Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleiding
|
|
|
|
Voor de volgende opleidingen dient u een bepaald aantal studiepunten credits, vrijstellingen, reeds getolereerde onvoldoendes of ingezette tolereerbare onvoldoendes behaald te hebben. Het vereiste aantal studiepunten wordt per opleiding weergegeven.
|
|
|
bachelor in de biologie
|
60,0 stptn |
|
|
Specificatie volgtijdelijkheid masterproef/bachelorproef/stage
|
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 3de bachelorjaar in de biologie | Verplicht | 270 | 10,0 | 135 | 135 | 10,0 | Ja | Nee | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1: De bachelor Biologie heeft een grondige kennis en inzicht verworven in de levende wereld op moleculair, cellulair , functioneel, organismaal, populatie en ecosysteemniveau. | - EC
| EC 2: De bachelor Biologie heeft inzicht in de processen die de grondslag vormen van de evolutie van het leven. Hij/zij kan nieuwe kennis verzameld op de verschillende biologische niveaus integreren in de evolutietheorie. | - EC
| EC 3: De bachelor Biologie houdt rekening met de noodzaak van de inter- en multidisciplinaire benadering om de levende wereld in al zijn aspecten te onderzoeken. Hij/zij heeft daartoe een grondige kennis en inzicht in andere relevante wetenschappelijke disciplines (chemie, fysica, geologie), | - EC
| EC 4: De bachelor Biologie kan mathematische en/of statistische begrippen en modellen correct inzetten voor het benaderen, oplossen en analyseren van eenvoudige biologische problemen en gegevensverzamelingen om tot een gefundeerde conclusie te komen. | - EC
| EC 5: De bachelor Biologie kan met inzicht metingen verrichten en observeren waarbij hij/zij de hoogst mogelijke precisie nastreeft en integer handelt in zijn/haar observaties en metingen. | - EC
| EC 6: De bachelor Biologie kan onder begeleiding een beperkt onderzoek concipiëren: hij/zij is in staat een biologisch(e) probleem en hypothese te formuleren en een onderzoeksplan op te stellen en uit te voeren. Hiertoe kan hij/zij wetenschappelijke bronnen, inclusief anderstalige, raadplegen en gebruiken. | - EC
| EC 7: De bachelor Biologie kan onder begeleiding onderzoeksmethodes en interpretaties kritisch evalueren en de intrinsieke onzekerheden en beperkingen plaatsen.
| - EC
| EC 8: De bachelor Biologie kan mondeling en schriftelijk rapporteren en presenteren in het Nederlands en het Engels. Hij/zij kan communiceren over het vakgebied met vakgenoten en niet-vakgenoten. | - EC
| EC 9: De bachelor Biologie is in staat de eigen leerprocessen te plannen, te bewaken, te sturen, te evalueren en zo nodig bij te sturen (zelf management). | - EC
| EC 10: De bachelor Biologie is in staat als lid van een team te functioneren. | - EC
| EC 11: De bachelor Biologie gedraagt zich volgens de ethische, morele, filosofische, wettelijke en veiligheidsaspecten van zijn wetenschapsdiscipline. | - EC
| EC 12: De bachelor Biologie heeft inzicht in de maatschappelijke relevantie van de biologie, hij/zij kent de actoren in het werkveld. De bachelor Biologie kent de impact van de mens op de natuur, hij/zij gedraagt zich als pleitbezorger van de biosfeer en respecteert de principes van duurzaamheid.
|
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De student voert, onder leiding van een ervaren onderzoeker, zelfstandig onderzoek uit binnen één van de onderzoeksgroepen van het Centrum voor Milieukunde (CMK). De resultaten van het eindproject worden zowel mondeling als schriftelijk voorgesteld. Het geschreven gedeelte bestaat minimaal uit samenvatting, een inleiding, materiaal en methoden, resultaten en een kritische discussie van de bekomen resultaten. Hierbij wordt verwezen naar de internationale literatuur in het specifieke onderzoeksdomein.
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 10,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 60 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Een voldoende (>= 10/20) op het eindrapport wordt overgedragen naar de tweede zittijd. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Procesevaluatie. Dit cijfer is een weergave van de organisatie, vooruitgang en regelmatigheid van de werkzaamheden. |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Een voldoende (>= 10/20) op de procesevaluatie wordt overgedragen naar de tweede zittijd; |
|
|
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | 1.Deelname aan alle onderdelen van de evaluatie en het tijdig inleveren van het rapport zijn verplicht. 2. De student(e) moet geslaagd zijn (>= 10/20) op de procesevaluatie. 3. De student(e) is tevens verplicht aan het begin van het tweede semester een tussentijds verslag in te leveren en mondeling voor te stellen (10 min.). Dit is een verslag van twee A4-pagina's, vrij formaat. Het bevat een overzicht van de reeds uitgevoerde activiteiten en de (eventueel) reeds behaalde resultaten, en een planning en tijdsbegroting van wat nog moet gebeuren. Het tussentijds verslag, noch de presentatie ervan worden apart gequoteerd, maar dienen als (verplichte) oefening en gelegenheid tot feedback. Het bijwonen van de tussentijdse presentaties van alle medestudenten is eveneens verplicht. |
|
|
|
Gevolg | 1. De student(e) die niet geslaagd is voor de procesevaluatie, wordt uitgesloten van de mondelinge eindpresentatie en krijgt als eindresultaat een `N` op het opleidingsonderdeel. Hij/zij kan ook niet deelnemen aan de herkansing in hetzelfde academiejaar. 2. De student(e) die het tussentijdse verslag niet heeft ingeleverd en/of niet heeft deelgenomen aan de tussentijdse presentatie krijgt als eindresultaat een `N` op het opleidingsonderdeel. 3. De student(e) die het eindrapport niet of na de deadline heeft ingeleverd, wordt uitgesloten van de mondelinge eindpresentatie in de eerste examenkans en krijgt een `N` als eindresultaat op het opleidingsonderdeel. 4. De student(e) die niet heeft deelgenomen aan de mondelinge eindpresentatie krijgt een `N` als eindresultaat op het opleidingsonderdeel. 5. De student(e) die minder dan 10/20 behaalt op het eindrapport krijgt als eindresultaat `fail`. |
|
|
|
Extra info | De student levert een eindproduct (schriftelijk eindrapport en presentatie gevolgd door vragen en discussie met de jury) af op basis waarvan wordt bepaald op welke manier de specifieke eindcompetenties van de bachelorproef gehaald werden. De beoordeling van het eindproject gebeurt door de begeleider in samenspraak met de promotor en een jury, op basis van de inhoud en kwaliteit van het geleverde werk en de procesevaluatie (organisatie, vooruitgang en regelmatigheid van de werkzaamheden), volgens een aantal vooraf vastgelegde criteria (inhoud, vorm, argumentatie, wetenschappelijke maturiteit, ..).
Het eindcijfer is gebaseerd op het rekenkundige gemiddelde van de deelcijfers maar kan daarvan afwijken indien dit rekenkundig gemiddelde niet zou stroken met het totaalbeeld van het eindproject.
Iedere student krijgt een begeleider toegewezen. De taak van de begeleider is louter sturend. De verantwoordelijkheid voor de inhoud en de kwaliteit van het geleverde werk ligt bij de student. De begeleider zal hier zoveel mogelijk over proberen te waken, maar heeft uitsluitend een adviserende rol. Het effectieve werk wordt door de student geleverd. Ook de verantwoordelijkheid voor de opvolging, de planning, en de studievoortgang ligt bij de student.
Dit opleidingsonderdeel is uitgesloten van de automatische compensatieregeling tolerantieregeling (art. 4.7, lid 2 Examenregeling OER) |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Het eindrapport (60% van de punten) moet herwerkt worden en er dient een nieuwe presentatie te worden gedaan (20% van de punten). In de tweede zittijd wordt de score van de procesevaluatie (20%) overgenomen uit de eerste zittijd voor zover dit cijfer meer dan 10 op 20 bedraagt. |
|
|
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
Als algemene begincompetenties gelden alle eindcompetenties van de in het eerste en tweede gevolgde opleidingsonderdelen. |
|
|
|
|
|
| exchange biologie | Keuze | 135 | 10,0 | | 135 | 10,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
|
|
The student carries out research within one of the research groups of the Centre for Environmental Sciences (CMK), in an autonomous way and supervised by an experienced researcher. The results of this research project are presented orally and in writing. The written report consists minimally of a summary, an introduction, material and methods, results and a critical discussion of the obtained results. The international literature in the research field in question is referred to.
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 10,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 60 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Een voldoende (>= 10/20) op het eindrapport wordt overgedragen naar de tweede zittijd. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Andere evaluatievorm tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
Andere: | Procesevaluatie. Dit cijfer is een weergave van de organisatie, vooruitgang en regelmatigheid van de werkzaamheden. |
|
|
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Een voldoende (>= 10/20) op de procesevaluatie wordt overgedragen naar de tweede zittijd; |
|
|
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | 1.Deelname aan alle onderdelen van de evaluatie en het tijdig inleveren van het rapport zijn verplicht. 2. De student(e) moet geslaagd zijn (>= 10/20) op de procesevaluatie. 3. De student(e) is tevens verplicht aan het begin van het tweede semester een tussentijds verslag in te leveren en mondeling voor te stellen (10 min.). Dit is een verslag van twee A4-pagina's, vrij formaat. Het bevat een overzicht van de reeds uitgevoerde activiteiten en de (eventueel) reeds behaalde resultaten, en een planning en tijdsbegroting van wat nog moet gebeuren. Het tussentijds verslag, noch de presentatie ervan worden apart gequoteerd, maar dienen als (verplichte) oefening en gelegenheid tot feedback. Het bijwonen van de tussentijdse presentaties van alle medestudenten is eveneens verplicht. |
|
|
|
Gevolg | 1. De student(e) die niet geslaagd is voor de procesevaluatie, wordt uitgesloten van de mondelinge eindpresentatie en krijgt als eindresultaat een `N` op het opleidingsonderdeel. Hij/zij kan ook niet deelnemen aan de herkansing in hetzelfde academiejaar. 2. De student(e) die het tussentijdse verslag niet heeft ingeleverd en/of niet heeft deelgenomen aan de tussentijdse presentatie krijgt als eindresultaat een `N` op het opleidingsonderdeel. 3. De student(e) die het eindrapport niet of na de deadline heeft ingeleverd, wordt uitgesloten van de mondelinge eindpresentatie in de eerste examenkans en krijgt een `N` als eindresultaat op het opleidingsonderdeel. 4. De student(e) die niet heeft deelgenomen aan de mondelinge eindpresentatie krijgt een `N` als eindresultaat op het opleidingsonderdeel. 5. De student(e) die minder dan 10/20 behaalt op het eindrapport krijgt als eindresultaat `fail`. |
|
|
|
Extra info | De student levert een eindproduct (schriftelijk eindrapport en presentatie gevolgd door vragen en discussie met de jury) af op basis waarvan wordt bepaald op welke manier de specifieke eindcompetenties van de bachelorproef gehaald werden. De beoordeling van het eindproject gebeurt door de begeleider in samenspraak met de promotor en een jury, op basis van de inhoud en kwaliteit van het geleverde werk en de procesevaluatie (organisatie, vooruitgang en regelmatigheid van de werkzaamheden), volgens een aantal vooraf vastgelegde criteria (inhoud, vorm, argumentatie, wetenschappelijke maturiteit, ..).
Het eindcijfer is gebaseerd op het rekenkundige gemiddelde van de deelcijfers maar kan daarvan afwijken indien dit rekenkundig gemiddelde niet zou stroken met het totaalbeeld van het eindproject.
Iedere student krijgt een begeleider toegewezen. De taak van de begeleider is louter sturend. De verantwoordelijkheid voor de inhoud en de kwaliteit van het geleverde werk ligt bij de student. De begeleider zal hier zoveel mogelijk over proberen te waken, maar heeft uitsluitend een adviserende rol. Het effectieve werk wordt door de student geleverd. Ook de verantwoordelijkheid voor de opvolging, de planning, en de studievoortgang ligt bij de student.
Dit opleidingsonderdeel is uitgesloten van de automatische compensatieregeling tolerantieregeling (art. 4.7, lid 2 Examenregeling OER) |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Het eindrapport (60% van de punten) moet herwerkt worden en er dient een nieuwe presentatie te worden gedaan (20% van de punten). In de tweede zittijd wordt de score van de procesevaluatie (20%) overgenomen uit de eerste zittijd voor zover dit cijfer meer dan 10 op 20 bedraagt. |
|
|
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
Als algemene begincompetenties gelden alle eindcompetenties van de in het eerste en tweede gevolgde opleidingsonderdelen. |
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|