| Onderwijstaal : Nederlands |
| Examencontract: niet mogelijk |
|
Volgtijdelijkheid
|
| |
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
| |
| |
| |
Voor volgende opleidingsonderdelen dient u een creditbewijs, vrijstelling, reeds getolereerde onvoldoende of ingezette tolereerbare onvoldoende behaald te hebben.
|
| |
|
Chemische analyses (4071)
|
4,0 stptn |
| |
|
Organische polluenten (4074)
|
4,0 stptn |
| |
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | master in de industriële wetenschappen: nucleaire technologie - milieu | Verplicht | 108 | 4,0 | 108 | 4,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| | | Eindcompetenties |
- EC
| EC1 - De Master in de industriële wetenschappen: nucleaire technologie kan in eigen professioneel denken en handelen -- met een gepaste ingenieursattitude en met continue aandacht voor de eigen vorming -- adequaat communiceren, effectief samenwerken, en rekening houden met de economische, ethische, maatschappelijke en/of internationale context en is zich hierbij bewust van de impact op de omgeving. | | | - DC
| DC8 - De student kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | | | - BC
| De student kan een kritische SDG analyse maken in zijn project. | | | - DC
| DC9 - De student kan mondeling en schriftelijk (grafisch) communiceren. (communiceren) | | | | - BC
| De student kan zijn project wetenschappelijk correct manier rapporteren schriftelijk en een mondelinge presentatie geven gebruik maken van innovatieve presentatietechnieken | | | - DC
| DC11 - De student handelt maatschappelijk verantwoord en binnen een internationaal kader. (internationaal gericht en maatschappelijk verantwoord handelen) | | | | - BC
| De student kan het topic van zijn SDG project situeren in een Belgische en internationale context, verantwoorde suggesties en conclusies formuleren gebaseerd op literatuur en onderzoek. | | | - DC
| DC12 - De student geeft blijkt van een gepaste ingenieursattitude. (ingenieursattitude) | | | | - BC
| De student kan zijn verantwoordelijkheid opnemen om het SDG project binnen de gestelde termijn af te werken (timemangement) | | | | - BC
| De student kan via zelfstudie extra kennis en inzichten verwerven voor de inhoudelijke aspecten van het SDG project. (LLL) | - EC
| EC6 - De Master in de industriële wetenschappen: nucleaire technologie (afstudeerrichting "milieu"), heeft gespecialiseerde en diepgaande kennis van, inzicht en vaardigheden verworven in milieutechnologische domeinen zoals milieuanalyse, de aanpak en preventie van milieuproblemen, milieuprocestechnologie, milieureglementering en duurzaam materialen- en energiebeheer. | | | - DC
| DC1 - De student heeft kennis van de basisbegrippen, structuur en samenhang. (kennis bezitten) | | | | - BC
| De student heeft kennis van milieuverontreinigende stoffen en hun gedrag in de verschillende milieucompartimenten. Hij/zij kan de theoretische grondslagen (chemische structuur, moleculaire interacties, thermodynamica) van de processen die aan de basis van het gedrag van antropogene polluenten in het milieu uitleggen. | | | - DC
| DC2 - De student heeft inzicht in de basisbegrippen en methodes. (begrijpen) | | | | - BC
| De student heeft inzicht in het gedrag van milieuverontreinigende stoffen in de verschillende milieucompartimenten. Hij/zij kan de relatie leggen tussen de opbouw van antropogene polluenten en hun gedrag in het milieu. | | | | - BC
| Hij/zij kan de thermodynamische aspecten van processen in het milieu beschrijven en verklaren. | | | - DC
| DC4 - De student kan informatie opzoeken, meten of verzamelen en correct refereren. (data verwerven) | | | | - BC
| De student kan in het kader van een oefeningen ontbrekende en juiste informatie opzoeken. | | | - DC
| DC5 - De student kan problemen analyseren, logisch structureren en interpreteren. (analyseren) | | | | - BC
| Hij/zij kan voor oefeningen de opgaven analyseren. | | | | - BC
| Hij/zij kan voor oefeningen de juiste oplossingsmethodiek voorstellen. | | | | - BC
| Hij/zij kan voor oefeningen de beperkingen/randvoorwaarden van bepaalde oplossingsmethodieken herkennen. | | | - DC
| DC6 - De student kan methodes selecteren en gefundeerde keuzes maken om problemen op te lossen of oplossingen te ontwerpen. (oplossen en ontwerpen) | | | | - BC
| Hij/zij kan voor oefeningen de juiste oplossingsmethodiek voorstellen. | | | | - BC
| Hij/zij kan voor oefeningen de beperkingen/randvoorwaarden van bepaalde oplossingsmethodieken herkennen. | | | - DC
| DC7 - De student kan geselecteerde methodes en hulpmiddelen aanwenden om oplossingen en ontwerpen te implementeren. (implementeren en operationaliseren) | | | | - BC
| Hij/zij kan voor oefeningen milieuchemie de gegevens via de juiste oplossingsmethodiek verwerken en interpreteren. | | | | - BC
| Hij zij kan tijdens de toetsing in kader van de theorie en de oefeningen zijn antwoorden schriftelijk gestructureerd en correct formuleren. | | | - DC
| DC8 - De student kan kennis en vaardigheden kritisch evalueren om op basis hiervan eigen denken en handelen bij te sturen. (kritisch reflecteren) | | | | - BC
| Hij/zij kan de oplossing van oefeningen kritisch evalueren naar juistheid, beperkingen en randvoorwaarden. | | | | - BC
| Hij/zij kan de oplossing vertalen naar het gedrag van antropogene polluenten in het milieu. |
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
|
Dit opleidingsonderdeel beoogt in hoofdzaak de studenten een inzicht te verschaffen in de processen die het transport en de omzetting van antropogene chemicaliën in het milieu sturen en in beperkte mate de effecten te bespreken van zulke chemicaliën op organismen en complete ecosystemen.
Deze processen kunnen ingedeeld worden in twee groepen:
- processen die de chemische structuur ongewijzigd laten (transport- en mengverschijnselen)
- processen die de chemische stof omzetten in andere producten, die een verschillend gedrag hebben in, en een ander effect hebben op het milieu (chemische, fotochemische, biochemische verschijnselen, ...)
Er wordt aangetoond hoe chemische structuren de moleculaire interacties veroorzaken die de verschillende transfer- en reactieprocessen regelen die organische verbindingen ondergaan in het milieu. Oefeningen, opzoekingsopdrachten en literatuur zijn doorheen de cursus verweven.
Bovendien wordt een workshop rond de SDGs georganiseerd gelinkt aan een projectopdracht.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Applicatiecollege ✔
|
|
|
|
|
|
|
|
Oefeningen ✔
|
|
|
|
Onderwijsleergesprek ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 4,00
| Evaluatievorm | |
|
| Schriftelijke evaluatie tijdens onderwijsperiode | 10 % |
|
| Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
| Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | de punten op de paper worden automatisch behouden voor de 2de examenkans behalve indien de beoordeling minder dan 10/20 is voor dit onderdeel |
|
|
|
|
|
|
|
|
| Mondelinge evaluatie tijdens onderwijsperiode | 15 % |
|
| Behoud van deelcijfer in academiejaar | ✔ |
|
| Voorwaarde behoud van deelcijfer in academiejaar | De punten van de presentatie blijven automatisch behouden voor de tweede examenkans. Er is geen tweede examenkans mogelijk. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| Gebruik studiemateriaal tijdens evaluatie | ✔ |
|
| Toelichting | Een formularium wordt bij het examen ter beschikking gesteld. |
|
|
|
| Evaluatievoorwaarden (deelname en/of slagen) | ✔ |
|
| Voorwaarden | Paper inleveren voor de afgesproken termijn. |
|
|
|
| Gevolg | Per dag dat een paper te laat wordt ingeleverd (zonder geldige reden), wordt het bekomen resultaat met 10 % verminderd. |
|
|
|
Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
| Toelichting evaluatievorm | Voor de permanente evaluatie is er enkel een tweede examenkans mogelijk voor paper. Er is geen tweede examenkans mogelijk voor de presentatie, daar blijven de behaalde punten van de eerste examenkans steeds behouden.
Overdracht van het cijfer van de permanente evaluatie naar een volgend academiejaar gebeurt automatisch indien de student minimaal 12/20 behaalde. De student kan er voor kiezen om toch de permanente evaluatie te hernemen, maar hij moet dit expliciet melden aan de betrokken docent tijdens de eerste ontmoeting. Studenten die minder dan 12/20 behaalden dienen de permanente evaluatie volledig opnieuw uit te voeren. Het is de verantwoordelijkheid van de student om tijdens de eerste ontmoeting met de docent navraag te doen naar het behaalde punt van het vorig academiejaar. |
|
|
|
|
|
| Begincompetenties |
| |
De student dient volgende competenties te bezitten. Kennis hebben van en kunnen toepassen van:
- chemische thermodynamica, kinetica en chemisch evenwicht;
- klassen en eigenschappen van organische verbindingen/polluenten;
- chemische milieutechnieken en milieuproblematiek.
|
|
|
| Verplichte cursussen (gedrukt door boekhandel) |
|
|
| Verplicht studiemateriaal |
| |
Extra informatie (ppt, formularium, wet artikels,...) wordt via Toledo ter beschikking gesteld |
|
|
| Aanbevolen literatuur |
| |
Environmental Organic Chemistry,René P. Schwarzenbach, Philip M. Gschwend, Dieter M. Imboden,3,Wiley |
|
|
| Opmerkingen |
| |
- Onderzoeksgerelateerde artikels en onderwerpen zullen besproken worden en kunnen verwerkt worden in o.a. de opdrachten en casestudies.
- Relatie met werkveld: competenties verworven in Milieuchemie worden toegepast in het latere beroepsleven voor het verklaren van het gedrag van polluenten in milieu, voor het toepassen van groene chemie principes in de industrie.
|
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
| 2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
| Legende |
| SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|