De elektronische studiegids voor het academiejaar 2025 - 2026 is onder voorbehoud.





Europese samenleving en cultuur (4868)

  
Coördinerend verantwoordelijke :Prof. dr. Bastiaan REDERT 


Onderwijstaal : Nederlands


Studiepunten: 3,0
  
Periode: kwartiel 1 (3sp)
  
2de Examenkans1: Ja
  
Eindcijfer2: Numeriek
 
Examencontract: niet mogelijk


 
Volgtijdelijkheid
 
   Geen volgtijdelijkheid

Begincompetenties

- De student heeft rudimentaire kennis over politieke systemen en Europese politiek.

- De student kan op een effectieve manier wetenschappelijke literatuur opzoeken.



Inhoud

Het opleidingsonderdeel biedt een overzicht van de sociale, politieke en culturele integratie op het Europese continent. Er wordt aandacht besteed aan het Europese integratieproces, en het Europees besluitvormingsproces. Hierbij is er een focus op het functioneren van de belangrijkste instellingen en politieke actoren in het Europese besluitvormingsproces, en wordt er ingegaan op een aantal specifieke beleidsdomeinen en -initiatieven van de Europese Unie. 



Organisatie- / Werkvormen
Organisatievormen  
Casussessie  
Hoorcollege  
Werkvormen  
Casestudy  
Discussies /debat  
Groepswerk  
Huiswerktaken  
Oefeningen  
Rollenspel (simulatie)  


Evaluatie

Periode 1    Studiepunten 3,00

Evaluatievorm
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode15 %
Paper
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode10 %
Presentatie
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode5 %
Behoud van deelcijfer in academiejaar
Schriftelijk examen70 %
Open vragen
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen)
VoorwaardenEen student moet minimum een 10/20 behalen op elke deelevaluatie om te kunnen slagen op het opleidingsonderdeel. Onder deelevaluaties verstaan we 1) het geheel van evaluaties tijdens de onderwijsperiode en 2) de evaluatie tijdens de examenperiode. Eventuele resultaten op aanwezigheid of voorbereiding tellen mee als deel van de evaluaties tijdens de onderwijsperiode.
GevolgEen student die op één (of beide) deelevaluaties een lager cijfer dan 10/20 behaalt, krijgt als cijfer het rekenkundig gemiddelde, met een maximum van 9/20 voor het opleidingsonderdeel.
Extra info

Voorbereiding van de casussessies telt mee voor 5% van het eindresultaat.

 


Tweede examenkans

Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans
Ja
Toelichting evaluatievorm De evaluatievorm tijdens de tweede examenkans bestaat uit een gesloten boekexamen met open vragen en een eventuele vervangopdracht. Het resultaat van de evaluatieopdrachten van de onderwijsperiode kan niet worden overgedragen naar de tweede examenkans. Er is geen tweede examenkans voor het onderdeel ‘voorbereiding’.
 

Verplichte handboeken (boekhandel)
 

Handboek 1:

De Bestuurlijke Kaart van de Europese Unie, Anna van der Vleuten, 6e druk, uitgeverij Coutinho

ISBN: 9789046908570

 

Verplicht studiemateriaal
 

Bijkomende teksten en studiemateriaal worden via het leerplatform bekend gemaakt.



Eindcompetenties
bachelor in de sociale wetenschappen
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van en inzicht in basisbegrippen, onderzoekstradities en theoretische stromingen omtrent ‘grand challenges’, in het bijzonder op vlak van digitalisering, diversiteit en/of democratie op lokaal, regionaal, nationaal, Europees en globaal niveau.

     
  •  DC 
  • De student heeft inzicht verworven in de uitdagingen op het vlak van diversiteit en democratie voor de Europese Unie als politiek systeem.
      
  •  BC 
  • De student begrijpt de verschillende aspecten concept van 'democratisch deficit' van de Europese Unie en kan dit in verband brengen met de verschillende Europese besluitvormingsmethodes en de rol van de verschillende EU instellingen.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van maatschappelijke structuren, processen, vraagstukken en technologieën, die vorm geven aan de rol en het functioneren van publieke en private organisaties, beleidsnetwerken, media en sociale bewegingen.

     
  •  DC 
  • De student heeft kennis verworven over de samenstelling en organisatie van de belangrijkste EU-instellingen, de relevante actoren van de Europese besluitvorming, en de Europese beleidsdomeinen.
      
  •  BC 
  • De student kent de samenstelling en interne organisatie van de belangrijkste EU-instellingen en welke rol deze spelen in de Europese besluitvorming. De student heeft inzicht in (de implicaties van) de verschillende Europese besluitvormingsmethodes.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft inzicht in de onderlinge relatie van de belangrijkste theoretische stromingen, basisbegrippen, onderzoekstradities en historische ontwikkelingen binnen en tussen de vakgebieden van sociologie, bestuurkunde en communicatiewetenschappen, alsook in verhouding tot vakgebieden binnen en buiten de sociale wetenschappen (interdisciplinariteit).

     
  •  DC 
  • De student heeft de analytische capaciteit om Europa en de Europese Unie te onderscheiden als historische entititeit, als geografische entiteit en als politieke entiteit, en kan de Europese integratie en Europese besluitvorming in een globale context kaderen.
      
  •  BC 
  • De student kent de belangrijkste momenten uit en verklaringen voor de Europese integratiegeschiedenis, heeft inzicht in de versc heidene sociologische en economische samenstelling van Europa, en kan de EU in vergelijkend perspectief plaatsen met anderesame nwerkingsverbanden (binnen en naast de Europese Unie).
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van de belangrijkste theoretische stromingen, basisbegrippen, onderzoekstradities en historische ontwikkelingen binnen het domein van de sociale wetenschappen en kan deze duiden vanuit een sociaal-wetenschappelijk multidisciplinair perspectief.

     
  •  DC 
  • De student heeft kennis en inzicht verworven in de Europese integratietheorieën, en in de problematiek van de definities en conceptualisering van de Europese Unie als politiek systeem.
      
  •  BC 
  • De student kan de verschillende EU integratietheorieën en de verschillende conceptualiseringen van de EU als politiek systeem (bv. staat, internationale organisatie, (con)federatie, sui generis organisatie) uitleggen, vergelijken en toepassen.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen is zich bewust van haar/zijn rol als sociale wetenschapper en eigen positie binnen een meerlagige, diverse samenleving.

     
  •  DC 
  • De student is in staat om een kritische houding te hanteren ten aanzien van wetenschappelijke en niet-wetenschappelijke analyses van de Europese besluitvorming, en heeft inzicht in het onderscheid en de spanning tussen de theorie en praktijk van het Europese integratieproces en de Europese besluitvorming.
      
  •  BC 
  • De student kan met de nodige zelfreflectie en kritische houding de leerstof en eigen bronnenmateriaal benaderen. De student kan zelfstandig gepaste primaire en secundaire bronnen opzoeken, kritisch analyseren en verwerken.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan mondeling, schriftelijk en visueel rapporteren over wetenschappelijk onderzoek op een onderbouwde, coherente en overtuigende wijze.

     
  •  DC 
  • De student is in staat om informatie over Europa en de Europese Unie samen te brengen, te verwerken en hierover te reflecteren in mondelinge en schriftelijke opdrachten.
      
  •  BC 
  • De student gebruikt relevante primaire en secundaire bronnen over de EU en kan deze op een analytische en kritische manier verwerken.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan relevante bronnen en literatuur omtrent een welbepaald sociaalwetenschappelijke vraagstuk identificeren, verzamelen en kritisch verwerken in een theoretisch conceptueel kader.

     
  •  DC 
  • De student is in staat om primaire en secundaire bronnen over het Europese integratieproces en de Europese besluitvorming te verzamelen en kritisch te analyseren.
      
  •  BC 
  • De student gebruikt relevante primaire en secundaire bronnen over de EU en kan deze op een analytische en kritische manier verwerken.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan wetenschappelijke informatie op een effectieve manier delen en samen met anderen naar een resultaat toewerken. Daarvoor beschikt zij/hij over de vaardigheden om op een correcte, gestructureerde, toegankelijke en overtuigende manier te communiceren. Zij/hij is ook in staat om vlot en constructief met anderen samen te werken in een multidisciplinair en divers team.

     
  •  DC 
  • De student is in staat om zich correct en duidelijk uit te drukken en de concepten en theorieën die eigen zijn aan de studie van Europese integratie en Europese besluitvorming correct toe te passen in samenwerking met anderen.
      
  •  BC 
  • De student toont voldoende inzet in de samenwerking met anderen. De student werkt constructief en oplossingsgericht samen met anderen.
 

  EC = eindcompetenties      DC = deelcompetenties      BC = beoordelingscriteria  
Aangeboden inTolerantie3
2de bachelorjaar in de sociale wetenschappen J
exchange sociale wetenschappen J



1   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2.
2   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
3   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.