• De student herkent en begrijpt de basisbeginselen van het fiscaal recht, en meer in het bijzonder noties van de vennootschapsbelasting.
• De student kan deze basisbeginselen ook toelichten en toepassen.

Het betreft een overgangscurriculum. Er worden standaard geen contactmomenten voorzien. De student dient enkel deel te nemen aan de evaluatie.

Dit opleidingsonderdeel bespreekt het fiscaal recht waarmee een onderneming in aanraking komt.
In de werkzittingen ligt de nadruk op de praktische vaardigheden (invullen fiscale aangifte VennB, oefeningen over internationale fiscaliteit en de fiscale procedure).
In de HC's komt ten eerste de Belgische vennootschapsbelasting aan bod, waarbij de student kennis maakt met de regels inzake de heffing van de vennootschapsbelasting (samenstelling belastbare grondslag, tarieven, ...). Dit onderdeel dient voornamelijk als voorbereiding op de vaardigheid om een aangifte VennB te kunnen invullen.
Vervolgens komt het internationaal fiscaal recht ruim aan bod (OESO-Modelverdrag, vermijden van internationale dubbele belasting, het BEPS actieplan, etc.). Hierbij wordt in de werkzittingen ook de link gemaakt met de Belgische vennootschapsbelasting.
Tot slot wordt aandacht besteed aan de fiscale procedure (de aangifte, het aanslagbiljet, onderzoeksmogelijkheden, administratieve bezwaarprocedure, gerechtelijke geschillenbeslechting).