Gezondheidszorgorganisatie en -beleid (2521) |
| Onderwijstaal : Nederlands |
| Studiepunten: 3,0 | | | | | Periode: kwartiel 1 (0sp) + kwartiel 2 (0sp) + semester 2 (3sp) | | | | | 2de Examenkans1: Ja | | | | | Eindcijfer2: Numeriek |
| | | Examencontract: niet mogelijk |
|
Volgtijdelijkheid
|
| |
|
Geen volgtijdelijkheid
|
|
|
De student herkent de structuur van de gezondheidszorg. De student kent de eigen beroepsspecifieke bevoegdheden en dat van andere zorgdisciplines.
|
|
|
|
Ter kadering van de verschillende thema's worden de onderzoeksdomeinen van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (www.kce.be) besproken. De onderdelen van de lessen kunnen grotendeels ingedeeld worden in deze domeinen: 1. Good Clinical Practice 2. Health Technology Assessment 3. Health Services Research 4. Equity and Patient Behaviour. Deel I handelt over het nationaal perspectief met modules over historische ontwikkelingen, regulering gezondheidszorg en professionals, zorgprocessen (klinische paden en geintegreerde zorg), patiëntveiligheid, toegang tot zorg (RIZIV), toegang tot zorg (persoonsvolgende financiering), gezondheidseconomie, gezondheidspromotie en preventie. Deel II handelt over het internationale perspectief met modules over internationale doelstellingen en organisaties omtrent gezondheidszorg, kinesitherapie in de gezondheidszorg (europees perspectief), landvoorbeeld: gezondheidszorg in een LMIC, en kinesitherapie over de grenzen van Europe (ngo). De student gaat ook zelf actief een debat organiseren over een thema in de gezondheidszorg, en volgt de pers omtrent de bovenvermeldde thema's.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
|
|
Discussies /debat ✔
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Paper ✔
|
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
|
Periode 3 Studiepunten 3,00
| Evaluatievorm | |
|
| Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 15 % |
|
| Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
| Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Er werd een score van 10/20 of meer behaald bij deze evaluatie. |
|
|
|
|
|
|
|
|
| Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
| Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
| Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Er werd een score van 10/20 of meer behaald bij deze evaluatie. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
| Voorwaarden | De portfolio wordt volgens de richtlijnen ingediend. Het groepswerk (debat) wordt volgens de richtlijnen uitgevoerd. |
|
|
|
| Gevolg | Indien de portfolio of het groepswerk (debat) niet volgens de richtlijnen wordt volbracht, resulteert dit in een 0 voor dit respectievelijk gedeelte van de permanente evaluatie. Indien de student ongewettigd afwezig is tijdens de presentatie, krijgt de student een '0' voor dit deel. Indien de student gewettigd afwezig is tijdens de presentatie, wordt een vervangopdracht voorzien. Indien het groepswerk (portfolio, presentatie/debat) niet volgens de richtlijnen wordt volbracht, resulteert dit in een 0 voor dit respectievelijk gedeelte van de permanente evaluatie. Indien de student ongewettigd afwezig ais tijdens de presentatie, krijgt de student een '0' voor dit deel. Indien de student gewettigd afwezig is tijdens de presentatie, wordt een vervangopdracht voorzien. |
|
|
|
| Extra info | Als de student een onvoldoende behaalt op 1 onderdeel van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 0,5 punt (op 20) afgetrokken. Als de student een onvoldoende behaalt op 2 of meer onderdelen van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 1,5 punt (op 20) afgetrokken. Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. Bij het groepswerk wordt voldoende inbreng van elke student verwacht. De peer evaluatie gebeurt via Buddycheck programma op blackboard. De factor dit door dit programma wordt berekend, wordt vermenigvuldigd met de score van het groepswerk, voor iedere student. Als de student een onvoldoende behaalt op 1 onderdeel van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 0,5 punt (op 20) afgetrokken. Als de student een onvoldoende behaalt op 2 of meer onderdelen van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 1,5 punt (op 20) afgetrokken. Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. De compensatieregel wordt toegepast ongeacht de proportie van de betrokken onderdelen. |
|
Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
| Toelichting evaluatievorm | De schriftelijke en mondelinge evaluatie (opdracht) tijdens de
onderwijsperiode wordt individueel in plaats in groep uitgevoerd. Er kan
gebruik gemaakt worden van de opdracht die tijdens de onderwijsperiode
werd voorbereid. |
|
|
|
|
|
| Verplicht studiemateriaal |
| |
online leerpaden in Sofia |
|
|
| Aanbevolen literatuur |
| |
Gezondheidseconomie voor niet-economen,Lieven Annemans,Pelckmans Pro,9789463371148,Niet verplicht, wel erg duidelijk handboek voor de les over gezondheidseconomie |
|
|
Eindcompetenties Educatieve master in de gezondheidswetenschappen
|
- EC
| 5.1 De educatieve master is een domeinexpert GZW: de EM heeft inzicht in de bouw en het functioneren van het menselijk lichaam in ziekte en gezondheid (op moleculair, cellulair, orgaan- en organisme-niveau). | - EC
| 5.2. De educatieve master is een domeinexpert GZW: de EM heeft inzicht in de organisatie van de gezondheidszorg, de beleids- en ethische aspecten van de gezondheidszorg en de interactie tussen de verschillende stakeholders. | - EC
| 5.3 De educatieve master is een domeinexpert GZW: de EM heeft inzicht in de gezondheidsprincipes, het ontstaan van leefstijlgerelateerde aandoeningen en het huidige preventief gezondheidsbeleid. |
|
|
|
master in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie
|
- EC
| EC 05. De master in revalidatiewetenschappen en kinesitherapie kan rekening houden met de verschillende stakeholders en kan zich organiseren binnen de kinesitherapeutisch administratieve en economische context van de gezondheidszorg. | - EC
| EC 08. De master in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie heeft inzicht in en kan kritisch reflecteren over de organisatie en beleidsaspecten van de gezondheidszorg, in nationaal en internationaal perspectief. | - EC
| EC 09. De master in revalidatiewetenschappen en kinesitherapie kan een kritische synthese maken van internationale wetenschappelijke en vakliteratuur met impact op het evidence-based handelen. |
|
|
|
Master in de ergotherapeutische wetenschap
|
- EC
| MM3 - Algemene preventie- en gezondheidsmaatregelen ontwikkelen en advies verlenen in functie van het (politieke) beleid en de wetgeving. | - EC
| MM4 - Beleidsontwikkelingen kaderen binnen een nationaal en internationaal kader. |
|
|
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
| Aangeboden in | Tolerantie3 |
|
1ste master in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie
|
J
|
|
Educatieve master in de gezondheidswetenschappen jaar 1
|
J
|
|
Master in de ergotherapeutische wetenschap
|
J
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
| 2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.
|
|