Onderwijstaal : Nederlands |
Studiepunten: 9,0 | | | Periode: semester 1 (0sp)semester 2 (9sp) | | | 2de Examenkans1: Ja | | | Eindcijfer2: Numeriek |
| Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
|
|
|
Onderzoeksseminarie 1 Regeneratieve Culturen en Structuren (2353)
|
9.0 stptn |
|
|
Adviserende volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
MASTERPROEF. De student stelt zelf een onderzoeksvraag voor de masterscriptie, binnen het door hem/haar gekozen domein (meubel/wonen, scenografie, retail design of herbestemming). Hij/zij kiest daarvoor een promotor, die het hele onderzoeks- en schrijfproces begeleidt. Dit moet resulteren in een wetenschappelijk onderbouwde scriptie als basis voor een omslag naar het masterproject. De masterscriptie en masterproject zijn de twee samenhangende onderdelen van de masterproef. De masterscriptie dient als wetenschappelijke ondersteuning van het masterproject. De student toont hiermee haar/zijn competentie als zelfstandig onderzoekend ontwerper aan.
|
|
|
|
|
|
|
Individueel begeleidingsmoment ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 9,00
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De masterscriptie dient tijdig en volgens de richtlijnen in blackboard worden ingediend. |
|
|
|
Gevolg | Indien de scriptie niet tijdig en/of volgens de richtlijnen van blackboard wordt ingediend kan de student niet deelnemen aan de verdediging van de scriptie. |
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Opmerkingen |
|
Stappenplan en richtlijnen Masterproef Interieurarchitectuur beschikbaar via Blackboard |
|
|
Eindcompetenties master in de interieurarchitectuur
|
- EC
| (Ontwerpend) onderzoeken vanuit intuïtie, experiment, associatief denken, verbeelding en emoties en hierbij blijk geven van een artistiek-exploratieve, beeldende invalshoek. | - EC
| Een ontwerp(proces) overtuigend communiceren aan leken en specialisten, via beeld, geschreven en gesproken woord en gebruik makend van gepaste visualisatietechnieken, zowel digitale als handmatige, op gelaagde, gerichte en beargumenteerde wijze. | - EC
| Kan methoden en theorieën van het ontwerpen van interieurs, in het bijzonder binnen de domeinen meubel/wonen, retail design, scenografie of herbestemming, innovatief inzetten bij het ontwerpen en doelgericht combineren met inzichten uit de humane wetenschappen, exacte wetenschappen en de kunsten. | - EC
| Kan vanuit de complexiteit van het ontwerpen en de ontwerpcontext op zelfstandige wijze precieze en verantwoorde keuzes maken en ontwerpoplossingen ontwikkelen in een multidisciplinaire context en in dialoog met de stakeholders, waarbij de gebruiker steeds centraal staat. De afgestudeerde kan hierbij kritisch reflecteren om zo eigen werk, visie en proces bij te sturen. | - EC
| Kan vanuit een complexe ontwerpvraag, in het bijzonder binnen de domeinen meubel/wonen, retail design, scenografie of herbestemming, zelfstandig een relevant onderzoek (m.i.v. ontwerpend onderzoek) opzetten en uitvoeren, de resultaten ervan integreren in het ontwerpproces, erover reflecteren en rapporteren op wetenschappelijke wijze en resultaten van eigen onderzoek en van anderen kritisch interpreteren. | - EC
| Kennis en inzicht hebben in het werkveld, zowel actueel als historisch, van de interieurarchitectuur, de eigen praktijk in dit kader kunnen situeren en de nieuwste ontwikkelingen binnen dit werkveld kunnen implementeren in de lopende ontwerppraktijk. | - EC
| Zelfstandig onderzoeks- en ontwerpstrategieën inzetten en tactieken uitdenken vanuit de maatschappelijke, historisch bepaalde en internationale context en in functie van een toekomstgerichte visie op het ontwerpen van de interieure ruimte. |
|
|
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
Aangeboden in | Tolerantie3 |
master in de interieurarchitectuur
|
N
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.
|
|