Project- en Communicatievaardigheden – deel 3 (9013) |
| Onderwijstaal : Nederlands |
| Studiepunten: 3,0 | | | | Periode: semester 1 (3sp)  | | | | | 2de Examenkans1: Ja | | | | | Eindcijfer2: Numeriek |
| | | Examencontract: niet mogelijk |
|
Volgtijdelijkheid
|
| |
|
Geen volgtijdelijkheid
|
|
|
Dit opleidingsonderdeel bevat 3 luiken : wetenschappelijk schrijven, academisch Engels, en tenslotte, ethiek in de informatica.
Luik Wetenschappelijk schrijven: Zoals bij elke vorm van schrijven, moet in wetenschappelijk schrijven empathie met de lezer voorop staan. Het is belangrijk om de lezer niet voortijdig te verliezen en een duidelijk verhaal doorheen het paper te vertellen. Er wordt aandacht besteed aan de functie en opbouw van de verschillende onderdelen van een wetenschappelijk artikel (abstract, inleiding, vergelijking met ander relevant werk, de body van het paper, conclusies, toekomstig werk, dankbetuigingen en bibliografie). Voor elk van deze onderdelen wordt benadrukt waar bijzonder moet worden op gelet, en welke valkuilen moeten worden vermeden.
Luik Academisch Engels: De sessies zijn gericht op het ontwikkelen van een duidelijke, academische schrijfstijl, die toegankelijk is voor de lezer. Er wordt aandacht besteed aan functionele grammatica (werkwoordstijden, voegwoorden, hoeveelheidsaanduidingen), academische schrijfconventies (bv. het gebruik van getallen en meeteenheden), het schrijven van sterke paragrafen, interpunctie en de technieken voor het herformuleren van tekst.
Luik Ethiek in informatica : Dit onderdeel heeft als doel moreel handelende en kritisch denkende informatici te vormen. Het beoogt informatici te leren omgaan met hun verantwoordelijkheid in de samenleving. Het geeft hen de tools om de impact van technologie op de verschillende facetten van de maatschappij te kunnen detecteren. Om dit te realiseren hebben informatici behoefte aan ethische denkkaders. Tijdens de hoorcolleges zullen verschillende ethische denkkaders voorgesteld worden. Tijdens de werkzittingen zullen concrete casussen besproken worden waarin studenten deze ethische kaders toepassen. In de groepsopdracht zullen de studenten zelf een casus moeten bespreken, waarop ze verschillende ethische kaders toepassen en vergelijken. Lesinhouden per week: Inleiding: wat is ethiek (voor informatici) ?; Het Utilitarisme; De Deontologie; De Deugdethiek; De Zorgethiek.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
Semester 1 (3,00sp)
| Evaluatievorm | |
|
| Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 80 % |
|
|
|
|
| Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
|
|
|
Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
| Verplicht studiemateriaal |
| |
Het nodige studiemateriaal wordt ter beschikking gesteld via Blackboard. |
|
 
|
| Aanbevolen literatuur |
| |
Zobel, Justin. Writing for Computer Science. 3rd ed., Springer, 2014. |
|
|
Eindcompetenties bachelor in de informatica
|
- EC
| De afgestudeerde bachelor informatica is in staat informatie uit vakliteratuur en onderzoek op wetenschappelijk verantwoorde wijze te verwerken. | | | - DC
| De student kan informatie uit vakliteratuur en wetenschappelijk onderzoek kritisch interpreteren. | | | - DC
| De student kan informatie uit vakliteratuur en wetenschappelijk onderzoek opzoeken. | | | - DC
| De student kan relevante informatie uit vakliteratuur en wetenschappelijk onderzoek gebruiken. | - EC
| De afgestudeerde bachelor informatica is zich bewust van de ethisch-maatschappelijke context waarin informatica gebruikt wordt. Hij/zij kan ethische en deontologische problemen herkennen en analyseren, en hiernaar handelen. | | | - DC
| De student kan de maatschappelijke impact van wetenschap, en in het bijzonder informatica, duiden. | | | - DC
| De student kan ethische problemen en dilemma’s gerelateerd aan informatica herkennen en analyseren en een gepaste aanpak formuleren om hiermee om te gaan. | | | - DC
| De student kan het belang van integriteit uitleggen en daarnaar handelen. | | | - DC
| De student kan maatschappelijke aspecten en uitdagingen gerelateerd aan informatica uitleggen. | | | - DC
| De student kan rekening houden met relevante maatschappelijke aspecten en uitdagingen van de informatica tijdens de uitvoering van het eigen werk. | - EC
| De afgestudeerde bachelor informatica is zich bewust van informatica als wetenschappelijke discipline, toont een kritische ingesteldheid en kan een standpunt innemen en verdedigen op basis van verworven kennis en inzicht. | | | - DC
| De student kan informatie en inzichten uit diverse (wetenschappelijke) bronnen afwegen en combineren om een eigen standpunt te formuleren en te verdedigen. | | | - DC
| De student kan problemen van matige tot redelijke complexiteit op een wetenschappelijke manier onderzoeken en systematisch aanpakken. | - EC
| De afgestudeerde bachelor informatica kan in teamverband werken aan een project van matige complexiteit. Hierbij zijn niet alleen vakinhoudelijke aspecten van belang maar ook communicatieve en sociale vaardigheden en het kunnen maken van goede taakafspraken. | | | - DC
| De student is vertrouwd met de principes van effectief en efficiënt groepswerk. | | | - DC
| De student kan constructief samenwerken aan een opdracht of project. | | | - DC
| De student kan in samenwerking met groepsleden de prioriteiten van een opdracht of project bepalen. | | | - DC
| De student kan in samenwerking met groepsleden een taakverdeling opstellen en, indien nodig, bijsturen. | | | - DC
| De student kan in samenwerking met groepsleden een werkplan opstellen en, indien nodig, bijsturen. | | | - DC
| De student kan op een constructieve manier communiceren met groepsleden over het project. | | | - DC
| De student kan reflecteren op het eigen functioneren in een groepswerk en, indien nodig, het eigen handelen bijsturen. | | | - DC
| De student kan reflecteren op het functioneren van de groepsleden binnen de samenwerking. | - EC
| De afgestudeerde bachelor informatica kan over het eigen werk rapporteren en communiceren, en kan het presenteren, aan informatici. | | | - DC
| De student kan over het eigen werk schriftelijk rapporteren op het niveau van informatici. |
|
|
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
| Aangeboden in | Tolerantie3 |
|
3de bachelorjaar in de informatica
|
J
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
| 2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2.
|
|