Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 3de bachelor in de industriële wetenschappen - elektromechanica- optie automatisering | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
3de bachelor in de industriële wetenschappen - elektromechanica- optie energie | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijke en technologisch toepassingsgerichte kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang van het specifieke domein. (kennis bezitten) | | - DC
| EM 1.4 De student heeft kennis van geautomatiseerde processturingen, meet- en regelsystemen en bijbehorende interfacing. | | | - BC
| De student kent de verschillende onderdelen van een moderne IT-infrastructuur. | | | - BC
| De student kan verschillende manieren benoemen en schetsen om digitale informatie te verkrijgen, te verzenden, op te slaan, en te verwerken. | | | - BC
| De student kent basisbegrippen uit de informatiebeveiliging (bv. authenticatie, authorisatie, encryptie, ...) | - EC
| EC2 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijk en ingenieurstechnisch disciplinegebonden inzicht in de basisbegrippen, methodes, denkkaders en onderlinge relaties van het specifieke domein. (begrijpen) | | - DC
| EM 2.4 De student inzicht in de opbouw en de werking van geautomatiseerde processturingen, meet- en regelsystemen en bijbehorende interfacing. | | | - BC
| De studenten kan de werking van de geziene protocollen en technologieën uitleggen. | | | - BC
| De student kan de afhankelijkheden en interacties tussen de verschillende technologieën en protocollen om informatie te beheren en te beveiligen uitleggen. | - EC
| EC4 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan doelgericht relevante wetenschappelijke en/of technische informatie opzoeken en verzamelen of efficiënt en nauwgezet de benodigde informatie meten en correct refereren. (data verwerven) | | - DC
| 4.2 De student kan op gestructureerde wijze meetresultaten verzamelen. | | | - BC
| De student kan binnen de context van het gegeven probleem de gepaste technieken en protocollen voor data-acquisitie toepassen. | - EC
| EC5 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen analyseren, opsplitsen in deelproblemen, logisch structureren, de randvoorwaarden bepalen en de gegevens op een wetenschappelijke manier interpreteren. (analyseren) | | - DC
| EM 5.1 De student kan de eigenschappen van een meet-, stuur-, controle- en/of visualisatiesproces analyseren. | | | - BC
| De student kan, aan de hand van de voor- en nadelen van de gebruikte technologieën, alternatieve oplossingen voor informatiebeheer en -beveiliging met elkaar vergelijken en tegen elkaar afwegen. | - EC
| EC6 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan adequate oplossingsmethodes selecteren om niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen op te lossen en kan methodologisch te werk gaan in ontwerp en hierin gefundeerde keuzes maken. (oplossen en ontwerpen) | | - DC
| EM 6.1 De student kan een meet-, stuur-, controle- en/of visualisatiesproces ontwerpen. | | | - BC
| De student kan gepaste en beargumenteerde technologische keuzes maken voor het verkrijgen, versturen, verwerken, opslaan en beveiligen van digitale informatie. | - EC
| EC7 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan de geselecteerde methodes en hulpmiddelen innovatief aanwenden om domeinspecifieke oplossingen en ontwerpen planmatig te implementeren met aandacht voor de praktische en economische randvoorwaarden en bedrijfsgebonden implicaties. (implementeren en operationaliseren) | | - DC
| EM 7.1 De student kan het ontwerp voor een meet-, stuur-, controle- en/of visualisatiesproces implementeren met behulp van gepaste soft- en hardwaretools. | | | - BC
| De student kan, gebruik makend van gepaste technologische keuzes, informatie verkrijgen, opslaan, verzenden en verwerken (inclusief visualiseren). | - EC
| EC8 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan (onvolledige) resultaten interpreteren, kan omgaan met onzekerheden en beperkingen en kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | - DC
| 8.2 De student kan kritisch reflecteren met betrekking tot een technisch-wetenschappelijk project. | | | - BC
| De student kan de beperkingen van de gebruikte technologieën voor informatiemanagement benoemen. | | | - BC
| De student kan situaties waar informatieverwerking op een betere manier kan gebeuren identificeren en een alternatief voorstellen en beargumenteren. | - EC
| EC9 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan met vakgenoten mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren over domeingebonden aspecten in een relevante taal en met gebruik van de toepasselijke terminologie. (communiceren) | | - DC
| 9.1 De student kan correct, gestructureerd en gepast schriftelijk communiceren in relevante talen voor zijn vakgebied. | | | - BC
| De student kan de gemaakte technologische keuzes voor informatiebeheer, alsook de bijhorende motivatie, helder overbrengen. | - EC
| EC10 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan op een constructieve en verantwoordelijke wijze functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | - DC
| 10.1 De student heeft oog voor en draagt bij tot het bepalen van de werkwijze die best gevolgd wordt om een gemeenschappelijke opdracht aan te pakken. | | | - BC
| De student maakt samenwerking binnen teams mogelijk door te zorgen voor adequaat versiebeheer en data-opslag. | - EC
| EC11 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan bij het realiseren van een opdracht verantwoord denken en handelen rekening houdend met de maatschappelijke en internationale waarden, relaties en consequenties. (internationaal gericht en maatschappelijk verantwoord handelen) | | - DC
| 11.3 De student heeft inzicht in en houdt rekening met de maatschappelijke relevantie en consequenties in het realiseren van een opdracht. | | | - BC
| De student kan uitleggen wat het belang is van adequate informatiebeveiliging, en kent de belangrijkste mechanismes om dit te bekomen. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student heeft basisprogrammeervaardigheden (bv. met behulp van een eenvoudig Python-programma waarden uitlezen uit een bestand en plotten).
|
|
|
In dit vak maak je kennis met relevante concepten uit de IT-wereld die een rol spelen bij automatisering.
Mogelijke onderwerpen die in dit opleidingsonderdeel behandeld worden zijn:
- Een overzicht van algemene IT-infrastructuurcomponenten en dataverwerking
- Protocollen voor data-acquisitie, netwerken, en data-transmissie (bv. UART, I2C, SPI, Ethernet, TCP/IP, UDP, DNS, HTTP, MQTT, ...)
- Data-opslag en versie-beheer, inclusief cloud-systemen (bv. file systems, backups, git, time series databases, big data storage, ...)
- Data-verwerking en visualisatie (bv. Python, Grafana)
- Informatiebeveiliging (bv. TLS, geëncrypteerde opslag, authenticatie en toegangscontrole, VPN, ...)
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
|
|
|
Demonstraties ✔
|
|
|
Huiswerktaken ✔
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
Verslag ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 3,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Minstens 12/20 behaald |
|
|
|
|
|
|
|
|
Schriftelijk examen | 80 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Minstens 10/20 behaald |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Het studiemateriaal wordt via het elektronisch leerplatform beschikbaar gesteld.
Eigen laptop waarop software-pakketten (nog te bepalen) geïnstalleerd worden. |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|