Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P3 SBU | P4 SBU | P4 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | 3de bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie | Verplicht | 135 | 5,0 | 65 | 70 | 5,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 2 De bachelor in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie kan - voor courante problemen en op basisniveau - op basis van een kinesitherapeutische diagnose evidence based en op ethisch verantwoorde wijze een preventie- en behandelingsplan opstellen voor een gesimuleerde patiënt/cliënt, dit bespreken met de patiënt/cliënt, de preventieve/curatieve behandeling uitvoeren en de resultaten van deze behandeling evalueren en rapporteren. | | - DC
| De student heeft kennis en inzicht in de belangrijkste kenmerken van verschillende pijnproblematieken en kent de afwegingen die dienen te worden gemaakt om tot een optimale keuze van behandelstrategie te komen. | | | - BC
| De student kan basisconcepten aangaande de problematiek en aanpak van pijnklachten vertalen naar een multidisciplinaire pijnrevalidatie. | | - DC
| De student heeft de nodige vaardigheden om naargelang van de gemaakte therapeutische keuze specifieke behandelstrategieën te ontwikkelen en de daarvoor noodzakelijke analyse-, behandel- en evaluatietechnieken toe te passen. | | | - BC
| De student heeft voldoende beheersing van strategieën en technieken uit de pijneducatie, patiëntencommunicatie en gedragsmatige pijnrevalidatie. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
Pijn komt voor bij verschillende medische aandoeningen en kan ook zonder letsel of wonde aanwezig zijn. Pijn kan alle leeftijdsgroepen treffen en heeft potentieel een grote impact op het menselijk functioneren. In dit opleidingsonderdeel wordt stilgestaan bij de psychologische en fysiologische factoren die een rol spelen in de pijnbeleving en de overgang van acute naar chronische pijn. Dit OPO besteedt specifieke aandacht aan wetenschappelijk pijnonderzoek en multidisciplinaire behandelvormen. Tevens zullen gespreksvaardigheden bij complexe pijnproblematieken aan bod komen.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
|
Periode 4 Studiepunten 5,00
Evaluatievorm | |
|
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode | 25 % |
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | De compensatieregel houdt in dat als een student minder dan de helft scoort op 1 van beide onderdelen, de student dit tekort in het andere onderdeel moet compenseren met een dubbel aantal positieve punten tegenover de behaalde negatieve punten (vb een 9/20 op ‘schriftelijk examen’ wordt gecompenseerd door een 12/20 op ‘praktijkexamen’). Of een student al dan niet heeft voldaan aan de compensatieregel, wordt berekend op basis van de niet afgeronde-deelcijfers. |
|
|
|
Gevolg | Als de student voldoet aan de compensatieregel, wordt zijn eindcijfer het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde deelcijfers. Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een voldoende, wordt zijn eindcijfer een negen. Als de student niet voldoet aan de compensatieregel en zijn gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen is een onvoldoende, dan wordt er van dit niet-afgerond gewogen gemiddelde 2 punten (op 20) afgetrokken.
Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
De student kent de basisbeginselen van (1) cognitie, aandacht, geheugen, denken en intelligentie, en waarneming, (2) de leerpsychologie, waaronder klassieke en operante conditionering en vermijdingsleren, en (3) de sociaal-emotionele ontwikkeling, emotie en motivatie, persoonlijkheid en persoonlijkheidsstoornissen.
De student kent de belangrijkste theorieën over en de verschillende uitingsvormen van stress.
De student weet welke fysiologische processen door stress veroorzaakt worden.
De student kent de begrippen interoceptie en symptoomperceptie.
De student heeft kennis en inzicht betreffende differentiaaldiagnostiek en transdiagnostische processen bij patiënten met Somatisch Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK) en kent de diagnostische en wetenschappelijke afwegingen die gemaakt dienen te worden om tot een optimaal behandeladvies te komen.
De student weet dat hij/zij tijdens de anamnese en het klinisch onderzoek aandacht moet hebben voor de gekleurde vlaggen bij pijn en weet wat deze vlaggen inhouden.
De student kan tijdens de anamnese op een correcte manier gebruik maken van gestandaardiseerde vragenlijsten betreffende SOLK en pijnproblematieken.
De student beheerst de fysiologie van ontstekingsreacties, het weefselherstel en de wondheling.
De student kent de pijnfysiologie, de soorten pijn en het klinische belang van de differentiatie tussen deze soorten van pijn. |
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
Gezondheidspsychologie,Val Morrison & Paul Bennett,4e editie,Pearson Benelux B.V,9789043034579 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Digital only blokwijzer: Multidisciplinaire benadering van pijn, EAN |
|
|
|
|
|
 | voorbereidingsprogramma revalidatiewetenschappen en kinesitherapie | Verplicht | 135 | 5,0 | 65 | 70 | 5,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
|
|
Pijn komt voor bij verschillende medische aandoeningen en kan ook zonder letsel of wonde aanwezig zijn. Pijn kan alle leeftijdsgroepen treffen en heeft potentieel een grote impact op het menselijk functioneren. In dit opleidingsonderdeel wordt stilgestaan bij de psychologische en fysiologische factoren die een rol spelen in de pijnbeleving en de overgang van acute naar chronische pijn. Dit OPO besteedt specifieke aandacht aan wetenschappelijk pijnonderzoek en multidisciplinaire behandelvormen. Tevens zullen gespreksvaardigheden bij complexe pijnproblematieken aan bod komen.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Responsiecollege ✔
|
|
|
|
Periode 4 Studiepunten 5,00
Evaluatievorm | |
|
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode | 25 % |
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
|
Gevolg | Als de student een onvoldoende behaalt op 1 onderdeel van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 0,5 punt (op 20) afgetrokken.
Als de student een onvoldoende behaalt op 2 of meer onderdelen van de evaluatie van het opleidingsonderdeel, wordt het gewogen gemiddelde van de niet-afgeronde evaluatie onderdelen berekend en wordt er van dit niet-afgerond gewogen resultaat 1,5 punt (op 20) afgetrokken.
Dit resultaat wordt vervolgens conform de afrondingsregels van het OER afgerond en vormt het eindresultaat van het opleidingsonderdeel. |
|
|
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
De student kent de basisbeginselen van (1) cognitie, aandacht, geheugen, denken en intelligentie, en waarneming, (2) de leerpsychologie, waaronder klassieke en operante conditionering en vermijdingsleren, en (3) de sociaal-emotionele ontwikkeling, emotie en motivatie, persoonlijkheid en persoonlijkheidsstoornissen.
De student kent de belangrijkste theorieën over en de verschillende uitingsvormen van stress.
De student weet welke fysiologische processen door stress veroorzaakt worden.
De student kent de begrippen interoceptie en symptoomperceptie.
De student heeft kennis en inzicht betreffende differentiaaldiagnostiek en transdiagnostische processen bij patiënten met Somatisch Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK) en kent de diagnostische en wetenschappelijke afwegingen die gemaakt dienen te worden om tot een optimaal behandeladvies te komen.
De student weet dat hij/zij tijdens de anamnese en het klinisch onderzoek aandacht moet hebben voor de gekleurde vlaggen bij pijn en weet wat deze vlaggen inhouden.
De student kan tijdens de anamnese op een correcte manier gebruik maken van gestandaardiseerde vragenlijsten betreffende SOLK en pijnproblematieken.
De student beheerst de fysiologie van ontstekingsreacties, het weefselherstel en de wondheling.
De student kent de pijnfysiologie, de soorten pijn en het klinische belang van de differentiatie tussen deze soorten van pijn. |
|
 
|
Eerder aangekochte verplichte handboeken |
|
Gezondheidspsychologie,Val Morrison & Paul Bennett,4e editie,Pearson Benelux B.V,9789043034579 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Digital only blokwijzer: Multidisciplinaire benadering van pijn, EAN |
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|