De elektronische studiegids voor het academiejaar 2025 - 2026 is onder voorbehoud.





Mensenrechten (4881)

  
Coördinerend verantwoordelijke :Prof. dr. Matthias VANHULLEBUSCH 
  
Lid van het onderwijsteam :Mevrouw Marie-Laure LUYKX 
  Simon INDESTEEGE 


Onderwijstaal : Nederlands


Studiepunten: 6,0
  
Periode: semester 2 (6sp)
  
2de Examenkans1: Ja
  
Eindcijfer2: Numeriek
 
Examencontract: niet mogelijk


 
Volgtijdelijkheid
 
   Geen volgtijdelijkheid
   Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
 
 

Begincompetenties

De student is in staat om een juridisch advies te formuleren over actuele vraagstukken en fictieve casussen.

De student heeft juridische voorkennis over het vak Algemene Beginselen van het Recht (BA1).

De student is in staat groepswerk uit te voeren voor een schriftelijke paper en presentatie over een opgelegde onderzoeksvraag.



Inhoud

Bronnen van de Mensenrechten

Discriminatie + Gender

Religie

Migratie

Justitie

Repressie

D igitale Transitie

Groene Transitie



Organisatie- / Werkvormen
Organisatievormen  
Casussessie  
Hoorcollege  
Werkvormen  
Casestudy  
Discussies /debat  
Groepswerk  
Oefeningen  
Presentatie  


Evaluatie

Periode 3    Studiepunten 6,00

Evaluatievorm
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode20 %
Behoud van deelcijfer in academiejaar
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaardeelcijfer groepsonderzoekspaper blijft behouden voor tweede examenkans
Paper
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode30 %
Behoud van deelcijfer in academiejaar
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaardeelcijfer groepspresentatie blijft behouden voor tweede examenkans
Presentatie
Schriftelijk examen50 %
Open vragen
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen)
VoorwaardenEen student moet minimum een 10/20 behalen op elke deelevaluatie om te kunnen slagen op het opleidingsonderdeel. Onder deelevaluaties verstaan we 1) het geheel van evaluaties tijdens de onderwijsperiode en 2) de evaluatie tijdens de examenperiode. Eventuele resultaten op aanwezigheid of voorbereiding tellen mee als deel van de evaluaties tijdens de onderwijsperiode.
GevolgEen student die op één (of beide) deelevaluaties een lager cijfer dan 10/20 behaalt, krijgt als cijfer het rekenkundig gemiddelde, met een maximum van 9/20 voor het vak.
Extra infoDe groepspaper wordt tijdens de respectievelijk casussessie door 1 lid van de groep voorgedragen die willekeurig wordt aangeduid. Het is hier van belang dat ieder lid van de groep de materie beheerst en op de vragen kan antwoorden. De score van de groepspaper en mondelinge presentatie geldt voor alle leden van de groep.

Tweede examenkans

Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans
Neen
 

Opmerkingen
 

Het studiemateriaal wordt via Blackboard ter beschikking gesteld.



Eindcompetenties
bachelor in de sociale wetenschappen
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van de belangrijkste theoretische stromingen, basisbegrippen, onderzoekstradities en historische ontwikkelingen binnen het domein van de sociale wetenschappen en kan deze duiden vanuit een sociaal-wetenschappelijk multidisciplinair perspectief.

     
  •  DC 
  • De student kan in groep een multidisciplinair onderzoek voeren, waarbij pertinente verbanden worden gelegd tussen het recht van de mensenrechten en de maatschappelijke uitdagingen die worden bestudeerd in de specialisatie Sociologie, op het vlak van diversiteit en/of het waarborgen van sociaaleconomische rechten.
      
  •  BC 
  • De student legt bij het rapporteren over in groep uitgevoerd onderzoek op heldere wijze uiteen hoe de groep tijdens het onderzoe k verbanden heeft gelegd tussen twee disciplines: het recht en sociale wetenschappen.
     
  •  DC 
  • De student kan, met verwijzing naar pertinente en actuele voorbeelden, centrale begrippen en beginselen van het recht van de mensenrechten op correcte en duidelijke wijze uitleggen.
      
  •  BC 
  • De student legt centrale begrippen en beginselen van het recht van de mensenrechten correct en duidelijk uit.

    De studen t verwijst bij het uitleggen van centrale begrippen en beginselen van het recht van de mensenrechten naar pertinente enactuele voorbeelden.
     
  •  DC 
  • De student kan, met verwijzing naar pertinente en actuele voorbeelden, uitleggen hoe maatschappelijke uitdagingen en problemen worden aangepakt of opgelost onder het recht van de mensenrechten.
      
  •  BC 
  • De student legt uit hoe het recht van de mensenrechten maatschappelijke uitdagingen of problemen aanpakt of oplost.

    De student verwijst naar pertinente en actuele voorbeelden bij het uitleggen van de wijze waarop het recht van de mensenrechtenmaa tschappelijke uitdagingen of problemen aanpakt of oplost.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen houdt rekening met sociale en ethische normen in het eigen denken en handelen, op basis van een open, integere en kritische wetenschappelijke houding en een maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef.

     
  •  DC 
  • De student kan op respectvolle wijze in debat gaan over actuele maatschappelijke vraagstukken, met correct en overtuigend gebruik van begrippen en beginselen uit het mensenrechtelijk kader en de omringende literatuur.
      
  •  BC 
  • De student draagt tijdens casussessies en hoorcolleges actief bij aan het debat over actuele maatschappelijke vraagstukken.

    De student draagt op respectvolle wijze bij aan het debat, naar zowel de medestudenten toe als de (groepen van) personenof stakeholders die aan bod komen in het debat.

    De student onderbouwt het eigen standpunt tijdens het debat door middel v an correct en overtuigend gebruik van begrippen en beginselen uit het mensenrechtelijk kader en de omringende literatuur.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan mondeling, schriftelijk en visueel rapporteren over wetenschappelijk onderzoek op een onderbouwde, coherente en overtuigende wijze.

     
  •  DC 
  • De student kan op duidelijke en wetenschappelijk verantwoorde wijze rapporteren over in groep uitgevoerd onderzoek over een actueel mensenrechtelijk vraagstuk of uitdaging.
      
  •  BC 
  • De student rapporteert op duidelijke wijze over in groep uitgevoerd onderzoek over een actueel mensenrechtelijk vraagstuk of uit daging.

    De student hanteert academisch taalgebruik bij het rapporteren over in groep uitgevoerdonderzoek.

    De student maakt bij het uitvoeren van het onderzoek wetenschappelijk verantwoorde keuzes en legt deze keuzes op heldere wijze uit indien ernaar wordt gevraagd tijdens de presentatie van het onderzoek.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan probleemoplossend, zelfsturend en innovatief denken en handelen, op basis van kritisch reflecteren over het eigen leerproces.

     
  •  DC 
  • De student kan relatief eenvoudige casussen over actuele mensenrechtenkwesties oplossen, met correct en overtuigend gebruik van de toepasselijke mensenrechtelijke kaders en beginselen.
      
  •  BC 
  • De student identificeert op correcte wijze de mogelijke mensenrechtenschendingen in concrete casussen.

    De student stelt oplossingen voor in casussen over actuele mensenrechtenkwesties.

    De student maakt bij het oplossen van casussen opcor recte en overtuigende wijze gebruik van de toepasselijke mensenrechtelijke kaders en beginselen.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan wetenschappelijke informatie op een effectieve manier delen en samen met anderen naar een resultaat toewerken. Daarvoor beschikt zij/hij over de vaardigheden om op een correcte, gestructureerde, toegankelijke en overtuigende manier te communiceren. Zij/hij is ook in staat om vlot en constructief met anderen samen te werken in een multidisciplinair en divers team.

     
  •  DC 
  • De student kan op effectieve en constructieve wijze samenwerken in groep bij het uitvoeren van onderzoek over een actueel mensenrechtelijk vraagstuk of uitdaging.
      
  •  BC 
  • De student werkt op effectieve en constructieve wijze samen met anderen om tot een gedragen groepswerk te komen.
 

  EC = eindcompetenties      DC = deelcompetenties      BC = beoordelingscriteria  
Aangeboden inTolerantie3
2 ba major Sociologie (diversiteit) met minor Bestuurskunde (democratie) J
2 ba major Sociologie (diversiteit) met minor Communicatiewetenschappen (digitalisering) J



1   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2.
2   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
3   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.