De elektronische studiegids voor het academiejaar 2025 - 2026 is onder voorbehoud.





Stage: Community service learning (4979)

  
Coördinerend verantwoordelijke :Prof. dr. Jan BOON 
  
Lid van het onderwijsteam :Prof. dr. Cato WAETERLOOS 
 Prof. dr. Dounia BOURABAIN 
 Prof. dr. Itamar SHACHAR 
 Prof. dr. Jo PIERSON 
 Prof. dr. Julien VRYDAGH 
 Prof. dr. Patrizia ZANONI 
 Prof. dr. Sofie HENNAU 
 Prof. dr. Stephanie KOZIEJ 
 Prof. dr. Tom DE LEYN 


Onderwijstaal : Nederlands


Studiepunten: 6,0
  
Periode: semester 1 (0sp)semester 2 (6sp)
  
2de Examenkans1: Ja
  
Eindcijfer2: Numeriek
 
Examencontract: niet mogelijk


 
Volgtijdelijkheid
 
   Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
 
 
  Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma in een voorgaande onderwijsperiode.
    Communicatiewetenschappen II (4875) 6.0 stptn
    Grand Challenges: Actuele maatschappelijke ontwikkelingen II (4872) 6.0 stptn
 

Begincompetenties

In dit opleidingsonderdeel worden de kennis en vaardigheden die werden opgebouwd doorheen het curriculum van de bacheloropleiding sociale wetenschappen in de praktijk gebracht.
Daarnaast dient de student ook voldoende inzicht en kennis te hebben over de gekozen domeinspecifieke onderdelen van de bachelor sociale wetenschappen. Zie volgtijdelijkheidsvoorwaarden.



Inhoud

Een stage is een vorm van werkplekleren waarbij de student beroepsgerichte kennis, vaardigheden en attitudes geïntegreerd toepast binnen een reële arbeidssituatie onder supervisie van een stagementor en een verantwoordelijk universitair staflid (stagebegeleider). Studenten lopen 20 voltijdse dagen stage.

Aansluitend bij de filosofie van UHasselt als civic university ambieert de bacheloropleiding in de sociale wetenschappen impact te genereren op de haar omliggende omgeving. De ‘grand challenges’ die centraal staan in de opleiding manifesteren zich immers sterk - maar niet uitsluitend - in de omliggende regio. Ook inzake de vormgeving, inhoud en aanpak van het onderwijs wordt expliciet gekozen voor een sterke interactie met de samenleving.

Studenten zetten hun academische vaardigheden en theoretische kennis in voor een maatschappelijk engagement en dragen bij aan een oplossing voor een bepaald maatschappelijk probleem. Het doel van deze service learning is tweeledig: studenten kunnen enerzijds voorbereid worden op hun latere carrières, anderzijds scheppen we de mogelijkheid om de universiteit en de gemeenschap dichter bij elkaar te brengen.

Concreet zullen de studenten doorheen het derde bachelorjaar een stage opnemen. Gedurende de stage passen de studenten theoretische inzichten toe tijdens een concreet maatschappelijk engagement. Het project of de dienstverlening die de student tijdens de stage uitvoert, dan wel aanbiedt, biedt een antwoord op reële noden binnen de samenleving.





Organisatie- / Werkvormen
Organisatievormen  
Hoorcollege  
Stage  


Evaluatie

Periode 2    Studiepunten 6,00

Evaluatievorm
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode20 %
Behoud van deelcijfer in academiejaar
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaarEvaluatie van het stageproces d.i. administratief proces stage en functioneren op stageplaats niet kan herkanst worden in de tweede zittijd.
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode80 %
Andere:Stageverslag bestaande uit adviesnota (50%) en reflectieverslag (20%) én Poster met mondelinge toelichting (10%)
Behoud van deelcijfer in academiejaar
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaarHet cijfer van de poster(presentatie) blijft behouden in de tweede zittijd, dit kan niet herkanst worden. Behaalt een student een cijfer <10/20 op het OPO Stage, dan herneemt de student beide producten adviesnota én reflectieverslag van het stageverslag in de tweede zittijd. Het cijfer van de poster(presentatie) blijft behouden in de tweede zittijd, dit kan niet herkanst worden.
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen)
Voorwaarden1) behaalt een student een cijfer ≥10/20 op het OPO Stage 2) behaalt een student een cijfer <10/20 op het OPO Stage
Gevolg1) dan is deze student geslaagd, ongeacht de deelcijfers op product/proces. 2) dan herneemt de student beide producten adviesnota én reflectieverslag in de tweede zittijd; het cijfer van de procesevaluatie blijft behouden en ook het cijfer van de poster met mondelinge toelichting blijft behouden in de tweede zittijd.

Tweede examenkans

Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans
Ja
Toelichting evaluatievorm Het OPO Stage is niet tolereerbaar. Behaalt een student een cijfer <10/20 op het OPO Stage, dan herneemt de student beide producten (stageverslag) adviesnota én reflectieverslag in de tweede zittijd; het cijfer van de procesevaluatie blijft behouden en ook het cijfer van de poster met mondelinge toelichting blijft behouden in de tweede zittijd.
 

Opmerkingen
 

Geen handboek of reader. Alle informatie zal worden beschikbaar gesteld via Blackboard.



Eindcompetenties
bachelor in de sociale wetenschappen
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft inzicht in en houdt rekening met de veelzijdige beïnvloedende factoren en de belanghebbende partijen (stakeholders), alsook met de maatschappelijke relevantie, duurzaamheid en impact van het realiseren van een opdracht.

     
  •  DC 
  • De student heeft inzicht in de belangrijkste stakeholders die betrokken zijn in economische vraagstukken, de belangen die zij vertegenwoordigen, alsook de impact die hun economische positie heeft op de maatschappij.
     
  •  DC 
  • De student heeft inzicht in de maatschappelijke relevantie, duurzaamheid en impact van de standpunten van stakeholders aangaande grand challenges in gerelateerde casussen.
     
  •  DC 
  • De student heeft inzicht in de stakeholders in vraagstukken omtrent arbeid en organisatie alsook de maatschappelijke relevantie en de impact van hun standpunten met aandacht voor duurzaamheid.
     
  •  DC 
  • De student houdt rekening met de duurzaamheid, maatschappelijke relevantie en impact bij het formuleren van concrete aanbevelingen.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen heeft kennis van maatschappelijke structuren, processen, vraagstukken en technologieën, die vorm geven aan de rol en het functioneren van publieke en private organisaties, beleidsnetwerken, media en sociale bewegingen.

     
  •  DC 
  • De student heeft kennis van maatschappelijke structuren en processen die vorm geven aan de rol en het functioneren van media en gerelateerde stakeholders.
     
  •  DC 
  • De student kan het inzicht in welbepaalde maatschappelijke structuren, processen, vraagstukken en technologieën toepassen op casussen die verband houden met de grand challenges digitalisering, diversiteit en democratie.
     
  •  DC 
  • De student kent en begrijpt hoe welbepaalde maatschappelijke structuren, processen, vraagstukken en technologieën, die vorm geven aan de rol en het functioneren van publieke en private organisaties, beleidsnetwerken, media en sociale bewegingen, zich voordoen in relatie tot de grand challenges digitalisering, diversiteit en democratie.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen is zich bewust van haar/zijn rol als sociale wetenschapper en eigen positie binnen een meerlagige, diverse samenleving.

     
  •  DC 
  • De student geeft blijk van inzicht in de eigen positie binnen een meerlagige en diverse samenleving.
     
  •  DC 
  • De student kan de rol en betekenis van sociale wetenschappers ten aanzien van grand challenges in gerelateerde casussen duidelijk maken.
     
  •  DC 
  • De student kan kritisch reflecteren over haar/zijn/hun eigen betrokkenheid bij kennisproductie en de bijhorende sociale implicaties in relatie tot haar/zijn/hun sociale positie.
     
  •  DC 
  • De student kan op een onderbouwde manier een eigen standpunt over verschillende thema's of opdrachten m.b.t. de stage construeren en daarover op gepaste wijze communiceren.
     
  •  DC 
  • De student verwerft de attitude van een 'betrokken onderzoeker' en heeft basiskennis van de belangrijkste principes waar sociale wetenschappers zich aan dienen te houden.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan mondeling, schriftelijk en visueel rapporteren over wetenschappelijk onderzoek op een onderbouwde, coherente en overtuigende wijze.

     
  •  DC 
  • De student kan de academische inzichten op een aangepaste manier communiceren naar maatschappelijk relevante actoren.
     
  •  DC 
  • De student kan mondeling, schriftelijk en visueel rapporteren (stageverslag, poster(presentatie) over de stage en de daarbijhorende probleemstelling en dit op een onderbouwde, coherente en overtuigende wijze.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen kan probleemoplossend, zelfsturend en innovatief denken en handelen, op basis van kritisch reflecteren over het eigen leerproces.

     
  •  DC 
  • De student evalueert zijn leerproces kritisch
     
  •  DC 
  • De student is in staat kritisch te reflecteren over gegevens, resultaten en beperkingen van statistische technieken en deze schriftelijk op een wetenschappelijke manier te communiceren.
     
  •  DC 
  • De student kan maatschappelijke problemen en vraagstukken identificeren.
     
  •  DC 
  • De student verwerkt feedback van docenten constructief en effectief.
  •  EC 
  • De afgestudeerde bachelor in de sociale wetenschappen toont betrokkenheid en getuigt van ondernemings- en verantwoordelijkheidszin om haar/zijn kennis en vaardigheden in te zetten in de civiele omgeving, de beleidspraktijk en de beroepsmatige context.

     
  •  DC 
  • De student kan die kritische houding vertolken in een (maatschappelijk) debat.
     
  •  DC 
  • De student toont betrokkenheid en getuigt van ondernemings- en verantwoordelijkheidszin om de eigen kennis en vaardigheden in te zetten in de civiele omgeving, de beleidspraktijk en de beroepsmatige context.
 

  EC = eindcompetenties      DC = deelcompetenties      BC = beoordelingscriteria  
Aangeboden inTolerantie3
3de bachelorjaar in de sociale wetenschappen N



1   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2.
2   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
3   Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.