| Onderwijstaal : Nederlands |
| | | Examencontract: niet mogelijk |
|
Volgtijdelijkheid
|
| |
|
Geen volgtijdelijkheid
|
There is no data for this choice.
Change the language, year or choose another item in the dropdown list if it is available.
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | 3de bachelorjaar in de fysica | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| | | Eindcompetenties |
- EC
| EC 5: De bachelor Fysica maakt kennis met recent internationaal wetenschappelijk onderzoek, kan internationale wetenschappelijke bronnen raadplegen en de betrouwbaarheid ervan correct inschatten. | - EC
| EC 6: De bachelor Fysica kan, onder begeleiding, de aangeleerde kennis en inzichten aanwenden om wetenschappelijke onderzoek uit te voeren. | - EC
| EC 8: De bachelor Fysica kan zelfstandig en zelfsturend basiskennis verwerven in nieuwe domeinen. | - EC
| EC 10: De bachelor Fysica integreert ethische en normatieve denkwijzen in zijn eigen wetenschappelijk denken en handelen. | - EC
| EC 12: De bachelor Fysica kan correct en gepast communiceren, rapporteren en presenteren aan vakgenoten. | - EC
| EC13: De bachelor Fysica heeft inzicht in de maatschappelijke en historische context van de fysica. |
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
|
Geen specifieke voorkennis vereist.
|
|
|
|
De student verwerft inzicht in de historische evolutie en het eigentijdse functioneren van de wetenschappen in hun maatschappelijke context en is op de hoogte van de diverse kennisbelangen die met wetenschap kunnen worden nagestreefd. Hij/zij kan mee discussiëren over tegenstellingen zoals o.m. deze tussen analytische kennis a priori (wiskunde, logica) versus synthetische kennis a posteriori (ervaringswetenschappen), wetenschappelijke kennis versus alledaagse kennis resp. religieuze en metafysische overtuigingen, reductionisme versus holisme, intrinsieke versus instrumentele waarde. Bovendien slaagt hij/zij er in deze betekenisvol toe te passen op het eigen vakgebied.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
|
|
Discussies /debat ✔
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Paper ✔
|
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 3,00 Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
|
| Verplicht studiemateriaal |
| |
Literatuurselectie ter beschikking gesteld door de coördinerend verantwoordelijke. |
|
|
| Aanbevolen literatuur |
| |
[Taking the Naturalistic Turn, Or How Real Philosophy of Science Is Done],[Werner Callebaut],[],[The University of Chicago Press],[9780226091877],[] |
|
|
|
|
|
| 3de bachelorjaar in de informatica | Verplicht | 81 | 3,0 | 81 | 3,0 | Ja | Ja | Numeriek | |
|
| | | Eindcompetenties |
- EC
| De afgestudeerde bachelor informatica kan gefundeerd redeneren, abstraheren en formaliseren, gebruik makend van kennis van en inzicht in de wiskundige basis van de informatica. | - EC
| De afgestudeerde bachelor informatica kan in teamverband werken aan een project van matige complexiteit. Hierbij zijn niet alleen vakinhoudelijke aspecten van belang maar ook communicatieve en sociale vaardigheden en het kunnen maken van goede taakafspraken. | - EC
| De afgestudeerde bachelor informatica kan reflecteren over kritiek en kan op basis hiervan het eigen functioneren aanpassen. |
|
| | EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
|
Geen specifieke voorkennis vereist.
|
|
|
|
De student verwerft inzicht in de historische evolutie en het eigentijdse functioneren van de wetenschappen in hun maatschappelijke context en is op de hoogte van de diverse kennisbelangen die met wetenschap kunnen worden nagestreefd. Hij/zij kan mee discussiëren over tegenstellingen zoals o.m. deze tussen analytische kennis a priori (wiskunde, logica) versus synthetische kennis a posteriori (ervaringswetenschappen), wetenschappelijke kennis versus alledaagse kennis resp. religieuze en metafysische overtuigingen, reductionisme versus holisme, intrinsieke versus instrumentele waarde. Bovendien slaagt hij/zij er in deze betekenisvol toe te passen op het eigen vakgebied.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
|
Werkzittingen ✔
|
|
|
|
|
|
|
|
Discussies /debat ✔
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Paper ✔
|
|
|
|
Presentatie ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 3,00 Tweede examenkans
| Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
|
| Verplicht studiemateriaal |
| |
Literatuurselectie ter beschikking gesteld door de coördinerend verantwoordelijke. |
|
|
| Aanbevolen literatuur |
| |
[Taking the Naturalistic Turn, Or How Real Philosophy of Science Is Done],[Werner Callebaut],[],[The University of Chicago Press],[9780226091877],[] |
|
|
|
|
|
1 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 12.2, lid 2. |
| 2 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 16.9, lid 2. |
3 Onderwijs-, examen- en rechtspositieregeling art. 15.1, lid 3.
|
| Legende |
| SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|