De elektronische studiegids voor het academiejaar 2025 - 2026 is onder voorbehoud.





Geestelijke gezondheid (4704)

  
Coördinerend verantwoordelijke :Prof. dr. Hanne KINDERMANS 
  
Co-titularis :Prof. dr. Wim PINXTEN 
  
Met medewerking van :dr. Evelien HOUBEN 
 dr. ir. Quirine SWENNEN 
  
Lid van het onderwijsteam :Mevrouw Hanne VAN ERUM 
 Mevrouw Kaatje VERSTRAETEN 
 Mevrouw Karen VAN DEN BROECK 
 dr. Paul HEEFFER 
 Mevrouw Sandra SEELEN 
 Mevrouw Sofie VANSTRAELEN 


Onderwijstaal : Nederlands


Studiepunten: 3,0
  
Periode: kwartiel 1 (0sp) + kwartiel 2 (3sp)
  
2de Examenkans1: Ja
  
Eindcijfer2: Numeriek
 
Examencontract: niet mogelijk


 
Volgtijdelijkheid
 
   Adviserende volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
 
 
  Volgende opleidingsonderdelen worden geadviseerd ook opgenomen te zijn in uw studieprogramma tot op heden.
    Medische psychologie (4596) 4.0 stptn
    Zorg en gezondheid (4595) 3.0 stptn
 

Begincompetenties

Zie doelstellingen/inhoud van de OPO's:

  • Zorg en gezondheid
  • Medische psychologie


Inhoud
  1. De student(e) kent het klinisch beeld van de meest voorkomende psychiatrische aandoeningen alsook de diagnostiek, screening en behandeling.
  2. De student(e) kent de kenmerken en behandeling van somatisch onverklaarde lichamelijke klachten.
  3. De student(e) ontwikkelt inzicht in de impact van het leven met een psychiatrische aandoening.
  4. De student(e) begrijpt de sociale impact van een psychiatrische aandoening.
  5. De student(e) kent de belangrijkste stromingen binnen de psychologie/psychiatrie en de vormen van psychotherapeutische interventies die hieruit voortvloeien.
  6. De student(e) ontwikkelt inzicht in de positie van psychotherapeutische interventies in de medische context.
  7. De student(e) is bekend met het zorglandschap van de geestelijke gezondheidszorg.
  8. De student(e) is vertrouwd met de problematiek van onvrijwillige behandeling en kent de gerelateerde ethische aandachtspunten en wettelijke regelingen.


Organisatie- / Werkvormen
Organisatievormen  
Hoorcollege  
Werkzittingen  
Zelfstudieopdracht (ZSO)  


Evaluatie

Periode 2    Studiepunten 3,00

Evaluatievorm
Schriftelijk examen100 %
Open vragen

Tweede examenkans

Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans
Neen
 

Eerder aangekochte verplichte handboeken
 

Handboek 1:

Psychology for Medicine & Healthcare, S. Ayers & R. de Visser, Sage Publications Ltd.

 

Verplicht studiemateriaal
 

Studiemateriaal wordt beschikbaar gesteld via Blackboard



Eindcompetenties
bachelor in de geneeskunde
  •  EC 
  • EC01 De bachelor in de geneeskunde heeft kennis van en inzicht in de werking van de cel, de weefsels, de organen en de mens an sich, in normale en pathologische toestand, in interactie met de omgeving. De bachelor kan in preklinische fase klinisch redeneren aan de hand van de aangeleerde kennis.
     
  •  DC 
  • DC1.1 De bachelor in de geneeskunde heeft kennis van en inzicht in de invloed van de biopsychosociale aspecten van de gezondheid.
     
  •  DC 
  • DC1.4 De bachelor in de geneeskunde heeft kennis en inzicht over hoe geslacht, leeftijd, levensfase en biologische processen een invloed hebben op gezondheid, ziekte en passende zorg, en welke invloed psychosociale aspecten hierop kunnen hebben.
     
  •  DC 
  • DC1.6 De bachelor in de geneeskunde is vertrouwd met de principes van evidence based medicine en kan de passende richtlijnen opzoeken, kritisch beoordelen en gebruiken.
  •  EC 
  • EC03 De bachelor in de geneeskunde integreert de rollen medisch expert, communicator, teamspeler, manager, gezondheidspromotor, wetenschapper en professional.
  •  EC 
  • EC07 De bachelor in de geneeskunde kan het eigen werk effectief en efficiënt organiseren.
     
  •  DC 
  • DC7.1 De bachelor in de geneeskunde maakt een realistische planning en respecteert deadlines.
     
  •  DC 
  • DC7.2 De bachelor in de geneeskunde toont een gepast niveau van zelfstandig probleemoplossend gedrag.
  •  EC 
  • EC08 De bachelor in de geneeskunde heeft inzicht in de organisatie van de gezondheidszorg en de factoren die de kwaliteit van zorg beïnvloeden.
     
  •  DC 
  • DC8.1 De bachelor in de geneeskunde heeft basiskennis van de organisatie van de gezondheidszorg.
     
  •  DC 
  • DC8.2 De bachelor in de geneeskunde stelt de patiënt centraal in het denken over de organisatie en de versterking van de zorg.
     
  •  DC 
  • DC8.3 De bachelor in de geneeskunde heeft inzicht in de wettelijke regelingen die invloed hebben op de klinische praktijk.
     
  •  DC 
  • DC8.4 De bachelor in de geneeskunde kent en herkent de elementen die van belang zijn voor patiëntveiligheid en past deze toe in praktijkgerelateerde situaties.
  •  EC 
  • EC09 De bachelor in de geneeskunde heeft inzicht in de principes en processen van ziektepreventie, gezondheidspromotie en gedragsverandering en past deze toe in zijn/haar omgeving.
     
  •  DC 
  • DC9.1 De bachelor in de geneeskunde kent de individuele en collectieve determinanten van gezondheidsgerelateerd en hulpzoekend gedrag.
     
  •  DC 
  • DC9.2 De bachelor in de geneeskunde is vertrouwd met specifieke thema's in de gezondheidsbevordering, waaronder volksgezondheid, leefstijlgerelateerde gezondheidsrisico's en gezondheidszorg voor kwetsbare groepen.
  •  EC 
  • EC10 De bachelor in de geneeskunde heeft aandacht voor de sociale, levensbeschouwelijke, economische, culturele en etnische aspecten die van belang zijn in de zorg en draagt zo bij tot een versterking van de inclusiviteit en gelijkheid in de zorg.
  •  EC 
  • EC13 De bachelor in de geneeskunde heeft een attitude van levenslang leren met een persoonlijke leerstrategie.
     
  •  DC 
  • DC13.2 De bachelor in de geneeskunde gebruikt examenresultaten en feedback van docenten, begeleiders, coaches en medestudenten om zijn/haar eigen ontwikkeling kritisch te beschouwen en bevorderen.
  •  EC 
  • EC14 De bachelor in de geneeskunde kan het eigen functioneren kritisch evalueren.
     
  •  DC 
  • DC14.3 De bachelor in de geneeskunde kan zichzelf positioneren ten aanzien van ethische dilemma's en hierbij de eigen standpunten en emoties situeren ten aanzien van de belangen van de patiënt, de doelstellingen van de gezondheidszorg, en de geldende ethische en juridische standaarden.
     
  •  DC 
  • DC14.5 De bachelor in de geneeskunde vertoont passend professioneel gedrag in diverse situaties.
  •  EC 
  • EC15 De bachelor in de geneeskunde is in staat ethische problemen te herkennen, analyseren en een gepaste aanpak voor deze problemen in de praktijk te brengen.
     
  •  DC 
  • DC15.1 De bachelor in de geneeskunde herkent medisch-ethische problemen in theorie en praktijk.
     
  •  DC 
  • DC15.2 De bachelor in de geneeskunde kan een gepaste aanpak voor ethische dilemma's formuleren, tegen de achtergrond van bestaande literatuur, richtlijnen en regelgeving.
     
  •  DC 
  • DC15.3 De bachelor in de geneeskunde heeft kennis van en respecteert de ethische en juridische standaarden die binnen het domein van de gezondheidszorg en het wetenschappelijk onderzoek gelden.
     
  •  DC 
  • DC15.4 De bachelor in de geneeskunde gaat respectvol om met socio-culturele diversiteit.
 

  EC = eindcompetenties      DC = deelcompetenties      BC = beoordelingscriteria  
Aangeboden inTolerantie3
2de bachelorjaar in de geneeskunde J



1   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2.
2   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
3   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.