Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
|
Volgende opleidingsonderdelen dient u ook opgenomen te hebben in uw studieprogramma tot op heden.
|
|
|
Materiaalkunde en productietechnologie 2 (4067)
|
5,0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
| 3de bachelor in de industriële wetenschappen - elektromechanica- optie ontwerp & productie | Verplicht | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijke en technologisch toepassingsgerichte kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang van het specifieke domein. (kennis bezitten) | | - DC
| EM 1.9 De student heeft kennis van verspanings- en verbindingstechnieken en de kernbegrippen in ''rapid prototyping - tooling - manufacturing''. | | | - BC
| De student heeft kennis van de principes en de werking van de verschillende verspaningstechnieken,
geavanceerde bewerkingstechnieken en de kernbegrippen rapid prototyping - tooling en manufacturing. | | - DC
| EM 1.10 De student heeft kennis van eigenschappen en toepassingen van verschillende materiaalgroepen en van meetmethodes voor het opmeten van werkstukken en karakteriseren van materiaaleigenschappen. | | | - BC
| De student heeft kennis van de principes en de werking van de verschillende meetmethodes voor het
dimensioneel opmeten van producten en onderdelen (maat, vorm- en plaatstoleranties en
oppervlakteruwheid). | - EC
| EC2 - De Bachelor in de industriële wetenschappen bezit algemeen wetenschappelijk en ingenieurstechnisch disciplinegebonden inzicht in de basisbegrippen, methodes, denkkaders en onderlinge relaties van het specifieke domein. (begrijpen) | | - DC
| EM 2.11 De student heeft inzicht in de verspanings- en verbindingstechnieken de kernbegrippen van ''rapid prototyping - tooling - manufacturing''. | | | - BC
| De student heeft inzicht in de verschillende bewerkingsmethodes binnen de verspaningstechnieken. | | | - BC
| De student kan het werkingsprincipe van verschillende rapid prototyping technieken uitleggen en illustreren. | | - DC
| EM 2.12 De student heeft inzicht in materiaalkeuze, eigenschappen en toepassingen voor verschillende materiaalgroepen en in meetmethodes voor het opmeten van werkstukken en karakteriseren van materiaaleigenschappen. | | | - BC
| De student kan de juiste keuze maken van meettoestel afhankelijk van functionaliteit en nauwkeurigheid. | - EC
| EC4 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan doelgericht relevante wetenschappelijke en/of technische informatie opzoeken en verzamelen of efficiënt en nauwgezet de benodigde informatie meten en correct refereren. (data verwerven) | | - DC
| 4.2 De student kan op gestructureerde wijze meetresultaten verzamelen. | | | - BC
| De student kan m.b.v. de beschikbare meetgereedschappen op correcte wijze meetdata van een werkstuk
verzamelen. | - EC
| EC5 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen analyseren, opsplitsen in deelproblemen, logisch structureren, de randvoorwaarden bepalen en de gegevens op een wetenschappelijke manier interpreteren. (analyseren) | | - DC
| 5.1 De student kan op gestructureerde wijze meetresultaten, resultaten uit simulaties, statistische data en/of technische informatie interpreteren. | | | - BC
| De student kan meetgegevens analyseren en deze op een statistische manier verwerken en interpreteren. | - EC
| EC6 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan adequate oplossingsmethodes selecteren om niet-vertrouwde, domeinspecifieke problemen op te lossen en kan methodologisch te werk gaan in ontwerp en hierin gefundeerde keuzes maken. (oplossen en ontwerpen) | | - DC
| 6.3 De student kan technische hulpmiddelen zoals rekentoestellen, meettoestellen en software selecteren. | | | - BC
| De student kan voor een dimensionele controle van een werkstuk en voor een bepaalde gewenste
meetnauwkeurigheid het meest geschikte meettoestel selecteren. | - EC
| EC7 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan de geselecteerde methodes en hulpmiddelen innovatief aanwenden om domeinspecifieke oplossingen en ontwerpen planmatig te implementeren met aandacht voor de praktische en economische randvoorwaarden en bedrijfsgebonden implicaties. (implementeren en operationaliseren) | | - DC
| EM 7.6 De student kan verspanings- of verbindingsgerichte productietechnieken toepassen. | | | - BC
| De student kan met behulp van de gekende verspaningswetten de juiste snijparameters bepalen voor een
bepaalde bewerkingsstappen in het produceren van een werkstuk. | | | - BC
| De student kan voor een gegeven product met gekend materiaal en product eigenschappen de geschikte
Rapid Manufacturing techniek selecteren en motiveren. | | - DC
| EM 7.7 De student kan een gepaste meetmethode hanteren voor het opmeten van werkstukken en het karakteriseren van materiaaleigenschappen. | | | - BC
| De student kan voor een dimensionele controle van een werkstuk de meest geschikte meetmethode
selecteren. | - EC
| EC8 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan (onvolledige) resultaten interpreteren, kan omgaan met onzekerheden en beperkingen en kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | - DC
| 8.3 De student kan door kritische reflectie eigen denken en handelen bijsturen. | | | - BC
| De student kan de verschillende meettoestellen kritisch hanteren en aflezen, rekening houdend met
systematische-,toevallige fouten en aflees onnauwkeurigheden. | - EC
| EC9 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan met vakgenoten mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren over domeingebonden aspecten in een relevante taal en met gebruik van de toepasselijke terminologie. (communiceren) | | - DC
| 9.1 De student kan correct, gestructureerd en gepast schriftelijk communiceren in relevante talen voor zijn vakgebied. | | | - BC
| De student kan schriftelijk rapporteren over de meetopdrachten die hij heeft uitgevoerd. | - EC
| EC10 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan op een constructieve en verantwoordelijke wijze functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | - DC
| 10.2 De student kan op een actieve constructieve manier samenwerken met anderen om een gemeenschappelijk doel te bereiken (product). | | | - BC
| De student kan in groep de labo-opdrachten uitvoeren en hierover rapporteren. | - EC
| EC12 - De Bachelor in de industriële wetenschappen kan toepassings- en oplossingsgericht, met het vereiste doorzettingsvermogen, professioneel en academisch handelen met oog voor realisme en efficiëntie en geeft blijk van een onderzoekende houding tot levenslang leren. (ingenieursattitude) | | - DC
| 12.3 De student eigent zich een gepaste ingenieursattitude toe (nauwkeurig, efficiënt, veilig, resultaatgericht,...). | | | - BC
| De student kan nauwgezet, efficiënt en taakgericht werken en is in staat om zelf te leren en toont nieuwsgierigheid. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Productietechnologie: DOEL: kennis en inzicht verwerven in verspaningsprocessen en de optimalisatie in een industriële omgeving - kennis en inzicht in geavanceerde gangbare productiemethodes inclusief additive manufacturing .
De volgende topics komen aan bod in de hoorcolleges: ·verspaningsmachines ·snijmaterialen en -geometrie ·verspaningsproces: spaanvorming , gereedschapsslijtage en standtijd ·verspaningsparameters en -processen: draaien, gatbewerkingen, frezen, slijpen en finiseerbewerkingen ·Kostenanalyse en optimalisatie naar productietijd en productiekost ·Geavanceerde draaibewerkingen ·Geavanceerde freesbewerkingen ·Geavanceerde materiaal vewijderende technieke zoals (elektro)chemisch, laserstraal, ultrasoon, vonkerosie, ... ·Geavanceerde materiaal aangroei technieken: Rapid prototyping - rapid tooling - rapid manufacturing
De student zal in het labo ook zelf een werkstuk produceren op de ProtoTrak freesmachine.
Dimensionele meettechniek:
De student leert de volgende meettoestellen en technieken kennen in de volgende labo's op basis van de vooropgestelde laboopdracht. Na elk labo volgt een meetrapport.
·herkennen en keuren van schroefdraad ·meten van lengtes en hoeken ·controle van ISO toleranties ·meten van oppervlakteruwheid ·meten m.b.v. de 3D coördinaten meetmachine Mitutoyo ·contactloos meten m.b.v. de 3D laser scanner GOM
De studenten verifiëren daarna het zelf geproduceerd werkstuk a.d.h. van de meest geavanceerde meettechnieken en stellen een uitgebreid meetrapport op.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 4,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 40 % |
|
Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | Het globale punt behaald op de meetrapporten is minimum een 10/20. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De student dient verplicht deel te nemen aan de labo's meettechnieken. |
|
|
|
Gevolg | Bij een deelscore van minder dan 8/20 op één van de onderdelen Productietechnologie of Dimensionele meettechniek is de eindscore op het globale opleidingsonderdeel maximum 8/20. |
|
|
|
Extra info | Bij het schriftelijk examen, tijdens de examenperiode, is het totaal van 60% als volgt verdeelt: 50% productietechnologie en 10% dimensionele meettechniek. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Indien de score op de permanente evaluatie (eerste examenkans) op basis van de meetverslagen minder is dan 10/20 dient de student het laatste meetverslag opnieuw in te dienen na overleg met de betrokken docent. |
|
|
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
De student heeft algemene kennis van conventionele productietechnieken, verspaningstechnologie en -machines.
De student is vertrouwd met mechanisch ontwerpen.
De student heeft algemene kennis van optica. |
|
 
|
Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
Dimensionele Meettechniek - Theorie |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Productietechnologie: Cursus: De eerder aangekochte cursus Productietechnologie2 binnen het OPO 4067 Materiaalkunde en Productietechnologie 2 wordt verder gebruikt.
Power point presentaties (via Toledo)
Video's met betrekking tot productietechnologie
Dimensionele meettechniek: Theoretische achtergrond, labotekst met beschrijving van de verschillende meettoestellen en meetprincipes.
Software: Mitutoyo 3DCMM, GOM Scan, GOM Inspect
Instructievideo's omtrent het gebruik van GOM Inspect |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Prodcutietechnologie:
- Situering in het curriculum / Volgtijdelijkheid:
De meeste mechanische onderdelen worden vervaardigd door verspaningsprocessen of geavanceerde technieken zoals (elekro)chemische, thermische, lichtbundel of additieve processen. Vandaar is het belangrijk dat de student een goede kennis bezit en inzicht heeft over deze techieken alsook hun toepassingsgebied.
Gastdocent Jef Loenders heeft werkervaring bij Sirris, daardoor worden onderzoeksgerelateerde onderwerpen in de les aangehaald waardoor de studenten een beter zicht krijgen op de inzetbaarheid van processen.
Velel werktuigkundig ingenieurs worden tewerkgesteld als product of proces ingenieur. De product ingenieur dient rekening te houden met de vervaardigingsprocessen om een product te ontwerpen. De proces of productie ingenieur dient de opgedane kennis onmiddellijk in de praktijk om te zetten omde meest geschikte productietechnieken te implementeren of te optimaliseren.
Dimensionele meettechniek:
- Situering in het curriculum / Volgtijdelijkheid:
Dimensionele meettechniek situeert zich in het vakgebied mechanica en sluit rechtstreeks aan bij de vakken mechanisch ontwerpen en productietechnieken.
In het opleidingsonderdeel mechanische meettechniek verwerft de student vaardigheden om in het kader van onderzoek op een correcte manier dimensionele metingen uit te voeren.
De opgedane kennis kan rechtstreeks aangewend worden in het werkveld: om producten of onderdelen op te meten. Meten wordt immers toegepast in (productie)bedrijven, zowel in de productiehal als in het kwaliteitslabo waar producten en meetmiddelen gecontroleerd worden.
- Onderwijstaal: Nederlands |
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|