelen aanwenden om oplossingen en ontwerpen te implementeren. (implementeren en operationaliseren)
| | | - BC
| Zet de gevonden oplossingsmethode om in een concrete aanpak. | | - DC
| DC-M8 - kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | | - BC
| Kan op basis van feedback van het onderwijsteam of resultaat van experimenten bijleren en extrapoleren naar nieuwe situaties. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student kan in netwerklabo context experimenten uitvoeren en is vertrouwd met de praktische werkwijze. De student heeft diepgaand inzicht in de verschillende lagen van het TCP/IP netwerkmodel. De student kan een genetwerkt programma implementeren. De student kan een analyse uitvoeren van een netwerktrace m.b.v. software zoals Wireshark.
|
|
|
In dit opleidingsonderdeel wordt de student vertrouwd gemaakt met de beginselen van computernetwerkbeveiliging. De problematiek wordt behandeld vanuit het standpunt van de netwerkbeheerder (o.m. firewalls, attack prevention en fysieke beveiliging) als van de applicatie-ontwikkelaar (o.m. web security en elementen uit cryptografie).
Dit vak leunt op de kennis opgedaan in het opleidingsonderdeel "Network labs, tools and techniques". De meeste elementen uit de cursus worden geïllustreerd aan de hand van labo-opdrachten en zelfstudieopdrachten.
Een indicatief overzicht van de topics :
- Network and application-layer firewalls
- Intrusion detection and prevention systems
- Security incident and event management
- Applied cryptography
- Web security
- Malware and botnets
- Security on the physical and data link layers
- Domain Name System security
- IoT security
Het opleidingsonderdeel bestaat uit hoorcolleges, aangevuld met labosessies die per 2 studenten gerealiseerd worden.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Huiswerktaken ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 70 % |
|
Andere: | Programmeeropdrachten en experimenten in netwerklabo |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Scores van individuele opdrachten zijn enkel over te dragen indien geslaagd op de opdracht in kwestie. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Slide sets worden via de website ter beschikking gesteld van de studenten. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|