Het systeem aarde: geologie en duurzaamheid (5202) |
Onderwijstaal : Nederlands |
Studiepunten: 5,0 | | | Periode: semester 2 (5sp) | | | 2de Examenkans1: Ja | | | Eindcijfer2: Numeriek |
| Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
|
- De student heeft basiskennis van natuurkunde en scheikunde, inclusief elementaire kennis van atomen, moleculen, ionen, reactiesnelheid, energie en kracht.
- De student heeft basiskennis van biologie, inclusief de organisatie van levende wezens, de functie van organismen in hun omgeving, en de rol van fotosynthese en celademhaling.
- De student heeft basiskennis van wiskunde, inclusief algebra en geometrie, en in staat zijn om eenvoudige berekeningen uit te voeren.
- De student heeft basiskennis moet in staat zijn om kritisch te lezen en te analyseren, en in staat zijn om verslagen en rapporten te schrijven.
|
|
|
- De student(e) kent de opbouw en het ontstaan van de aarde en is vertrouwd met het begrip geologische tijd.
- De student(e) kan onderscheid maken tussen de snelheid van historische en huidige geologische processen versus de snelheid van huidige antropogeen geïnduceerde processen. Hij/zij is in staat om het geheel van processen (klimaat, bodems, impact van gebruik delfstoffen,...) objectief maar kritisch te beoordelen.
- De student(e) leert het basisprincipe van het verzamelen van metadata (gelinked aan de onderzoeksvraag) voor rapportering bij veldwerk (bemonstering fauna, flora, bodem): correcte plaatsbepaling (basis GNSS), substraat identificeren, beschrijving lokaal klimaat en geofysisch geografie, hoogtereferentie (waterstanden).
- De student(e) kan het substraat waarop organismen leven en de ondergrond (delfstof reservoir) identificeren. Hij/zij kan mineralen, magmatische gesteenten, sedimenten en metamorfe gesteenten onderscheiden. Op basis van de eigenschappen van het gesteente is de student(e) in staat het ontstaan ervan te verklaren.
- De student(e) weet wat platentektoniek is, kan deze beschrijven en beseft het belang voor de historische en huidige ontwikkeling van de aarde.
- De student(e) verwerft inzicht in de interacties tussen atmosfeer, geosfeer, hydrosfeer en biosfeer: globale klimaatsveranderingen, geochemische cycli, de invloed van het leven op de historische en actuele geologische gebeurtenissen. Hij/zij leert dat een (versnelde) verstoring van de evenwichten door antropogene invloeden grote gevolgen heeft en denkt na over mitigerende maatregelen en heeft de reflex om duurzaam te denken.
- De student(e) leert de belangrijkste delfstoffen kennen en kan hun voorkomen, ontstaan en gebruik situeren. Hij/zij leert dat water één van de belangrijkste delfstof is en verdiept zich in de know how van waterwinning, wateropslag, waterschaarste, stakeholders, droogteproblematiek , huidige mitigerende maatregelingen en duurzaam gebruik.
- De student(e) kent de basisbegrippen m.b.t. de grond , oppervlaktewaterproblematiek. Ook kent hij/zij de basisbegrippen van waterstand/overstromingsproblematiek (bovenafvoer, getijde, invloed van weer en wind, albedo, afsmelten ijskappen,...) en kan de milieueffecten van menselijke ingrepen op het natuurlijk systeem inschatten. De kennis van bodemprocessen is hierbij een belangrijk onderdeel.
|
|
|
|
|
|
|
Excursie/veldwerk ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
Zelfstudieopdracht (ZSO) ✔
|
|
|
|
|
|
Discussies /debat ✔
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
|
Periode 3 Studiepunten 5,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 25 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Geslaagd (minstens 10/20) voor dit onderdeel van de evaluatie. |
|
|
|
|
|
|
|
Schriftelijk examen | 75 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Geslaagd (minstens 10/20) voor dit onderdeel van de evaluatie. |
|
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | Aanwezigheid op alle werkzittingen en oefeningen is niet verplicht. Deelname aan de uitvoering van de multidisciplinaire taak is verplicht. De actieve inbreng van elk groepslid in de multidisciplinaire taak wordt door middel van peer-to-peer-evaluatie door alle groepsleden beoordeeld. Een score van 50% of hoger wordt als voldoende beschouwd. Indiening van de verslagen per groep is verplicht. Deelname aan alle onderdelen van de evaluatie is verplicht. |
|
|
|
Gevolg | De student(e) die één of meerdere verslagen niet heeft ingediend, krijgt voor het opleidingsonderdeel als eindresultaat een "N" (examenonderdeel niet volledig afgelegd: ongewettigd afwezig voor onderde(e)len van de evaluatie).
Als het blijkt (uit de peer-peer evaluatie van de medestudenten) dat de student(e) minder dan 50% nuttig heeft bijgedragen bij het realiseren van de opdrachten en verslagen van de evaluatie, krijgt voor het opleidingsonderdeel als resultaat een "N": examenonderdeel niet volledig afgelegd: ongewettigd afwezig voor onderde(e)len van de evaluatie. Om de studenten de mogelijkheid geven om de score te verdedigen, is een dialoog met de docent mogelijk.
De student(e) die op een (of meerdere) onderdelen van de evaluatie een lager cijfer dan 8/20 behaalt, krijgt als eindresultaat in zijn studentendossier maximaal 7/20. Dit eindcijfer is niet-tolereerbaar. Een student die op een (of meerdere) onderdelen een 8/20 of 9/20 behaalt, krijgt als eindresultaat in zijn studentendossier maximaal 9/20, ongeacht het rekenkundig gewogen gemiddelde. Dit eindcijfer is tolereerbaar. |
|
|
|
Extra info | Tijdens de onderwijsperiode: verslagen van de werkzittingen
Tijdens de examenperiode: Schriftelijk examen over de leerstof en de werkzittingen. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
De presentaties die de ter ondersteuning van de colleges en de praktische oefeningen worden gebruikt worden digitaal ter beschikking gesteld van de studenten (BlackBoard). Een cursus met de meeste hoofdstukken (frequent geüpdatet) wordt online ter beschikking gesteld Voor de praktische oefeningen en ter ondersteuning van de theorielessen kan de student gebruik maken van videofilms, interactieve CDtoepassingen, een diacollectie, een collectie gesteenten, mineralen en fossielen voor gebruik in de werkzittingen. |
|
|
Eindcompetenties bachelor in de fysica
|
- EC
| EC 3: De bachelor Fysica kan modellen en technieken uit de fysica en andere wetenschappelijke domeinen gebruiken voor het oplossen van multidisciplinaire problemen. | - EC
| EC 4: De bachelor Fysica kan de belangrijke experimentele technieken op een adequate wijze uitvoeren en hier kritisch over reflecteren. | - EC
| EC 5: De bachelor Fysica maakt kennis met recent internationaal wetenschappelijk onderzoek, kan internationale wetenschappelijke bronnen raadplegen en de betrouwbaarheid ervan correct inschatten. |
|
|
|
bachelor in de chemie
|
- EC
| EC 1: De bachelor in de chemie heeft kennis van en inzicht in de structuur van de materie, de onderlinge interacties tussen materiebouwstenen, de wisselwerking tussen materie en energie, en de daaruit voortvloeiende relaties tussen structuur en eigenschappen. | - EC
| EC 3: Debachelor in de chemie heeft kennis van en inzicht in aanverwante wetenschappelijke disciplines zoals fysica, biologie, geologie en ingenieurswetenschappen. Hij/zij is in staat adequaat te communiceren met vertegenwoordigers uit deze vakgebieden. | - EC
| EC 8: De bachelor in de chemiehoudt rekening met denoodzaak van de inter- en multidisciplinaire benadering bij het analyseren van chemische en biochemische vraagstellingen. |
|
|
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
Aangeboden in | Tolerantie3 |
1ste bachelorjaar in de chemie
|
J
|
3de bachelorjaar in de fysica optie vrije keuze aanvulling
|
J
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.
|
|