Na een inleiding tot de economische wetenschap bestudeer je in het opleidingsonderdeel macro-economie de economische activiteit in een land of groep van landen. Je bestudeert die economische activiteit vanuit een pluralistisch perspectief: naast de neoklassieke, Keynesiaanse synthese, komen ook alternatieve economische denkstromingen aan bod (vb. donuteconomie en degrowth). Zo leer je bijvoorbeeld hoe je naast de nationale productie en economische groei ook de inkomens(on)gelijkheid en de stand van zaken op het vlak van de duurzame ontwikkelingsdoelen in een land kan meten. Je krijgt inzicht in belangrijke macro-economische begrippen zoals conjunctuur (m.i.v. recessie en depressie), inflatie en werkloosheid. Tegelijkertijd staan we stil bij de beperkingen van de belangrijkste macro-economische modellen en indicatoren zoals het bruto binnenlands product.

Dit opleidingsonderdeel bestaat uit twee delen: in het eerste kwartiel ligt de focus op de reële sfeer of goederenmarkt van een economie; in het tweede kwartiel focussen we op de monetaire sfeer of geldmarkt. In het eerste deel maak je dus kennis met de belangrijkste economische actoren zoals de gezinnen, de bedrijven, de financiële instellingen, de overheid en het buitenland. Via een steeds complexer wordend macro-economisch model, waarin deze actoren een belangrijke rol spelen, leer je vervolgens schommelingen in de economische activiteit op de korte termijn verklaren. Je berekent het evenwichtsinkomen in een economie en analyseert de impact van macro-economische gebeurtenissen op dat evenwichtsinkomen aan de hand van de multiplicatorwerking. Met behulp van dat inzicht zal je begrijpen hoe de overheid ongewenste schommelingen in de economische activiteit kan bijsturen via budgettair of fiscaal beleid, d.w.z. door het aanpassen van de belastingen en/of overheidsuitgaven. Deze modelmatige aanpak zal je helpen om te begrijpen hoe al deze macro-economische begrippen verband houden met elkaar en om inzicht te krijgen in actuele economische gebeurtenissen en de rol van enkele belangrijke (supra)nationale instellingen daarin, zoals de budgettaire strategie van de Belgische regering tijdens de coronacrisis. Tot slot bestudeer je het belang van internationale handel met zijn voor- en nadelen, bijvoorbeeld op het vlak van milieu-impact en sociale dumpingpraktijken. Je kan argumenten voor en tegen zowel vrije internationale handel als protectionisme formuleren en op die manier begrijpen waarom Donald Trump enkele jaren geleden de Amerikaanse presidentsverkiezingen won. 

In het tweede deel bestudeer je de geldmarkt. Je leert hoe het geldaanbod tot stand komt en waar de vraag naar geld vandaan komt. We beantwoorden vragen als: ”Wie drukt de bankbiljetten?” en “Hoe kan een bank geld creëren?” Je bestudeert de rol van zowel de centrale banken (vb. Europese Centrale Bank) als de commerciële banken en hoe zij de geldhoeveelheid en de prijs van geld kunnen beïnvloeden via het monetaire beleid. We breiden het economische model uit het eerste deel van dit opleidingsonderdeel uit met het IS-LM-model en het AV-AA-model en bestuderen zo hoe de geldmarkt de goederenmarkt beïnvloedt en omgekeerd. Je zal daardoor steeds beter in staat zijn om de impact van macro-economische gebeurtenissen op het macro-economisch evenwicht te kunnen inschatten en doorrekenen, zoals bijvoorbeeld de impact van de oliecrisissen in de 20^ste eeuw of die van de recente energiecrisis als gevolg van de oorlog in Oekraïne, en dit zowel op de korte als op de lange termijn. Vanuit een historisch perspectief bestuderen we hoe de overheid de impact van diverse gebeurtenissen heeft bijgestuurd en in welke mate budgettair en monetair beleid effectief zijn gebleken. We staan daarbij ook stil bij meer recente beleidsinstrumenten, zoals quantitative easing.

We beëindigen de cursus waarmee we begonnen zijn door het kritisch stilstaan bij de beperkingen van de belangrijkste macro-economische begrippen en modellen vanuit het perspectief van duurzaamheid.