Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Operationeel onderzoek (1546)
|
6,0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | 1ste masterjaar in de toegepaste economische wetenschappen: handelsingenieur | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| De master HI past verworven kennis zelfstandig toe. (Zelfsturing en ondernemingszin) | - EC
| De master HI toont zelfstandigheid bij het implementeren van wetenschappelijke onderzoeksmethoden. (Onderzoeksvaardigheden) | - EC
| De master HI toont zelfstandigheid bij het analyseren, interpreteren en evalueren van onderzoeksresultaten en rapporteert hierover. (Onderzoeksvaardigheden) | - EC
| De master HI past diepgaande inzichten uit bedrijfseconomische en relevante ondersteunende en/of aanverwante wetenschappen toe bij de analyse van bedrijfseconomische en –technische problemen. (Probleemoplossend vermogen) | - EC
| De master HI modelleert, ontwerpt en evalueert oplossingen voor bedrijfseconomische en –technische problemen ter ondersteuning van de besluitvorming op verschillende niveaus in een complexe context. (Probleemoplossend vermogen) | - EC
| De master HI kan complexe technologische en bedrijfsprocessen in een organisatie in kaart brengen, optimaliseren en managen, met het oog op de strategische doelen van die organisatie. (Opleidingsspecifieke competenties) | - EC
| De master HI gebruikt ICT-toepassingen en basis programmeervaardigheden om bedrijfseconomische en –technische data te vertalen naar bedrijfsrelevante informatie. (Opleidingsspecifieke competenties) |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Voor een modern bedrijfsbeleid is een goede kennis van kwantitatieve methoden en technieken absoluut noodzakelijk. Deze cursus betreft het formuleren en oplossen van optimalisatieproblemen in bedrijfsmanagement aan de hand van case studies en toepassingen, met een focus op productie en logistiek (personeelsplanning, productiebeslissingen, faciliteitenlocatie, rittenplanning). Daarbij wordt aandacht besteed aan de relatie tussen modelleringskeuzes en oplossingsmethodes.
De student verwerft vaardigheden in het modelleren van realistische cases in productie en logistiek als (integere) lineaire programmeringsproblemen. De volgende beleidsmethoden worden toegepast ter oplossing van deze problemen: simplexmethode, branch-and-bound, branch-and-cut en diverse (meta)heuristieken. Daarnaast wordt de student vertrouwd gemaakt met het gebruik van optimalisatiesoftware ter ondersteuning van operationele beslissingen.
Ten slotte wordt de student vertrouwd gemaakt met de principes van speltheorie, toegepast op bedrijfseconomische beslissingen in een competitieve omgeving.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00 Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
- De student kan een bedrijfskundige probleemstelling vertalen naar een lineair programmeringsprobleem.
- De student kan de simplex methode toepassen om een lineair programma op te lossen.
- De student kan de duale simplex methode toepassen en een sensitiviteitsanalyse uitvoeren op basis van een finaal simplextableau.
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
Introduction to Operations Research,Hillier, F.S. and Lieberman, G.J.,11th edition,McGraw-Hill,2019 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
Operations Research: Applications and Algorithms,Winston W.L.,4th edition,Cengage,9780534380588 |
|
|
|
|
|
 | 1ste masterjaar handelsingenieur in de beleidsinformatica | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| De master BI past verworven kennis zelfstandig toe. (Zelfsturing en ondernemingszin) | - EC
| De master BI toont zelfstandigheid bij het implementeren van wetenschappelijke onderzoeksmethoden. (Onderzoeksvaardigheden) | - EC
| De master BI toont zelfstandigheid bij het analyseren, interpreteren en evalueren van onderzoeksresultaten en rapporteert hierover. (Onderzoeksvaardigheden) | - EC
| De master BI past diepgaande inzichten uit bedrijfseconomische en relevante ondersteunende en/of aanverwante wetenschappen toe bij de analyse van bedrijfseconomische en –informatietechnische problemen. (Probleemoplossend vermogen) | - EC
| De master BI modelleert, ontwerpt en evalueert oplossingen voor bedrijfseconomische en –informatietechnische problemen ter ondersteuning van de besluitvorming op verschillende niveaus in een complexe context. (Probleemoplossend vermogen) | - EC
| De master BI analyseert, verbetert en monitort technologische en bedrijfsprocessen met behulp van data en IT om een positieve bijdrage te leveren aan de werking van een organisatie. (Opleidingsspecifieke competenties) |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Voor een modern bedrijfsbeleid is een goede kennis van kwantitatieve methoden en technieken absoluut noodzakelijk. Deze cursus betreft het formuleren en oplossen van optimalisatieproblemen in bedrijfsmanagement aan de hand van case studies en toepassingen, met een focus op productie en logistiek (personeelsplanning, productiebeslissingen, faciliteitenlocatie, rittenplanning). Daarbij wordt aandacht besteed aan de relatie tussen modelleringskeuzes en oplossingsmethodes.
De student verwerft vaardigheden in het modelleren van realistische cases in productie en logistiek als (integere) lineaire programmeringsproblemen. De volgende beleidsmethoden worden toegepast ter oplossing van deze problemen: simplexmethode, branch-and-bound, branch-and-cut en diverse (meta)heuristieken. Daarnaast wordt de student vertrouwd gemaakt met het gebruik van optimalisatiesoftware ter ondersteuning van operationele beslissingen.
Ten slotte wordt de student vertrouwd gemaakt met de principes van speltheorie, toegepast op bedrijfseconomische belissingen in een competitieve omgeving.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 3,00 Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
- De student kan een bedrijfskundige probleemstelling vertalen naar een lineair programmeringsprobleem.
- De student kan de simplex methode toepassen om een lineair programma op te lossen.
- De student kan de duale simplex methode toepassen en een sensitiviteitsanalyse uitvoeren op basis van een finaal simplextableau.
|
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
Introduction to Operations Research,Hillier, F.S. and Lieberman, G.J.,11th edition,McGraw-Hill,2019 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
Operations Research: Applications and Algorithms,Winston W.L.,4th edition,Cengage,9780534380588 |
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|