Onderwijstaal : Nederlands |
Volgtijdelijkheid
|
|
Geen volgtijdelijkheid
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleiding
|
|
|
|
Voor de volgende opleidingen dient u een bepaald aantal studiepunten credits, vrijstellingen, reeds getolereerde onvoldoendes of ingezette tolereerbare onvoldoendes behaald te hebben. Het vereiste aantal studiepunten wordt per opleiding weergegeven.
|
|
|
bachelor in de industriële wetenschappen - chemie
|
170,0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | master in de industriële wetenschappen: chemie optie duurzame procestechnologie | Keuze | 162 | 6,0 | 162 | 6,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
master in de industriële wetenschappen: chemie optie farma en fijnchemie | Keuze | 162 | 6,0 | 162 | 6,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Master in de industriële wetenschappen: chemie kan in eigen professioneel denken en handelen -- met een gepaste ingenieursattitude en met continue aandacht voor de eigen vorming -- adequaat communiceren, effectief samenwerken, en rekening houden met de economische, ethische, maatschappelijke en/of internationale context en is zich hierbij bewust van de impact op de omgeving. | | - DC
| DC9 - De student kan mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren. (communiceren) | | | - BC
| De student kan rapporteren in verslagen, port folio en ppt. | | - DC
| DC10 - De student kan constructief en verantwoordelijk functioneren als lid van een (multidisciplinair) team. (samenwerken) | | | - BC
| De student werkt constructief mee in het team en draagt bij tot de realisaties van het team. | | - DC
| DC12 - De student geeft blijkt van een gepaste ingenieursattitude. (ingenieursattitude) | | | - BC
| De student toont in zijn houding de kenmerken van een gepaste ingenieursattitude (tijdsaspect, contacteren, communiceren, proactief nadenken, linken leggen,..). | - EC
| EC3 - De Master in de industriële wetenschappen: chemie heeft gevorderde of gespecialiseerde kennis van en inzicht in principes, apparatuur, toepassingen en actuele technologische ontwikkelingen binnen het domein van de uitvoering, ontwikkeling en validatie van elektrochemische, chemische, materiaalkundige, oppervlakte analysetechnieken en/of verpakkingsgerelateerde technieken en kan hierin complexe, niet-vertrouwde stalen en materialen kritisch analyseren en praktijkgerichte problemen verbonden aan de analyse en apparatuur autonoom herkennen, kritisch analyseren en methodisch oplossen met oog voor dataverwerving en implementatie, bewust van mogelijke fouten en praktische beperkingen. | | - DC
| DC1 - De student heeft kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang. (kennis bezitten) | | | - BC
| De student kent de belangrijkste verpakkingsmaterialen, zijn eigenschappen en procesgerelateerde aspecten van deze materialen. | | | - BC
| De student kent de methoden om de eigenschappen van verpakkingsmaterialen te bepalen. | | - DC
| DC2 - De student heeft inzicht in de basisbegrippen en methodes. (begrijpen) | | | - BC
| De student kan de fysische/mechanische eigenschappen van verpakkingsmaterialen verklaren. | | - DC
| DC4 - De student kan informatie opzoeken, meten of verzamelen en correct refereren. (data verwerven) | | | - BC
| De student kan gericht wetenschappelijke literatuur opzoeken over verpakkingsmaterialen en gerelateerde processen. | | - DC
| DC6 - De student kan methodes selecteren en gefundeerde keuzes maken om problemen op te lossen of oplossingen te ontwerpen. (oplossen en ontwerpen) | | | - BC
| De student kan een keuze maken in een testmethode in functie van het te testen verpakkingsmateriaal. | | - DC
| DC7 - De student kan geselecteerde methodes en hulpmiddelen aanwenden om oplossingen en ontwerpen te implementeren. (implementeren en operationaliseren) | | | - BC
| De student voert op correcte wijze analyses uit op verpakkingsmaterialen en volgt hierbij nationale en/of internationale normen. | - EC
| EC6 - De Master in de industriële wetenschappen: chemie heeft gevorderde of gespecialiseerde kennis van, inzicht en vaardigheden binnen een (bio)chemisch procestechnologisch, materiaalkundig of verpakkings- en voedingsgerelateerd specialisatiedomein naar keuze. | | - DC
| DC1 - De student heeft kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang. (kennis bezitten) | | | - BC
| De student toont inleidende kennis te bezitten over het ontwerpen van verpakkingen, de logistieke functie van verpakkingen, automatisatie in verpakkingslijnen, duurzaamheid en andere gerelateerde verpakkingsaspecten. | | - DC
| DC2 - De student heeft inzicht in de basisbegrippen en methodes. (begrijpen) | | | - BC
| De student kan door zijn inzicht in algemene verpakkingstechnologie linken leggen tussen design, logistiek, automatisatie, duurzaamheid,... | | - DC
| DC4 - De student kan informatie opzoeken, meten of verzamelen en correct refereren. (data verwerven) | | | - BC
| De student kan literatuur opzoeken over de diverse processen/aspecten binnen de verpakkingstechnologie (ontwerp, logistiek, verpakkingslijnen, duurzaamheid,...). | | - DC
| DC5 - De student kan problemen analyseren, logisch structureren en interpreteren. (analyseren) | | | - BC
| Tijdens interactieve sessies kan de student opdrachten binnen de logistiek, ontwerpen en automatisatie structureren tot een logisch geheel gerealiseerd wordt binnen het topic. | | - DC
| DC6 - De student kan methodes selecteren en gefundeerde keuzes maken om problemen op te lossen of oplossingen te ontwerpen. (oplossen en ontwerpen) | | | - BC
| Tijdens de interactieve sessies kan de student gericht keuzes maken om te komen tot een definitieve inhoud van een opdracht. | | - DC
| DC7 - De student kan geselecteerde methodes en hulpmiddelen aanwenden om oplossingen en ontwerpen te implementeren. (implementeren en operationaliseren) | | | - BC
| De student kan opdrachten binnen de ontwerpsessie, de logistieke sessie en de sessie betreffende automatisatie afwerken tot een gedegen eindresultaat. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
De keuzemodule kan gevolgd worden door max. 10 studenten in totaal. Er is een verplichte aanwezigheid vereist. Studenten uit de optie 'Voeding & Packaging (Campus Diepenbeek) zijn niet toegelaten tot deze module, zij zien de leerstof binnen de opleidingsonderdelen van hun optie.
De inhoud van deze intercampus keuzemodule omvat theorielessen over de verpakkingsmaterialen (hout, papier, karton, kunststoffen, metaal en glas, sealen en gaspermeabiliteit) en over de gerelateerde aspecten lijmen, bedrukken, duurzaamheid en verpakkingslijnen. De eigenschappen (mechanische, barrière en seal) van verpakkingsmaterialen/-concepten worden geanalyseerd/gedemonstreerd volgens geldende normen in labosessies. Interactieve, inleidende sessies over het ontwerpen van de verpakking en de logistieke functie van de verpakking worden begeleid door externe experten. Een gastles gecombineerd met een opdracht over verpakkingslijnen geven kennis en inzicht over de automatisatie van de processen op de werkvloer. Gerelateerde bedrijfsbezoeken geven hierover een reëel beeld. Studenten werken in team. De uitvoeringen worden begeleid door Prof. Roos Peeters in samenwerking met de projectingenieurs van MPR&S en externe experten.
|
|
|
|
|
|
|
Excursie/veldwerk ✔
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Practicum ✔
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
Demonstraties ✔
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
Portfolio ✔
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
Verslag ✔
|
|
|
|
Periode 2 Studiepunten 6,00
Evaluatievorm | |
|
Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 70 % |
|
|
|
Andere: | Schriftelijk examen over theorie 50% |
|
|
|
|
|
Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 20 % |
|
|
|
|
Praktijkevaluatie tijdens onderwijsperiode | 10 % |
|
|
|
|
Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
Voorwaarden | Een student moet op elk onderdeel (theorie-schriftelijk en labo-verslaggeving&mondeling) een tolereerbaar examenresultaat (>= 8/20) behalen om te kunnen slagen voor dit opleidingsonderdeel. |
|
|
|
Gevolg | Een student die op één of meerdere onderdelen een niet-tolereerbaar cijfer behaalt, krijgt als eindresultaat in zijn studentendossier een 'FAIL'. Dit eindcijfer is niet-tolereerbaar. |
|
|
|
Extra info | De presentatie wordt opgebouwd vanuit de laboresultaten. De presentatie wordt individueel toegelicht. Een jury uit oa. projectingenieurs en coördinerend verantwoordelijke verzorgt de evaluatie van de ppt en de toelichting/verdediging. |
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
Toelichting evaluatievorm | Er is een 2de examenkans mogelijk over het theoretische, schriftelijke examen. De portfolio/verslagen kunnen aangepast worden n.a.v. de opmerkingen. De mondelinge presentatie van een aangepaste ppt kan opnieuw afgelegd worden. De labosessies, interactieve sessies en opdrachten zijn niet vervat in deze 2de examenkans. De punten van de praktijkevaluatie worden overgenomen vanuit de eerste examenkans. |
|
|
|
|
 
|
Begincompetenties |
|
Deze intercampus keuzemodule verzorgt een algemene introductie in de brede verpakkingstechnologie.
Als begincompetenties zijn het bezitten van kennis/inzicht in de inleidende materialenleer en in de algemene chemie vereist. |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
De documenten (powerpoints, handleidingen, werkinstructies,....), aangereikt door lesgevers en gastsprekers, vormen het leermateriaal. Al deze informatie wordt ter beschikking gesteld op TOLEDO. |
|
 
|
Opmerkingen |
|
Het maximum aantal studenten die kunnen deelnemen aan deze intercampus keuzemodule is 10.
Studenten van de optie 'Voeding & Packaging' - campus Diepenbeek zijn niet toegelaten tot deze module, de overgrote meerderheid aan leerstof, gegeven binnen deze module, wordt gezien binnen de opleidingsonderdelen van de optie V&P in 3de ba en Ma. |
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|